- D. Grgurić - VVD
- J. Brokke - VVD
- F.B. Wilschut - ChristenUnie
- R. van Duffelen - CDA
- S.R. Paltansing - PvdA
- W.E.J. Jorissen - D66
- C.P. Elenbaas - GroenLinks
- E.C. Van Saltbommel - GBLV
- E.R. van der Schaft - SP
- M.W. Vroom - Burgemeester
Messenverbod in Leidschendam-Voorburg: Gemeenteraad verdeeld over nieuw voorstel
De gemeenteraad van Leidschendam-Voorburg debatteert over een nieuw voorstel om het dragen van messen en steekwapens in de openbare ruimte zonder legitiem doel te verbieden. Dit voorstel, dat als aanvulling op de bestaande wetgeving moet dienen, stuit op zowel steun als kritiek binnen de raad.
Politiekverslaggever Rijk de Bat
Tijdens de commissievergadering werd het voorstel om een messenverbod in de Algemene Plaatselijke Verordening (Apv) op te nemen, uitvoerig besproken. De VVD-fractie, vertegenwoordigd door de heer Couric, benadrukte de noodzaak van het verbod: "We hebben een taak om de handhaving te ondersteunen waar we kunnen." De VVD diende eerder al een motie in voor een dergelijk verbod, samen met het CDA, maar die kreeg destijds geen steun.De ChristenUnie en het CDA spraken hun steun uit voor het voorstel, waarbij de heer van Duffel van het CDA opmerkte: "Het heeft even geduurd, maar het werd ook tijd gelet op eerdere berichten en incidenten." Beide partijen vroegen echter om meer duidelijkheid over de capaciteit en de financiële gevolgen van de handhaving.
Aan de andere kant uitten D66 en GroenLinks hun zorgen over het voorstel. De heer Jorissen van D66 vroeg zich af: "Voorkom je dan echt incidenten met zo'n messenverbod?" GroenLinks, bij monde van de heer Elenbaas, stelde dat het verbod slechts schijnveiligheid biedt en vroeg zich af hoeveel incidenten er daadwerkelijk in de gemeente hebben plaatsgevonden.
De burgemeester verdedigde het voorstel door te benadrukken dat het bestuursrechtelijke handvatten biedt om preventief op te treden en jongeren op het rechte pad te houden. "Het doel is herstel, niet straf," aldus de burgemeester. Hij wees erop dat het aantal incidenten met messen toeneemt en dat de politie om dit instrument heeft gevraagd.
De Partij van de Arbeid en de SP deelden hun zorgen over de uitvoering en mogelijke etnische profilering. Mevrouw Pathan van de PvdA vroeg zich af: "Hoe gaan we dat handhaven, zodat de wereld een stukje beter wordt?"
Het debat eindigde met de aankondiging van de VVD dat zij een amendement zullen indienen, wat betekent dat het voorstel als bespreekstuk in de volgende raadsvergadering zal worden behandeld. De gemeenteraad blijft verdeeld, maar de discussie over het messenverbod is nog lang niet voorbij.
Samenvatting van het voorstel
Samenvatting:
De gemeenteraad van Leidschendam-Voorburg wordt voorgesteld een nieuw artikel (2:50a) in de Algemene Plaatselijke Verordening (Apv) op te nemen, dat het dragen van messen en steekwapens in de openbare ruimte zonder legitiem doel verbiedt. Dit verbod geldt niet voor wapens die al onder de Wet wapens en munitie (Wwm) verboden zijn, noch voor gebruiksmessen die niet direct bruikbaar zijn omdat ze zijn ingepakt. De aanleiding voor dit voorstel is de toenemende zorg over geweldsincidenten met steekwapens, vooral onder jongeren, en de behoefte aan preventie van wapenbezit om de openbare orde en veiligheid te beschermen. Hoewel de Wwm al bepaalde wapens verbiedt, biedt de nieuwe Apv-bepaling de burgemeester aanvullende handvatten voor bestuursrechtelijke handhaving, zoals het uitvaardigen van een last onder dwangsom. Dit kan ook een opvoedkundige functie hebben door ouders van minderjarige overtreder te betrekken. Andere gemeenten zoals Den Haag, Amsterdam en Nissewaard hebben vergelijkbare verboden opgenomen in hun Apv, ondanks een uitspraak van de rechtbank Rotterdam die twijfels oproept over de geldigheid van zulke lokale verboden. De politie zal de handhaving op zich nemen en de juridische handhaving valt binnen de bestaande capaciteit van de afdeling Veiligheid, Toezicht & Handhaving. Er zal binnen een jaar een evaluatie plaatsvinden om de (financiële) gevolgen te beoordelen. Inwoners en belanghebbenden zijn niet betrokken bij de besluitvorming, maar na goedkeuring zal de nieuwe regelgeving op gebruikelijke wijze worden gepubliceerd.