Analyse van het document
Titel en Samenvatting:
De titel van het voorstel is "Welstandsnota Leidschendam-Voorburg - 25 oktober 2011". Deze nota biedt richtlijnen voor de beoordeling van bouwplannen in de gemeente Leidschendam-Voorburg, met als doel het behoud en de verbetering van de ruimtelijke kwaliteit. Het document bevat algemene, objectgerichte en gebiedsgerichte welstandscriteria, evenals aandachtspunten voor specifieke gebieden en een excessenregeling. De nota streeft naar een balans tussen individuele vrijheid en de aantrekkelijkheid van de leefomgeving, en biedt een kader voor zowel plantoetsing als inspiratie voor nieuwe bebouwing.
Oordeel over de volledigheid:
De welstandsnota is uitgebreid en gedetailleerd, met criteria voor verschillende soorten bouwwerken en gebieden. Het document lijkt volledig in termen van het bieden van richtlijnen voor de beoordeling van bouwplannen, hoewel de praktische toepasbaarheid en de mate van detail in sommige gevallen mogelijk tot interpretatieverschillen kunnen leiden.
Rol van de raad:
De gemeenteraad speelt een cruciale rol in het vaststellen van de welstandsnota, die als basis dient voor de toetsing van bouwplannen. De raad bepaalt het ambitieniveau en de inhoudelijke accenten van het welstandsbeleid.
Politieke keuzes:
De raad moet beslissen over het ambitieniveau van het welstandsbeleid, de balans tussen individuele vrijheid en collectieve esthetische normen, en de mate waarin duurzaamheid en participatie worden geïntegreerd in de criteria.
SMART en Inconsistenties:
De nota is niet volledig SMART (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden) geformuleerd, omdat veel criteria open zijn voor interpretatie. Er zijn geen duidelijke meetbare doelen of tijdsgebonden elementen opgenomen. Inconsistenties kunnen ontstaan door de subjectieve aard van esthetische beoordelingen.
Besluit van de raad:
De raad moet besluiten de welstandsnota vast te stellen en eventuele wijzigingen of aanvullingen goed te keuren, gebaseerd op maatschappelijke discussies en inhoudelijk onderzoek.
Participatie:
De nota vermeldt dat er maatschappelijke discussie en inhoudelijk onderzoek aan de basis moeten liggen van de politieke keuzes, maar het is onduidelijk hoe participatie concreet is vormgegeven.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid wordt niet expliciet als een centraal thema genoemd, maar kan impliciet een rol spelen in de keuze van materialen en de integratie van bouwwerken in hun omgeving.
Financiële gevolgen:
De nota zelf bespreekt geen directe financiële gevolgen of dekkingsmogelijkheden, aangezien het een beleidsdocument is gericht op ruimtelijke kwaliteit en niet op financiële aspecten.