Analyse van het document
Titel en Samenvatting:
De titel van het voorstel is "Raadsvoorstel tot vaststellen van de Verordening tot Tweede wijziging van de Verordening op de heffing en invordering van de leges 2006". Het voorstel beoogt twee wijzigingen in de Legesverordening 2006: een uitbreiding van de vrijstellingsbepalingen in artikel 4 en een tekstuele aanpassing in artikel 6. De vrijstelling betreft charitatieve instellingen met een cultureel of sociaal karakter, die geen leges hoeven te betalen voor bepaalde vergunningen. De wijziging in artikel 6 verduidelijkt dat leges ook via aanslag kunnen worden geheven. De financiële impact van deze wijzigingen is minimaal.
Volledigheid van het voorstel:
Het voorstel is volledig in de zin dat het duidelijk de redenen voor de wijzigingen, de wettelijke basis, en de financiële consequenties beschrijft. Het bevat ook een conclusie en aanbeveling voor de raad.
Rol van de raad:
De raad moet het voorstel beoordelen en besluiten of de voorgestelde wijzigingen in de Legesverordening 2006 worden aangenomen.
Politieke keuzes:
De raad moet beslissen of zij het eens zijn met het vrijstellen van charitatieve instellingen van leges en of de tekstuele aanpassing in artikel 6 voldoende duidelijkheid biedt.
SMART en Inconsistenties:
Het voorstel is specifiek en meetbaar in termen van de wijzigingen die worden voorgesteld. Het is haalbaar en relevant, gezien de beperkte financiële impact. Er zijn geen duidelijke inconsequenties in het voorstel.
Besluit van de raad:
De raad moet besluiten of zij instemmen met de voorgestelde wijzigingen in de Legesverordening 2006.
Participatie:
Het voorstel vermeldt geen specifieke participatie van belanghebbenden, maar geeft aan dat de wijzigingsverordening gepubliceerd zal worden.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid is geen expliciet onderwerp in dit voorstel.
Financiële gevolgen:
De financiële gevolgen zijn minimaal, aangezien het aantal vrijstellingen beperkt is en de tarieven laag zijn (€ 20,90 per vergunning). Er wordt geen specifieke dekking voor deze kosten genoemd, wat suggereert dat de impact op de begroting verwaarloosbaar is.