- J. Brokke - voorzitter Commissie Samenleving
- M. Mathlouti - D66
- F.B. Wilschut - ChristenUnie
- W.F. Steutel - GBLV
- S.G.D. Kok - PvdA
- I.M. Feld - GroenLinks
- D. Grgurić - VVD
- J.J. Koster - CDA
- Ph. van Veller - Wethouder
Gemeenteraad Leidschendam-Voorburg in debat over toekomst schuldhulpverlening
De gemeenteraad van Leidschendam-Voorburg heeft een nieuw beleidsplan voor schuldhulpverlening besproken, dat loopt van 2025 tot 2028. Het plan bouwt voort op het huidige beleid en legt de nadruk op preventie, vroegsignalering, curatie en nazorg. Hoewel het plan budgettair neutraal is, roept de voorgestelde bezuiniging van 20% op de schuldhulpverlening vragen op bij verschillende partijen.
Politiekverslaggever Rijk de Bat
Tijdens de raadsvergadering werd het beleidsplan Schuldhulpverlening 2025-2028 gepresenteerd. Dit plan is een voortzetting van het huidige beleid en richt zich op het voorkomen en oplossen van problematische schulden. De wethouder benadrukte dat het plan voldoet aan de wettelijke eisen en dat inwoners en belanghebbenden betrokken zijn bij de ontwikkeling ervan.D66 toonde zich positief over de voortzetting van het beleid, maar stelde kritische vragen over de effectiviteit van vroegsignalering. "Hoe moeten we het lage bereik van hulpacceptatie beoordelen?" vroeg de fractie. Ook de hoogte van het rentepercentage op saneringskredieten werd ter discussie gesteld.
De ChristenUnie uitte zorgen over de impact van schulden op inwoners en vroeg zich af waarom het nieuwe beleid niet meer inzet op het bereiken van mensen die hulp nodig hebben. "Waarom nu al een nieuw plan indienen als er nog ontwikkelingen gaande zijn?" vroeg de partij zich af.
Gemeentebelangen Leidschendam-Voorburg (GBLV) benadrukte het belang van integrale samenwerking met lokale sociale infrastructuren en vroeg aandacht voor de rol van werkgevers bij loonbeslag. "Kunnen we met deze wetenschap anticiperen op problemen?" vroeg de partij.
De VVD was tevreden met de nadruk op preventie en vroeg naar specifieke maatregelen voor ondernemers die nog steeds kampen met de nasleep van de coronacrisis. Ook de samenwerking met vrijwilligersorganisaties werd besproken.
GroenLinks uitte forse kritiek op de bezuiniging van 20% op het budget voor schuldhulpverlening. "Hoe gaat de gemeente de mensen met schulden goed helpen als ze zoveel minder wil investeren?" vroeg de partij. Ook de communicatie in het Nederlands werd als een barrière gezien voor niet-Nederlandstalige inwoners.
Het CDA vroeg zich af welke nieuwe stappen het plan bevat om de effectiviteit te verbeteren. "Wat zijn de grote nieuwe stappen van dit plan die de cijfers gaan verbeteren?" vroeg de partij.
De PvdA sloot zich aan bij de zorgen over de bezuiniging en vroeg zich af waarom het budget nu al naar beneden wordt bijgesteld. "Waarom gaan we dan de komende jaren zo enorm hard bezuinigen op dit budget?" vroeg de partij.
De wethouder verdedigde het plan door te wijzen op de halvering van de schuldhulpverleningstermijn van 36 naar 18 maanden, wat volgens hem minder inzet vereist. Hij erkende echter dat er risico's zijn en dat de situatie nauwlettend gemonitord zal worden.
Het voorstel zal als bespreekpunt naar de gemeenteraad worden geleid, waarbij de PvdA overweegt een amendement in te dienen om de bezuiniging te herzien. De discussie over de toekomst van schuldhulpverlening in Leidschendam-Voorburg is daarmee nog niet ten einde.
Samenvatting van het voorstel
De gemeenteraad van Leidschendam-Voorburg stelt voor om het beleidsplan Schuldhulpverlening 2025-2028 vast te stellen. Dit plan is een voortzetting van het huidige beleidsplan 2021-2024 en richt zich op het voorkomen en oplossen van problematische schulden. Het nieuwe plan bevat aangescherpte kaders en doelen op basis van ervaringen uit de vorige periode, met aandacht voor preventie, vroegsignalering, curatie en nazorg. Het plan voldoet aan de wettelijke eisen en is budgettair neutraal. Inwoners en belanghebbenden zijn betrokken bij de ontwikkeling van het plan, en er is rekening gehouden met recente en verwachte landelijke ontwikkelingen, zoals de verkorting van de aflosperiode in schuldhulptrajecten.