Het transcript dat je hieronder aantreft is gegenereerd met behulp van computertechnologie.
Hierdoor kunnen de namen van personen en partijen soms foutief zijn weergegeven.
Indien je een fout opmerkt kun je deze gemakkelijk verbeteren door op het bewerk-symbool (het potloodje) te klikken.
Ik heropen de vergadering met de koersbrief of tenminste de raadsbrieven informeren over de koers van het WMO-beleid. Het sociaal kompas vormt het richtinggevend kader voor de uitvoering van de WMO. Sindsdien hebben vele ontwikkelingen plaatsgevonden en zijn er wetten gewijzigd of bijgekomen. Ook zijn er demografische ontwikkelingen steeds duidelijker geworden en daarmee de uitdagingen die op de gemeente afkomen. Het sociaal kompas voldoet daarom niet meer als richtinggevend kader voor de uitvoering van de WMO. Het college heeft de koersbrief gestuurd om al zo vroeg te informeren over de huidige WMO en nieuwe ontwikkelingen. Daarnaast heeft het college deze brief gestuurd om in deze commissie de dialoog te voeren over de voorgenomen koers van het WMO-beleid. We hebben ze al vaker gehad, hè? De koersbrieven. Dat betekent dus dat wij zaken kunnen meegeven aan de wethouder. Dat is ook de bedoeling van vanavond. Ik zeg het nogmaals. En, ik heb van de wethouder begrepen dat alles de komende maanden verwerkt gaat worden en zo ongeveer tegen het eind van het jaar dat dat zou leiden tot een raadsvoorstel, denk ik, waarbij we de politieke discussie kunnen gaan volgen. Wethouder, als u even de dames en heren zou willen voorstellen in functie.
Dank u, voorzitter. Ja, wij hebben het geluk, of eigenlijk de luxe, in onze organisatie dat we heel veel toegewijde medewerkers rondom de WMO hebben zitten. Een aantal op de tribune hier en naast mij hier specifiek zitten twee beleidsadviseurs voor het sociaal domein, specifiek voor de WMO. Ook
Van harte welkom, dan ga ik even een rondje maken wie er is. Mevrouw Kok. Ja. Serieus, meneer Wilschut. Meneer van der Schaft. Meneer Voortman. Meneer Visser. Ja, helder. Mevrouw Kok, gaat uw gang en ik wijs nogmaals op de strikte spreektijd en interrupties die rondgestuurd zijn. Dank u wel, voorzitter.
Ik begin dit agendapunt graag met een quote die ik al vaker in deze commissie heb benoemd van de directeur van het Wetenschappelijk Bureau van de Partij van de Arbeid en inmiddels een bekend publicist over armoede en kansenongelijkheid Tim 'S Jongers. Niemand is zelfredzaam. Sommige mensen hebben alleen meer middelen om dit af te kopen dan anderen, bijvoorbeeld een huishoudelijke hulp, betaalde kinderopvang of oppas, belastingadviseur, een bezorgmaaltijd in de avond, noem maar op. Bij het lezen van deze koersbrief moest ik opnieuw aan deze quote denken, want die term zelfredzaamheid komt maar al te vaak terug. Voorzitter, ik wil de wethouder en eigenlijk ook wel deze coalitie vragen, wat is nu precies het doel als het gaat om het WMO-beleid in deze gemeente? Het welzijn van onze inwoners stimuleren? En ja, daar maakt zelfredzaamheid natuurlijk onderdeel van uit. Of het beroep op onze algemene en maatwerkvoorzieningen terugdringen. Dat laatste zie ik in deze koersbrief namelijk tussen de regels doorsluimeren, niet zelden onder het mom van zelfredzaamheid. Omdat we daar een beroep op doen, zijn voorzieningen niet of minder nodig. Terwijl, voorzitter, in de ogen van de Partij van de Arbeid zijn die voorzieningen juist een voorwaarde om zelfredzaam te kunnen zijn, juist voor die groepen mensen die het zelf aan middelen ontbreekt, financieel, maar ook als het gaat om sociaal netwerk of om goede gezondheid. Sommige maatregelen die in dit stuk worden voorgenomen raken juist hen extra hard. De PvdA ageert al deze hele collegeperiode tegen de geplande eigen bijdrage voor de dagbesteding. Die vinden wij zorgelijk en dat geldt ook voor het voornemen om te stoppen met overbruggingszorg voor inwoners die op de wachtlijst staan voor zorg onder de WLZ of de ZVW, zoals ik in de koersbrief kan lezen. Voorzitter, wat dan wel hoor ik u en een collega's denken, nou, wij zijn positief over het voornemen om de manier van aanvragen te versimpelen, zeker voor chronisch zieken die elk jaar op dezelfde indicatie moeten wachten. En verder wat de PvdA betreft: stevig investeren in die algemene voorzieningen, die sociale basis, zoals de vorige raad samen met GroenLinks, de SP en het CDA in het subsidiebeleid hebben geamendeerd, meer opbouwwerkers in onze wijken, het Sociaal Servicepunt versterken, zoals mevrouw Schmidt eerder vanavond betoogde. Dit hebben we overigens in een amendement in een eerdere kadernota ook vastgelegd. Mijn vraag aan de wethouder is, wanneer komen daar ook de benodigde middelen bij? Investeren in onze wijken en dienstencentra, wat in die koersbrief staat over achterstallig onderhoud en hoge energiekosten en de partners die dat zelf mogen oplossen, verbaasde me daarom nogal. Is het in lijn met de visie maatschappelijk vastgoed van de collega-wethouder van Veller, voorzitter? Pas als we dit doen, kan de Partij van de Arbeid zich vinden in de koers die we varen ten aanzien van de WMO. Tot zover, dank u wel.
Ja, dank u wel, voorzitter. Voorzitter, GroenLinks is blij met de gelegenheid om met de wethouder van gedachten te kunnen wisselen over de koers van de WMO. Wat ons betreft is dat een solidaire, inclusieve koers, een die de naam van de wet eer aandoet: maatschappelijke ondersteuning. Een koers waarin daadwerkelijk wordt gekozen voor de mensen die recht hebben op voorzieningen en die deze dan ook kunnen benutten en die al die mensen bereikt. Dat vraagt om investeringen, zoals we ook al hoorden uit de inbreng van mevrouw Smit. Wat ons betreft schiet die koersbrief daarin wel een beetje tekort. Het zwaartepunt lijkt te liggen op de financiële toekomstbestendigheid en niet op de bestendigheid van de ondersteuning die we mensen horen te bieden. Fraudebestrijding en handhaving, individuele verantwoordelijkheid en betaalbaarheid: zetten we nou in op een koers of op een ombuiging? We zien zeker ook goede dingen: versimpelen van aanvraagprocedures, snelle en goede informatievoorziening, betere bereikbaarheid, samenwerking met andere beleidsterreinen. Allemaal dingen waar we op alle terreinen beter van kunnen worden. Voorzitter, ik heb een paar thema's of vragen aan de wethouder, deels ook ingegeven door mijn recente ervaring met de Duisenberg-methode. Het is duidelijk dat beleidsvrijheid bij de gemeentelijke uitvoering van de WMO gering is, niet overal in dezelfde mate. De bulk van de middelen gaat naar wettelijke taken met scherpe kaders. Is het mogelijk om aan te geven, vraag ik aan de wethouder, hoe beïnvloedbaar die uitvoering van taken is? Is dat 1%, is dat 30%, is het 70%, 10%? Ik weet het niet. En in het verlengde daarvan de vraag, want we hebben hier een koersnotitie. Is er met die beïnvloedbaarheid überhaupt te bewegen? Zou de wethouder dat willen? We zouden daar graag wat meer informatie over krijgen. Dan gaat mijn leesscherm op tilt. Het toenemend beslag in de stand van zaken in de koersbrief wordt eigenlijk door twee ontwikkelingen geschetst als oorzaak daarvoor: enerzijds de dubbele vergrijzing en anderzijds de toenemende mentale problemen onder jongvolwassenen. Vooral die vergrijzing zorgt ervoor dat het beroep op de maatwerkondersteuning in wonen, vervoer, rolstoel en in huishoudelijke ondersteuning steeds groter wordt. En we hebben dus niet zoveel invloed op alles bij elkaar. Dit wordt wel opgeschreven en neergezet als een vrij angstaanjagend perspectief waarvoor twee oplossingen in het oog springen: dempen van de kostenontwikkeling en scherper zijn op fraude. Over die kostenontwikkeling? Ja, die is er. Tegelijkertijd springt Leidschendam-Voorburg er heel zuinig uit. Als je kijkt naar andere vergelijkbare gemeenten, geven wij per inwoner bijna €100 per jaar minder uit. Dat is 1/3 minder ten opzichte van de referentiebedragen. Alles kan natuurlijk altijd efficiënter, maar niet alles is uit te drukken in financiële waarden, zeker niet als het erom gaat een solidaire en inclusieve gemeente te zijn. Ik zie hier eigenlijk een discrepantie tussen uitgangspunt en conclusie. Hoe ziet de wethouder dit? Ook in dit kader een vraag over de eigen bijdrage voor alle maatwerkvoorzieningen, inclusief begeleiding. Sluiten we daarmee aan bij de landelijke trend, het landelijke gebruik? Maar kan de wethouder iets meer toelichten over hoe zo'n bijdrage systeem eruit zou gaan zien? Hoe hoog voor alles? Wat zou de clementie voor schrijnende gevallen inhouden? We zijn hier niet per se heel enthousiast over. En voorzitter, GroenLinks is eerlijk gezegd verbaasd over de aankondiging van verscherpte controle op fraude en strakke handhaving, met als argument dat zorgaanbieders soms frauderen. Vooral zijn we verbaasd omdat in de jaarstukken over 2023 geen enkele onrechtmatigheid of fraude is geconstateerd. Dus waarom dan dit beeld geschetst? Tot slot twee dingen die we niet zo helder terugvinden. Ten eerste de decentralisatie beschermd wonen. Wat er ook gebeurt, moet de gemeente Leidschendam-Voorburg vanaf volgend jaar daarvoor lokaal de toeleiding gaan vormgeven. En welke gedachten bestaan daarover? En ten tweede de transitie van 18-min naar 18-plus zorg. Dat is een van de, als ik dat mooie schema achterin moet geloven, talloze aansluitingsvraagstukken die wat GroenLinks betreft meer aandacht zou mogen krijgen. Graag zou ik van de wethouder horen wat hij daarvoor in gedachten heeft. Dank u wel tot zover. Dank u.
Voorzitter, dank. Voorzitter, als ik deze koersbrief lees, dan gaat het vooral eigenlijk om de centrale vraag: hoe gaan we om met een grotere vraag dan het aanbod aan ondersteuning? En de vraag is natuurlijk, hoeveel ruimte hebben we überhaupt om hierin te bewegen? Het college zoekt daarin mogelijkheden en denkt dan onder andere aan het strikte handhaven van regels en de focus op de meest kwetsbare groepen. Maar als het dan om dat laatste gaat, hoe wordt dat aan de voorkant ingeschat? Is het mogelijk om bijvoorbeeld telefonisch in te schatten wie kwetsbaar is en wie niet? En als het om een strikte naleving van regels gaat, dan geldt dat dus ook voor de meest kwetsbare groepen. Het is belangrijk dat daar extra aandacht voor is over de overgang tussen de ene naar de andere wet. Dat staat er benoemd, maar ondersteunt de ChristenUnie echt met kracht? Zwaartepunt kwetsbare inwoners is van belang. Waar de ChristenUnie blij mee is, is de extra inzet op mantelzorgondersteuning. En dat het Sociaal Servicepunt en de gemeente bereikbaar worden, betekent dit dan ook dat het Sociaal Servicepunt wordt versterkt voor de ChristenUnie? Echt cruciaal dat deze basisvoorziening laagdrempelig te vinden is en haar belangrijke werk kan doen. Als we verwachten dat de vraag groter wordt dan het aanbod, is er dan ook gedacht aan de inkomensafhankelijke eigen bijdrage. De komende periode komt er wat ruimte om als gemeente daarop iets te doen en heeft het college bijvoorbeeld overwogen om daar iets mee te experimenteren of een pilot te starten? We weten dat het pas vanaf januari 2026 uit mijn hoofd echt helemaal mag, maar misschien is er nu in de aanlooptijd vooral wat mogelijk. De doelgroep die nu de ondersteuning nodig heeft, is niet altijd de doelgroep die het nu ontvangt, namelijk. Tot zover. En
Ja dank u wel, voorzitter. Ja, we zijn in een eerder stadium al op de hoogte gebracht van deze koers. Brieven konden daar ook input mee geven en een van de meest moeilijke begrippen in dit hele verhaal is die zelfredzaamheid, waar al eerder over gesproken wordt door de PvdA. Dat blijft voor ons een moeilijk begrip omdat het nu eenmaal zo is dat niet iedereen zelfredzaam is of kan zijn. En ook kunnen mensen niet altijd terugvallen op een netwerk. Daar waar mantelzorg wel beschikbaar is voor degene die hulp nodig heeft, vinden wij dat mantelzorgers ruimer ondersteund moeten worden, want het is geen sinecure om mantelzorg te leveren en wij willen eigenlijk dat geen enkele jongere opgezadeld wordt met mantelzorg. We hebben het vanavond al gehad over het sociaal servicepunt. Inspraak was heel duidelijk. Dat vinden wij een belangrijk kanaal om mensen te helpen. Maar de weg wordt niet altijd gevonden. En dat is een probleem wat al langer bestaat, en dat vinden we dat dat nog steeds de aandacht nodig heeft. En daar zien we graag in de uiteindelijke regels en beleid wat er komt meer van terug. Vrij eenvoudig aanvragen is een belangrijk punt, maar is zeker niet voldoende. Mensen moeten echt ook actief gevonden worden, want eenzaamheid is er en de kans dat dat toeneemt is een reëel risico. En dan is er ook nog de groep van mensen die zich onbegrepen en niet gehoord voelen. Daar hebben we eerder aandacht voor gevraagd vanuit de SP en we vinden het belangrijk dat deze mensen niet aan hun lot overgelaten worden. Ook daar kun je over beleidslijnen heen kijken, over beleidsgebieden heen kijken. We vinden het echt een gemis dat deze gemeente geen meldpunt voor huurdersgedrag heeft. Er zijn mensen die namelijk hulp nodig hebben, bijvoorbeeld als ze door hun woningbouwvereniging in de knel worden gezet en dat raakt toch wel degelijk ook het WMO-beleid, dus graag aandacht daarvoor. Dat was het voor dit moment, dank u wel.
Ja dankjewel. De maatschappij is flink in beweging. Grote bewegingen die je ongetwijfeld een gemeentelijke weerslag krijgt op met name WMO-beleid om maar eventjes even nu. Het is geen dooddoener, bijvoorbeeld de grijze golf. Iedereen schermt met de grijze golf en de kosten die dat zowel landelijk als gemeentelijk met zich mee gaat brengen. Maar naast die grijze golf hebben we natuurlijk nog een golf, de obesitasgolf om het even qua financiën met elkaar in perspectief te zetten. De grijze golf kost ons 62 miljard. De obesitasgolf kost ons 80 miljard, volgens de universitaire berekeningen. Dat zijn dus de kinderen en de kleinkinderen van mensen die nu in de grijze golf zitten, de kinderen van de achterbank. Dus ik denk dat die weerslag zich ook in de gemeente zal gaan voordoen op velerlei vlak. Deze koersbrief is volgens mij een mooi middel om daarop in te spelen en maatwerk te kunnen leveren. Dus wij onderschrijven de koersbrief. Dankjewel. Dank u.
Voorzitter. Er is een duidelijk oog nodig voor de noodzaak en omvang van de WMO-zorg hier in onze gemeente en deze agenda geeft daar in ieder geval een redelijk goede richting aan. Maar er zijn natuurlijk ook de nodige vraagtekens bij te stellen. Dat willen we natuurlijk de wethouder ook meegeven en het schema op pagina 6 illustreert het al een beetje. Er is één grote samenhang te vinden met allerlei ondersteuningsregelingen en samenhangende oorzaken en gevolgen. Ik neem maar even als voorbeeld: als je inadequate jeugdzorg pleegt en als je 18 jaar plus bent, dan zal dat leiden tot een intensiever gebruik van de vervolgzorg. En dat zou natuurlijk jammer zijn. Dus wat ook eerder in het debat naar voren kwam, is de samenhang tussen al het beleid dat hier in deze gemeente vorm krijgt, natuurlijk een essentie voor een beter en goed WMO-beleid. Voorzitter, in dit schema zijn eigenlijk ook zaken die niet staan en ik snap dat het voor de logica van deze brief niet noodzakelijk is, maar een goed cultureel en sociaal beleid in onze gemeente draagt natuurlijk ook bij aan een betere beleving en een betere beleving draagt ook bij aan een betere gezondheid, dus ook voor de wethouder cultuur ligt hier natuurlijk een mooie taak en datzelfde geldt voor de huisvesting. Het wordt al eerder aangehaald, dus de wethouder wonen mag ook meedoen. Goede locaties en bereikbare locaties, dus de wethouder verkeer en vervoer mag ervoor zorgen dat onze inwoners met een handicap natuurlijk ook fatsoenlijk geholpen worden. En als je de sportverenigingen en de scholen meeneemt om kinderen te helpen een beter leven te hebben en daardoor later minder WMO-zorg te kunnen krijgen, ik chargeer even, dan zou het ook mooi zijn, dus ook die wethouder mag aan de slag en dan verwijs ik nog naar ons eerdere initiatiefvoorstel waar wij een belangrijke rol voor de wijkverenigingen zagen weggelegd en die wijkverenigingen hebben natuurlijk ook een specifieke functie in de sociale binding in een wijk en als je over sociale binding spreekt, dan heb je het natuurlijk ook over mantelzorgers en vrijwilligers en die mantelzorg en vrijwilligers vragen en krijgen wel erg veel aandacht in de WMO-agenda, maar dat mag eigenlijk bij wijze van spreken nog wel iets bovenop, want die zijn essentieel natuurlijk om een sociaal-maatschappelijk WMO-beleid mogelijk te maken. Voorzitter, die ondersteuning en begeleiding wordt mooi benoemd, maar zorg ervoor dat die ook gewaardeerd wordt en beter gewaardeerd en ondersteund wordt dan die misschien nu wordt gedaan. En dan zou het natuurlijk ook een sociale dienstplicht invoeren, misschien in deze gemeente als zelfstandige eenheid, ook wel iets zijn wat het CDA natuurlijk zou kunnen aanspreken. Voorzitter, ik sluit aan bij de verzoeken van het Sociaal Servicepunt om invoering en het maken van samenhang in de algemene opvang van WMO-aanvragen. Natuurlijk mooi. Er zit volgens mij toch nog een soort black spot in. Uiteindelijk zijn er natuurlijk altijd openingstijden en sluitingstijden van organisaties en verenigingen en dat zou natuurlijk ook wel erg mooi zijn als er op basis van 24 uur beschikbaarheid iemand op een persoonlijke manier aandacht kan krijgen voor de vragen die je zou kunnen hebben of ondersteuning die je nodig hebt, want persoonlijke aandacht is natuurlijk altijd nog beter dan het telefonische contact. En dan haal ik een voorbeeld aan, dat is de huishoudelijke ondersteuning als symbool van alle aanvragen en mogelijkheden die in de WMO zijn. Schoonmaak is natuurlijk niet alles, het hebben van een kopje koffie en het gesprek daar afloop maakt natuurlijk dat schoonmaken een essentieel onderdeel is van de opvangmogelijkheden die er zijn. En nu stelt het goed, juiste hulp moet er op tijd zijn. Laat dat het adagium zijn, maar goed beleid is ook degelijk financieel beleid, maar niet alleen beleid dat staat op geld, maar vooral dat in staat op de zorg die de inwoner nodig heeft. En dat kan niet alleen maar zijn op begrotingsmaatregelen, maar juist ook op voldoende geld en misschien wel meer geld om te zorgen dat die begeleiding goed is. Dat is natuurlijk een bijzondere uitdaging voor de wethouder. En ook een enkele opmerking nog over het naleven van strikte regels. Ik hoop dat het CDA daar mag vanuit lezen dat het gaat om het goed doorgeleiden naar de juiste hulp, de complexiteit van de regels. Uw brief zelf geeft al erg mooie stijlfiguren over. Weer helpt daarbij niet altijd. De doelgroep heeft juist baat bij eenvoudige, minder regels en uitdaging voor de uitvoering en ik hoop vooral dat die strikte naleving niet repressief is, want repressie zou eigenlijk een uitsluitend middel mogen zijn bij daadwerkelijke fraude en over het algemeen is dat wat fout gaat in deze hulp een gevolg van een onjuiste aanvraag of het onjuist geven van een goede hulp. En daar zal weer een goed gesprek veel beter helpen dan het straffen. En bovendien zou een persoonlijk gesprek daar nog bij helpen, want door een telefoon zie je nooit de kamer en ruik je nooit de eenzaamheid van de mensen die de hulpvraag stellen. Tot slot, voorzitter, de wethouder geeft een breed gamma van WMO-mogelijkheden weer. We zijn natuurlijk benieuwd wat dat allemaal uiteindelijk gaat worden, dus in dat opzicht kijken we uit naar het vervolg en dan heb ik nog een kleine uitsluitende anekdote zelf. Ik heb een vertegenwoordiger van de Stichting Chill gesproken laatst en die vroeg ook bij u onder de aandacht te brengen dat er een heleboel mensen in Nederland zijn die moeten leven met een niet-aangeboren hersenafwijking en die hebben dan weer baat bij prikkelvrije of prikkelarme ontmoetingsplekken. En zij stelden dat deze gemeente daar in ieder geval niet aan doet, dus dat is voor u dan ook een uitnodiging om met dit soort verzoeken in de aanvraag aan de slag te gaan. Ik kan de informatie erover doorsturen. Ik dank u wel. Mevrouw Vogelaar.
Dank u wel, voorzitter. D66 vertrouwt op de eigen kracht van mensen, maar ziet ook dat we sociale wezens zijn. Geen op zichzelf staande eilandjes, maar verbonden met elkaar en voor elkaar. Heel veel mensen zijn in staat om goed voor zichzelf en hun naasten te zorgen, maar er is ook een groep voor wie dat op de korte of langere termijn niet meer lukt, bijvoorbeeld door ziekte, ouderdom of een beperking. Gelukkig hebben we met elkaar ondersteuning georganiseerd voor deze mensen, zoals de WMO. Die dient voor D66 een heel duidelijk doel: mensen hulp bieden die ze nodig hebben en hen zo in staat stellen de regie op het eigen leven te handhaven en actief te kunnen blijven deelnemen aan de maatschappij. Iedereen verdient immers een kans op volwaardig meedoen. Maar de WMO staat onder druk. Er komen steeds meer aanvragen door de vergrijzing. De complexiteit van de hulpvragen neemt toe en de kosten lopen steeds verder op. Dat beeld wordt ook versterkt door de recent gekomen monitor sociaal domein. Nieuw beleid is nodig en met deze koersbrief wordt daar een eerste aanzet toe gegeven. De korte brief geeft een heldere analyse van de stand van zaken in onze gemeente, waarvoor complimenten, en ziet ook: als we op het huidige pad doorgaan, dan loopt het systeem vast. In hoofdstuk 4 van de koersbrief worden de contouren van het nieuwe beleid geschetst. Maar wat valt op? De nadruk ligt vooral op wat andere partijen moeten gaan doen. Het netwerk moet worden aangesproken. Mantelzorgers en vrijwilligers krijgen een nog grotere rol toebedeeld en de gemeente ziet de eigen verbeteringsmogelijkheden vooral in de hoek van de vereenvoudiging van processen en verbeteren van de informatievoorziening. Daar zien wij op zich het belang van in, want met een oplopende vraag, personeelstekorten en beperkte financiële middelen kunnen we ook niet alles zelf blijven doen. Maar de koersbrief schetst volgens ons maar een gedeelte van het verhaal. De gemeente heeft namelijk niet alleen een regierol, maar ook een meer inhoudelijke en uitvoerende rol, met name bij de maatwerkvoorzieningen. Wat betekent het nieuwe WMO-beleid voor wat de gemeente nou zelf anders gaat doen? Komen er bijvoorbeeld nieuwe afwegingskaders voor het toedienen van indicaties? Daarover horen wij graag een toelichting van de wethouder. De koersbrief schetst een helder beeld van alle uitdagingen die op ons afkomen en onderkent de grote invloed van de ontwikkelingen waar de gemeente niet op kan sturen, zoals demografische ontwikkeling en financiering vanuit het rijk. Maar we moeten ervoor waken dat we geen speelbal van de omstandigheden worden. We moeten onze eigen koers blijven varen en daarom mag wat D66 betreft de ambitie nog wel wat scherper geformuleerd worden. Want wat is nou eigenlijk het serviceniveau van ondersteuning dat wij aan onze inwoners willen bieden? En wat is er voor nodig om dat niveau te realiseren? Dat is volgens ons de volgorde die aangehouden moet worden en daarom zien wij graag van de wethouder welk serviceniveau hij dan voor zich ziet. Voorzitter, nieuw beleid is mooi, maar uiteindelijk moet beleid vooral in de praktijk gaan werken en alles valt of staat met de kwaliteit van de uitvoering. Als je recht hebt op WMO, dan moet die ondersteuning kwalitatief gewoon goed zijn en daar hoort D66 vanuit de inwoners behoorlijk wat klachten over. Met name bij de huishoudelijke ondersteuning: huizen die niet goed schoongemaakt worden, ondersteuning die op het allerlaatste moment afbelt of niet vervangen wordt bij ziekte of vakantie, of een onrealistische flexibiliteit die van cliënten verlangd wordt. Want als je te horen krijgt dat er hulp ergens tussen 10 en twee komt, dan krijg je misschien wel ondersteuning, maar dan heb je geen regie meer en dat is nou juist wel wat we met elkaar beogen. Ook het recent uitgekomen cliëntervaringsonderzoek laat dit soort situaties zien. Een meerderheid van de mensen is dan wel tevreden over de hulp, maar één op de vijf vindt de kwaliteit echt onvoldoende. En een kwart geeft aan dat de WMO-ondersteuning hem of haar niet in staat stelt om de dingen te doen die ze graag willen doen. Dat is echt fors en ook een signaal dat de WMO niet altijd doet wat die moet doen, namelijk mensen de ondersteuning bieden die ze nodig hebben en hen in staat stellen zo lang mogelijk zelfstandig mee te doen in de samenleving. Uiteindelijk is dat waar het om gaat. En daarom horen wij graag van de wethouder hoe hij met het nieuwe beleid ervoor gaat zorgen dat de kwaliteit van de uitvoering ook gegarandeerd wordt. Tot slot, voorzitter, om maar in het thema van het stuk te blijven. We hebben een koers, maar ook nog een hoop werk voor de boeg en het vaarwater is allesbehalve rustig. We hopen daarom dat het beleid dat uit deze koersbrief gaat volgen een scherp kompas gaat opleveren. Dank u wel. Soort van Gemeentebelangen.
Voorzitter, dank u wel. Voorzitter, in ieder geval de complimenten aan wethouder, ambtenaren en mogelijk andere betrokken partijen voor deze koersbrief. Ik blik toch even terug. Voorzitter, sinds 2015 met de start van de drie decentralisaties hebben we het als gemeentelijke organisatie zwaar gehad. Ineens was de ambtelijke organisatie ook verantwoordelijk voor zorg en dienstverlening aan de inwoners. Een ongekende schok van beleid, maar ook uitvoering. We zijn nu 9 jaar later en daar ligt nu met betrekking tot de WMO een heldere koersbrief voor. Voor wie is de WMO beschikbaar? Wat doen ze en waar liggen de knelpunten? Voorzitter, het is goed om uit te gaan van de eigen verantwoordelijkheid van iedere burger voor zijn of haar bestaan. Er is wel verschil in zelfredzaam of kwetsbaar zijn en voor die laatste groep kwetsbaren moeten we beschikbaar zijn en dat ademt deze koersbrief ook uit met alle knelpunten van dien. En dat moeten we ook uitdragen als gemeente, met daarbij de boodschap: als het echt niet gaat, dan staan we voor de inwoners klaar. Het Sociaal Servicepunt kan hier een belangrijke rol in spelen, waarvoor dan ook de nodige aandacht. Graag hierover een reactie van de wethouder. Voorzitter, met deze mooie teksten alleen zijn we er nog niet. We moeten duidelijk zijn in wat wel en niet kan, zodat je weet waar je als inwoner op kan rekenen en wel zonder gedoe. Maar ook moeten we af van de medicalisering van ieder denkbaar probleem. En dus hoe lossen we het op in het systeem van het gezin of tijdelijk elders? Voorzitter, en dan zijn we op het punt waar GBLV zich zorgen over maakt. We lopen tegen de financiële grenzen aan van de mogelijkheden die we als gemeente geacht worden uit te voeren. Zeker als we kijken naar de groeiende groep. En ik pik ze er toch even uit: naar de groeiende groep langer, soms te lang thuiswonende ouderen. Ook voor deze groter wordende groep in onze gemeente is de WMO beschikbaar. En dan moet ik nu even naar beneden. Voorzitter, ook hier maar even ons logo thuislaten. De fractie van GBLV vraagt zich ook hier af waarom we niet buiten de grenzen van de WMO kijken en binnen de mogelijkheden van de andere aandachtsgebieden, de beleidsterreinen van de gemeente, naar samenwerking kijken en samen met de beschikbare financiële mogelijkheden onze uitdagingen aanpakken. En voorzitter, wanneer zoeken we nu ook de mogelijke raakvlakken van gemeenten en zorginstellingen op? Dat wordt nu in de ogen van GBLV wel een open deur. Het water staat bij beide partijen nog net niet aan de lippen, maar als we geen actie ondernemen, lopen we samen vast in de zorg voor ouderen, thuis en elders zoals de zorginstellingen. Graag hierover ook een reactie van de wethouder. Voorzitter, tot zover. Dank u.
Ja, dank u wel. Ik heb eigenlijk een korte, verhelderende vraag aan de heer Steutel. Hij heeft het nu voor de tweede keer deze avond over zijn ego thuislaten. Maar wat bedoelt hij daarmee?
Nou, dat is niet alleen wat ik daarmee bedoel. Ik bedoel dat we even onze plaatselijke pet of kleuren van onze organisatie afzetten, en of je dan van een partij bent, of je bent van een beleidsterrein, of je bent van een zorginstelling, of wat dan ook. Ik pleit ervoor om niet alleen binnen dat doel van jouw organisatie of stichting te focussen op datgene waarvoor je geacht wordt te zijn, maar ook open te staan voor samenwerking en elkaar op te zoeken in tijden van crisis, want overal zijn financiële problemen. Zo moeilijk is het allemaal niet, maar je moet elkaar wel gaan vinden. En wat je toch in ieder geval ziet, is dat gemeentelijk beleid en beleid van zorginstellingen mijlenver van elkaar staan. Het is inmiddels een bekende open deur van mij en van onze fractie, maar het kan een goed voorbeeld zijn waar je elkaar vindt. Dus laten we even niet in politieke kleuren denken als we over dit soort onderwerpen praten. Maar laten we kijken waar we met samenwerking in ieder geval de gelden die we hebben op de diverse terreinen goed kunnen benutten voor dat doel, en dat is onze inwoner.
Ja voorzitter, dank u wel. Volgens mij zijn wij allemaal politici in deze Kamer en vind ik het ergens althans de oproep om politiek dan maar thuis te laten bij nota bene als het gaat om een koersbrief waarin we volgens mij worden geacht om hele stevige keuzes te maken, nu en in de toekomst, dan vind ik dat eerlijk gezegd een beetje een vreemde oproep. Temeer omdat u zegt, ik vind dat we elkaar moeten vinden en voordat ik u kan vinden, GBLV, wil ik wel weten waar u voor staat, dus daar ben ik eigenlijk wel benieuwd naar. Meneer Sleutel.
Kunnen we het best op een ander moment gaan voeren, maar waar het mij vooral om gaat is dat op het moment dat we blijven redeneren zoals u het nu graag ziet, dan komt die samenwerking met de andere terreinen er nooit.
Tot slot, nou, in mijn ogen is juist om goed te kunnen samenwerken, het van belang dat we van elkaar weten wat we aan elkaar hebben. Dat betekent inderdaad niet dat je per definitie moet gaan polariseren. Dat doen we volgens mij ook niet, maar zeggen: we moeten geen politiek bedrijven om elkaar te kunnen vinden. Dat komt op mij in deze politieke zaal wat vreemd over, maar ik begrijp ook dat u de discussie wellicht op een later moment, misschien in de tweede termijn, wilt voeren, want ik ben ook gewoon heel benieuwd. Nou ja, we leggen hier volgens mij de basis voor een koers, dus ik ben heel benieuwd hoe Gemeentebelangen daarin zit. Dank u wel. Dat wordt
Heel fijn, dan gaan we nu naar de wethouder. Ik hoop dat u heel veel input heeft gekregen waar u ook iets mee kunt en daarnaast ook nog een aantal vragen gaat beantwoorden.
Dank u, voorzitter. Allereerst dank ook voor de aanwezigheid en de inbreng vanuit de partners van het Sociaal Servicepunt. En dank voor de inbreng van alle raadsleden, alles wat genoemd is vanavond nemen we sowieso mee om vanuit deze koers verder te ontwikkelen naar uiteindelijk het beleidsstuk. Waar we dit najaar verder aan werken, dus dank daarvoor in ieder geval. Ja, om te starten met de reactie die vanuit mevrouw Kok van de Partij van de Arbeid kwam. Met het doel van de WMO en u startte met het woord zelfredzaamheid inderdaad en wat inderdaad een belangrijke rol speelt in dit stuk ook, want zelfredzaamheid zien we als een belangrijke kernwaarde om te hebben, zeg maar als onderdeel van die sociale basis. In die zelfredzaamheid werken we op heel veel vlakken in de gemeente aan. In feite gaat ook de LEA waar we het vandaag over gehad hebben, het hele onderwijs werkt mee aan zelfredzaamheid, de omgeving, het ontmoeten van mensen met elkaar, dus ook op cultuurvlak. Dus op heel veel vlakken werken we in deze gemeente aan zelfredzaamheid van inwoners. Ook het maatschappelijk vastgoedbeleid speelt daar een rol in, dus het zou nou niet passend zijn om alleen dat onderwerp hier een plek te geven. Strikt genomen zeggen we, we willen dat inwoners zo zelfredzaam mogelijk zijn en als ze dat niet zijn, dan is er de WMO en dan staan we direct klaar en dan zorgen we dat inwoners die het nodig hebben, dus de meest kwetsbare, de hulp kunnen krijgen die nodig is. Dat is de essentie van de wet en dat is ook hoe wij die willen uitvoeren en er voor die kwetsbare en zwakkere inwoners zijn, dus dat staat buiten kijf. Maar die zelfredzaamheid zit dus in veel meer onderdelen en dit is bij uitstek ook een onderwerp dat we in het stuk van de sociale basis, u noemde het zelf al, het amendement dat onlangs aangenomen is en waarin ook het college heeft aangegeven. Daar komen we later met een stuk. Daar komt dit ook verder in terug. Hoe dat in al die verschillende beleidsterreinen een plek vindt. Datzelfde geldt voor het Sociaal Servicepunt, om dat ook maar even te noemen. In het stuk hebben we genoemd dat er een aantal uitdagingen liggen. De inspreekster heeft dat ook aangegeven. Vanuit het WMO-beleid werken we onder andere aan een verbetering van de sociale kaart, aan verbinding van partners. We hebben onlangs een heel succesvolle verbindingsbijeenkomst gehad waarin men vanuit die verschillende zorglijnen elkaar kon ontmoeten. Dat zijn stappen, maar er ligt ook een financiële uitdaging die vandaag verteld is en ook dat proberen we als college een plekje te geven in dat gesprek over die sociale basis, dus dat volgt. Meneer Wilders.
Over de volgorde. Volgordelijkheid is een lekker moeilijk woord voor mij als het gaat om wanneer we dat stuk over de sociale basis kunnen verwachten en wanneer we dit stuk moeten vaststellen. Want het heeft natuurlijk een en ander veel met elkaar te maken. Voor ons is het een redelijk cruciaal punt, sociaal focuspunt, en of het wel of niet onderdeel ervan zal zijn.
In het beleids- of het antwoord wat we aan het uitwerken zijn voor de sociale basis pakken we dit onderwerp mee, dus beschouwen we dat ook. Dus daar zou ik hem even op vast willen klikken.
Ja maar nou voorzitter? Nou, ik wacht even braaf op mijn beurt, want u was de laatste keer heel streng erop. Het gaat mij erom: wanneer krijgen we welk stuk, dus dat je zeg maar, hebben we antwoord op de vraag van de sociale basis voordat we dit eindproduct, zeg maar, vaststellen. Die
Die planning heb ik, kijk heel even naar links, maar volgens mij is er nog niet over die planning verder gesproken. Maar ja, desnoods schrijf je die even op als toezegging dat wij dat voor u scherp maken wanneer wij beide stukken in de besluitvorming zien terechtkomen. Dit stuk gaat over de WMO. Dit is een belangrijk onderdeel, daar zit die zelfredzaamheid in. Maar de essentie is zoals gezegd dat als je niet zelfredzaam bent op een bepaald onderdeel, dan is die WMO er. Even kijken, dan stap ik over naar GroenLinks. U had een specifieke vraag over de beïnvloedbaarheid van al die activiteiten die eigenlijk in dit schema zijn opgenomen. Ik vind dit een heel prettig schema. Ik hoop u ook, want het geeft een overzicht hoe complex en hoe breed dit onderwerp is en het geeft ook min of meer een overzicht waar we de vrijheid hebben. Heel veel is, nou ja, afhankelijk van juridische kaders hieromheen, maar daar zitten ook bepaalde zaken in waar we wel meer vrijheid hebben. Ik zeg maar wat, die buslijn 47 of voorlichting over dementie. Dat zit voor een deel in dit schema. Maar ik kan u ook aanbieden en ik denk dat dat wellicht wel verstandig is dat we bijvoorbeeld in een sessie ook nog dit schema beschouwen met elkaar en ook kijken van hé, waar zit die vrijheid nou in, waar zou je eventueel nog verder op kunnen sturen? Dan is er ook een vraag gesteld over de lage kosten, mevrouw Seriese.
Zegt de wethouder nu dat er niet is dat er in de stukken, dat er in die rode hokjes van een rood lijntje voorzien hokjes, dat daar helemaal geen beleidsvrijheid zit of beïnvloedbaarheid is, dat nul, en dat de vrijheid alleen maar zit in de hokjes met een zwart of zonder lijntje? Ben gewoon nieuwsgierig.
Nou, kijk, daar zit het. Het staat hier aangemerkt inderdaad dat het wettelijk is en dat er scherpe kaders aan vastzitten. Maar er zit zeker wel vrijheid in. Ook hoe je dat invult, dus in hoe we de begeleiding vormgeven, de huishoudelijke ondersteuning, daar zit wel degelijk vrijheid in. Dat zit ook deels natuurlijk in dit stuk genoemd. Als je het hebt over die onderwerpen, hoe we dat uitvoeren. Maar dat zit in kleine dingen over aanpassingen van de woningen, over het vervoer, over rolstoelen. Daar kan je natuurlijk bepaalde manieren in vinden. Voorzitter, ja.
Dat verschilt uiteraard per onderwerp. Kijk, er zit een wettelijke verplichting in dat je dit moet uitvoeren, dat je dit moet aanbieden. Maar de manier waarop je dat doet. Ik bedoel, wij hebben bijvoorbeeld onze eigen consulenten en daardoor kunnen we heel dicht op de mensen zitten en dat je bijvoorbeeld niet via een website laat doen, maar bijvoorbeeld via een telefonische aanvraag. Ik zeg maar wat, dat hoe je de menselijke maat hierin kan zoeken, dat zijn eigenlijk allemaal uitvoeringsvrijheden die je hebt. En dat is eigenlijk wat ik ook probeerde aan te geven. Ik wil graag aanbieden, ook wel dat bijvoorbeeld een gesprek plaatsvindt met onze consulenten, dat die ook kunnen aangeven van hé, hoe werkt dit nou, hè? Als iemand opbelt, welk gevoel krijg je dan op? Hoe doen we dit nou? Dat zit echt op dat niveau, op het uitvoeringsniveau. Ik heb hier ook een vraag staan over de kostenvergelijking met andere gemeenten. Dat vraagt wel een toelichting. Wij scoren wellicht ook op dit moment wat lager in de WMO-kosten dan bij omliggende gemeenten. En dat heeft eigenlijk grofweg twee redenen. Eén is dat wij de toegang tot de WMO in eigen beheer bij onze consulenten hebben, dus dat wij heel goed, en dat zit ook bij die consulenten, kunnen afwegen wat precies nodig is voor de persoon en wat ook weer niet, dus ook overbodigheden worden weggehaald. Dat is er één en dat is ook heel prettig werken daarmee. Maar de grootste die zit eigenlijk in dat wij een inhaalslag te maken hebben met de tarieven rondom huishoudelijke hulp. Die inhaalslag, dat is ook benoemd in het stuk, die zijn we op dit moment aan het bekijken. Daar vinden gesprekken plaats en er is een onvermijdelijke verwachting, die wordt ook al jaren in een begroting genoemd, dat we daar omhoog gaan met de WMO-kosten, dus dat zit er sowieso aan te komen en dan hoop ik u dit najaar verder over te kunnen informeren. U noemde ook iets over het stukje over fraude? Ja, dit moet natuurlijk juist geen belemmering voor onze inwoners zijn, maar dit is juist om onze inwoners te beschermen. Wij hebben signalen en we horen ook vanuit andere gemeenten in de markt dat er fraude gepleegd wordt door bedrijven. Nu hebben wij daar geen inzet op om dat te controleren, maar wij zien wel dat dat nodig is juist om die inwoners te beschermen, om het zo maar even te noemen. En tot slot wordt er vanuit GroenLinks ook benoemd. Ja, de aansluitingen in die WMO, dus met name 18 min 18 plus, daarvoor intensiveren we inderdaad de samenwerking met het jeugdvlak. Werken we meer data gericht. Ik denk dat dat ook een goede is om in het beleid straks ook scherper neer te zetten hoe we daarop inspelen. Ik weet dat dit ook bij andere fracties een belangrijk punt wordt geacht. Dan stap ik even over naar de vragen vanuit de ChristenUnie. Ja, u geeft terecht ook aan het zwaartepunt ligt op kwetsbare inwoners helpen. Nou net ook van gezegd. Zo ziet het college het ook. Als je hulp nodig hebt, dan moet je die kunnen krijgen en ook zonder teveel poespas, laat ik het zo maar zeggen. Een vraag over het sociaal servicepunt heb ik net iets over aangegeven. En een vraag over de inkomensafhankelijke bijdragen. In het stuk hebben we aangegeven dat we inderdaad, net zoals bijna alle gemeenten in Nederland, die inkomensafhankelijke bijdragen willen vragen als de wet dat toe gaat laten, want daar moet eerst nog de Tweede Kamer en de Eerste Kamer over besluiten, dus dat is allemaal nog afhankelijk. Maar als dat mogelijk is, dan zien wij dat als een mogelijkheid en daarbij geldt ook dat wij de zwakkeren ook daar willen ontlasten uiteraard. Maar dat zit ook in het wetsvoorstel dat het geldt vanaf het sociaal minimum voor 185% van het sociaal minimum. Dan naar de heer Van der Schaft vanuit. Eerst naar
Ik heb nog een vraag hierover, want ik vroeg namelijk naar: is er ruimte om te experimenteren of iets in een pilot te doen waardoor je dat gesprek wat landelijk moet plaatsvinden ook kan voeden? Is daar ruimte voor, zeg maar om ook op gemeentelijk niveau iets te doen? En zo ja, zou onze gemeente daar dan iets in willen doen?
Dan kijk ik even naar links. Volgens mij zijn daar net twee gemeenten juist door voor op hun vingers getikt dat die ruimte er op dit moment niet is. Laat ik het daarbij houden, ja, dus dat die er nu niet is. De heer Van der Schaft vanuit de SP, ja, een duidelijke oproep ook voor mantelzorgers en specifiek jongeren. U zegt ja, het zou toch niet zo moeten zijn dat jongeren hierdoor belast worden? Dit is er een die we echt meenemen in het stukje ondersteuning voor mantelzorgers wat we echt heel belangrijk vinden. De weg naar het Sociaal Servicepunt wordt ook niet altijd gevonden, zegt u ook? Dat nemen we mee, die communicatie daarover, en dat zullen we ook met de partijen bespreken. En dan geeft u aan dat het wel goed zou zijn om een meldpunt te hebben voor huurdersgedrag. En dat we dat nu niet zouden hebben. Er is een meldpunt voor goed verhuurderschap, die subsidiëren we ook, maar dat lijkt me gezien de opmerking die u maakt dat we dat ook beter moeten communiceren en zorgen dat dat onder de aandacht is. Dus, meneer Van...
Ten aanzien van het meldpunt verhuurdersgedrag. Daar ga ik op terugkomen, want daar gaat ook een andere wethouder over, dus dat vind ik wel zo eerlijk om dat daar aan te kaarten. Maar wij zien dat de oplossing die de gemeente Leidschendam-Voorburg gekozen heeft schuurt met de intenties van de wet, dus daar kom ik op terug en het andere punt wat u net aanhaalde, dat ben ik even kwijt. Communicatie over
Ja, dat hij dat niet alleen bij het Sociaal Servicepunt moet leggen, want ook zij zien niet alles en ik zal een voorbeeld geven. We hebben laatst een verkiezingscampagne gehad voor de Europese verkiezingen en we hebben keurig geflyerd en een brievenbus en dan kom je brievenbussen tegen die echt mutjevol zitten. En dan vraag ik me af, wie constateert dat dan? Ja, wij constateren dat dan. En wij zouden de woningbouwvereniging bijvoorbeeld kunnen benaderen, maar dat zijn zeg maar, kleine dingen die je ziet in de samenleving en die signalen zijn wel belangrijk om op te pikken. Je gaat daar niet iedereen mee vangen, maar je zou er maar net eentje vangen, die echt heel... En hoe boven? Dit is dus dat soort ideeën dat ik graag mee zou willen geven. Ja. Dank.
Ook die is ontvangen en zullen we meenemen. Dan vanuit de VVD een, nou ja, eigenlijk een schets waarin de noodzaak voor de koers wordt aangegeven. Dank daarvoor. Ik heb geen specifieke vraag opgeschreven. Maar wel vanuit het CDA, ook enkele opmerkingen over mantelzorgers. Geeft u ook aan dat u daar heel veel waarde aan hecht, vrijwilligers en ook het waarderen van deze groepen. Nou, daar hebben we ook een aanzet voor gegeven in de koers natuurlijk, dus die nemen we extra mee. Ook een pleidooi voor minder regels, soepeler en sneller. Nou ja, ook daar hebben we nu een aanzet voor gegeven, maar ook dat nemen we mee en het strengere beleid, ook dat geldt als ik u goed begrijp, de opmerking die we daarin hebben gezet. Dat geldt met name ook voor de aanbieders dat we dat strakker regelen en dat we ook goed kijken naar dat er geen mensen tussen de WMO en de WLZ invallen, want daar is niemand bij gebaat, dus dat we daar goed naar kijken en dat je uiteindelijk altijd wel ergens in zit. Dus dat is een menselijke kant en dan de suggestie inderdaad voor prikkelarme ontmoetingsplekken. Die neem ik even mee richting het openbaar ruimtebeleid en de omgevingsvisie, vind ik ook een hele mooie.
De wethouder die noemt dat hij het belangrijk vindt dat niemand tussen de WMO en de WLZ invalt. Maar hoe rijmt hij dat met het voornemen uit de koersbrief om de overbruggingszorg voor mensen die wachten op WLZ- of zorgverzekeringswetzorg niet meer te bieden als gemeente.
Essentie is dat niemand ertussen valt, dus. Want helemaal loslaten kan niet, maar ik denk dat we er meer bovenop moeten zitten, dat we sneller zeggen: oké, je zit in de WMO of er zit een overlap, maar die wil je inzetten. Ik denk dat dat het even in het kort is. Ik weet niet, heb jij daar een korte aanvulling op?
Het gaat vooral om de aanbieders die zorg willen bieden als iemand wil, zet hen er ook op wijzen. Zorg er ook voor dat die mensen niet verdwalen in het web van regels en dat wij als gemeente daar wat kritischer op gaan zitten en dat we ook die mensen meer ondersteuning bieden voor de cliënt. Ondersteun dat ze ook daadwerkelijk op de plek komen waar ze de zorg krijgen die ze echt moeten hebben. Dank.
Naar mevrouw Vogelaar vanuit de D66. U stipt nog even heel goed aan inderdaad. Belangrijk is dat mensen volwaardig mee moeten kunnen doen. In die WMO speelt daar een hele belangrijke rol in. U geeft ook aan dat er wat u betreft ook wel best veel de nadruk in het stuk ligt over wat andere partijen nou zouden moeten doen in dit hele stelsel. Ja en die zit toch voor een deel op? Dat wij als gemeente eigenlijk de regisseur zijn, dus een soort coördinator van dit hele stelsel. Dus als je kijkt op pagina 6 van deze koersvisie, daar staat een omgekeerde driehoek. Waarin we de essentie hebben neergezet dat mensen in eerste instantie voor zichzelf kunnen zorgen met gebruik van hun sociale netwerk. In tweede instantie dat mensen er voor elkaar zijn. De derde is dat we algemene voorzieningen bieden en de vierde is maatwerk en in al die voor dat hele geheel van die driehoek speelt de gemeente een rol en heeft daar interventies in en dat zijn zaken als als het maatwerk nodig is, dan zorgen we dat er een goed gesprek is met onze consulenten en dat ze uiteindelijk naar een aanbieder worden doorverwezen en dat die hulp gaat plaatsvinden. Maar een schakeltje hoger zit dat meer op het zorgen dat er bijvoorbeeld een goede mantelzorgregeling is. Nog een schakel hoger is dat mensen bijvoorbeeld aan valpreventie mee kunnen doen, iets wat trouwens heel populair wordt bevonden om daarin mee te doen. Dus allemaal is in het hele gebied van zelfredzaamheid tot uiteindelijk maatwerk. Hulp achter we onszelf een rol. En geven we ook, zeggen we ook wat wij verwachten van de partners die daarin zitten, want op heel veel vlakken zijn wij zelf natuurlijk niet uitvoerend, maar doen heel veel partijen dat voor ons. Dus regie bouwen coördineren ja zitten er dan ook afwegingskaders in. Ja, die afwegingskaders voor die voor echt die uitvoering, de activiteiten die zijn vaak landelijk vastgesteld bij begeleiding hebben we bijvoorbeeld wel zelf nieuwe afwegingskaders vastzitten. Dat zit ook wel heel erg in die uitvoering. Nou ja, daarvan zou ik, wat ik net ook al eerder heb aangeboden, zou ik ook u willen aanbieden om daar juist met de consulent het gesprek over te voeren. Van hoe zit dat dan in die afwegingen? Welke maak je? Mevrouw Vogelaar.
Dank u wel, voorzitter, en in ieder geval dank voor het aanbod. Ik denk dat we daar graag gebruik van maken. Maar de achtergrond van mijn vraag over de afwegingskaders zat niet zozeer, hè, dat ik nou die heel erg onder de loep wil leggen. Maar het was eigenlijk een voorbeeld om te illustreren dat het toch niet zo kan zijn dat we een nieuw WMO-beleid maken en dat we daarin vooral gaan opschrijven wat andere partners anders moeten doen. Daar zit toch ook een component in wat de gemeente anders moet gaan doen, lijkt me, want de gemeente heeft ook een stukje uitvoering van de WMO onder zich en daar ben ik even benieuwd naar.
Nou, er zitten wel degelijk kijk. Ik denk dat bijna aan alle acties zit er ook een actie van de gemeente in, hè? Kijk dus we richten ons op 5 pijlers even hè? Dus de eerste is bijvoorbeeld de inwoner houdt regie. Nou, een onderdeel daarvan is dat we die sociale kaart goed willen inrichten. Nou, daar zit wel degelijk werk van onze mensen heel erg aan vast, maar ook mensen vanuit het sociaal servicepunt. Maar ook als we zeggen onder die pijler dat we meer menselijk contact willen hebben, hè, dus dat mensen telefonisch bereikbaar zijn. Dat we de indicaties wat langer laten meelopen. Dat is een manier van werken die bij onze consulenten moet plaatsvinden, dus dat is wel degelijk ook hoe onze eigen mensen werken. Datzelfde geldt op de pijler maatschappelijke kracht, dus het waarderen van de mantelzorgers die die waardering meestal als het een dag per jaar en ook bijvoorbeeld een lunchpakket dat mensen kunnen ophalen. Dat wordt allemaal vanuit de gemeente georganiseerd. Nou, dat zijn er een aantal zonder nu het hele gaan op het maar op vrijwel al die acties die erin zitten en ook het toekomstbestendig maken van heel dat stelsel daar zitten. Nou ja taken bij de gemeente zelf in, maar ook heel veel bij de partners van het hele veld.
Afronding, dat ga ik doen. Ja, vanuit D66 ook de vraag van ja, hoe kunnen we nou zo goed mogelijk de kwaliteit borgen? Nou, dat zit in een aantal vlakken. Dat zit in consulenten die jaarlijks getraind worden en in het gedrag van de consulenten. Dat zit in die simpele processen die ik net noemde. Dat zit in de afspraken die we met uitvoerders maken over waar een taak aan moet voldoen, hè, dus wanneer is een huis schoon? Dat leggen we allemaal vast in overeenkomsten. En wij houden die kwaliteit op de uitvoering in de gaten door bijvoorbeeld periodieke controles uit te voeren. Als er klachten komen, dan gaan we via de consulent de partijen aanspreken. Er wordt ook op locatie gekeken, dus er zitten verschillende acties waarin we vinger aan de pols houden en dat gebeurt op een menselijke manier. Dan tot slot vanuit Gemeentebelangen? Ja, dank ook voor de complimenten, heer Steutel. U geeft ook aan kwetsbare inwoners. Net zoals veel partijen hebben aangegeven. U geeft ook aan: besteed meer aan mensen die hulp behoeven die thuis blijven wonen. En hoe denken we daar nou over? Dit is ook iets wat ik juist met mijn collega en ook met andere leden van het college bespreek. Dus hoe vangen we dit op in ons woningbouwbeleid? Dit zit daar absoluut in en niet alleen in het bouwbeleid, maar ook in bijvoorbeeld voorstellen om nieuwbouwwoningen age proof te maken. Maar ook denken we nu na over scootmobielstallingen bij bestaande complexen en verbetering van gezamenlijke ruimtes. Dat gebeurt vanuit de regeling langer zelfstandig thuis wonen waarin een nieuw voorstel ook voorligt. En daarnaast proberen we die samenwerking met de zorginstellingen waar wij eerder met elkaar over gesproken hebben ook beter te leggen. En ik denk dat dat ook iets is om in het beleidsstuk straks wat meer ruimte te geven. Tot zover, voorzitter, dank.
Ja, dank u, dank u wel. Ja, misschien loop ik ook een beetje op de zaken vooruit, maar we zijn nu en dat wil ik wel graag eigenlijk voor de tweede termijn van de wethouder weten. Maar we hebben nu eigenlijk heel blokjesgewijs alle antwoorden besproken of alle vragen besproken van alle verschillende fracties. Maar vanavond bespreken we een koers. Als we kijken naar die koers, naar de stip op de horizon die we zetten ten aanzien van het WMO-beleid, dan heb ik misschien een kritische blik, maar dan is er volgens mij maar één van de acht fracties vanavond die unaniem heeft gezegd: die koers onderschrijven we en daar is niks op aan te merken, en dat is de VVD. Zeven fracties hadden daar aanvullingen op of vragen bij. Hoe kijkt de wethouder hier tegenaan? Betekent dit wat tot nu toe is gewisseld iets voor de koers die hij vindt dat we als gemeente moeten varen? Ja, daar ben ik eigenlijk wel afrondend benieuwd naar voordat we de tweede termijn ingaan. Dank u wel.
Eerlijk gezegd is de koers die hier geschetst wordt met de 5 pijlers: inwoner houdt de regie, maatschappelijke kracht, best passende hulp, bewustwording en een toekomstbestendig stelsel. Dat we daar als basis van de koers heel goed mee vooruit kunnen en kunnen werken naar dat beleidsstuk. Maar dat er heel veel opmerkingen zijn gemaakt die dat stuk eigenlijk alleen maar beter kunnen maken. Dus ik zie niet direct heel veel tegenstrijdigheden. Ik hoor wel hier en daar van: nou, probeer die zelfredzaamheid nog meer plek te geven. Probeer die inwoner en het er zijn voor die inwoner die kwetsbaar is nog meer voorop te stellen en verder heel veel aanscherpingen. Dus nou ja, ik zie daarin een mooie uitdaging om deze koers die hier geschetst is verder te brengen naar het beleid.
Beantwoord. Ja, dat is de vraag, is een antwoord op, want ik. Ik had in mijn betoog een vraag gesteld over God. De wethouder legde zijn koersbrief uit met welke exogene ontwikkelingen wij allemaal te maken hebben. Maar ik had hem ook gevraagd naar, wat zijn nou de stippen op de horizon die hij zet in de woorden van mevrouw Kok en wat is het serviceniveau, het voorzieningenniveau dat wij als gemeente beogen, het ambiëren? Dat klopt niet wat wij ambiëren als gemeente voor onze inwoners en die heb ik nog niet scherp beantwoord gekregen. Oké, mevrouw
Ja, dank u voorzitter. Ik had nog een vraag over de inrichting van de eigen bijdrage die hier wordt aangegeven. In hele algemene termen wordt gezegd, van nou, dat gaan we ook doen, maar hoe en wat precies en wat voor? Nou ja, inkomens vraagt de inkomensafhankelijke reisvraag daar ook bij terechtkomt. In antwoord op een vraag van de heer Wildschut heeft de wethouder al aangegeven dat we met een inkomensafhankelijke bijdrage nu niks kunnen, maar als we voor elke maatwerkvoorziening een eigen bijdrage van elke WMO-ontvanger gaan vragen, dan kan ik me voorstellen dat dat voor sommige mensen een veel groter probleem is dan voor anderen. En in algemene zin zou ik daar graag...
U Voorzitter. Ja, de beschrijving van het serviceniveau en de kwaliteit erbij. Kijk, wij zijn en we blijven het vangnet voor die inwoners die kwetsbaar zijn en hulp nodig hebben. Dat is de essentie en daar horen bepaalde servicemaatregelen bij die we hier ook een plek geven, zoals bereikbaarheid, menselijk gedrag. Nou ja, ik denk dat ik, als ik dit ga opnoemen, nog wat verder in herhaling val. Maar ik zie in de vraag ook een opdracht om het kwaliteitsniveau en serviceniveau ook echt goed te gaan beschrijven in het beleidsstuk. Dus nou ja, ik hoop dat u daar voor nu genoeg aan heeft aan dit antwoord. Oké, en dan het stukje over de eigen bijdrage. Ja, die heb ik net al kort aangestipt. Die eigen bijdrage zien we toch ook als een manier om het stelsel ook betaalbaar te houden en ook eerlijk. Dus daarmee beogen we dat, als het landelijk beleid aangenomen wordt, wij daarin meegaan, maar nogmaals met de belangrijke kanttekening dat we daarbij ook de kwetsbare inwoners ontzien, dus die mensen die onder het sociaal minimum van 185% zitten. Maar dit is nog een beetje vooruitlopen op de muziek. We weten ook niet wat een nieuw kabinet doet. Dus ik denk dat we die even moeten parkeren ook.
Voorzitter, dank u wel. Even een vraag in aanvulling hierop. Als ik de wethouder nu hoor, dan gaat het over een eigen bijdrage. Zodra er nieuw rijksbeleid is, begreep ik uit het stuk en ook uit het coalitieakkoord van deze coalitie dat het plan is om een eigen bijdrage in te stellen binnen de huidige regelgeving. Bijvoorbeeld voor dagbesteding. Kan hij daar iets over zeggen? Oh, waar hebben we het...
Helder. Wij hebben input geleverd. Wij hebben gecheckt of alle vragen beantwoord zijn. Ik kijk even een rondje of er behoefte is aan een tweede termijn. Als dat er is, dan ga ik beginnen bij mevrouw Kok.
Ja voorzitter, dank u wel en dank ook voor de beantwoording van de wethouder van al deze vragen. Nou ja, uit mijn soort samenvattende vraag denk ik net aan het eind blijkt denk ik wel wat de Partij van de Arbeid vindt. Ik gaf aan het eind van ons betoog aan dat in de huidige koers zoals die hier staat, waarin in onze ogen de rem op de kosten, hè, om in de tekst van de koersbrief te blijven, toch wel heel erg als doel af en toe naar voren sluimert in plaats van goede zorg bieden aan onze inwoners, vinden we dat best wel lastig. Tegelijkertijd hoor ik de wethouder zeggen dat hij bepaalde dingen beter een plek wil gaan geven in deze koers. Dus wat dat betreft kijken we uit naar het vervolg, maar daar zijn wij wel kritisch op tot nu toe. Dank u wel.
Ja, dank u wel. Allereerst dank aan de wethouder voor de beantwoording van de vragen en voor de uitnodiging voor een gesprek over, nou ja, wat ik maar dan noem toch de beïnvloedbaarheid en de manoeuvreerbaarheid van de uitvoering. Ja, het zou fijn zijn als in het beleidsplan zo zou worden geschreven dat de ondersteuning daadwerkelijk terechtkomt bij de mensen die die echt nodig hebben en daar ook niet op een andere manier in zelf kunnen voorzien. En ook wat ons betreft zit in deze koers nog wel een beetje het accent heel erg op de betaalbaarheid en de financiële houdbaarheid. Ik ontken niet dat het belangrijk is, maar toch de duurzaamheid en de toekomstbestendigheid is ook de toekomstbestendigheid van de ondersteuning die wordt gegeven voor de mensen die daar daadwerkelijk een beroep op moeten doen. Dank u wel.
Dank voor de ChristenUnie is die focus op kwetsbare inwoners van groot belang, ook te ondersteunen in waar inwoners dus moeten zijn. Welk labeltje, welk potje en de nadruk op kosten vinden wij op zich niet zo gek, maar moet dus niet ten koste gaan van die kwetsbare inwoner. Voor ons is heel belangrijk dat die inwoner de juiste ondersteuning of zorg krijgt en dat vraagt dus ook laagdrempelig contact, telefonisch, maar misschien nog wel fijner fysiek. Via bijvoorbeeld een sociaal servicepunt. Daarom wil ik nog wel de oproep doen om de besluitvorming over de sociale basis eerst te hebben voordat we hier verder over besluiten, omdat dit nog cruciaal is voor het WMO-beleid. Nou, de wethouder heeft al toegezegd om een planning erover op te sturen, dus hierbij mijn gewenste planning en even voor de check check dubbelcheck: er komt dus op het WMO-beleid geen eigen bijdrage zolang er niet wettelijk of landelijk iets is geregeld als het gaat om de inkomensafhankelijke eigen bijdrage. Tot zover. Dank u wel.
Ja, we zijn nog steeds van mening dat die koersbrief zoals die nu is geformuleerd op die 5 pijlers dekkend is voor een passend maatwerk binnen de WMO in onze gemeente. Dank aan de wethouder.
Ja voorzitter, dank u wel. Nou ja, goed met alle toezeggingen van de wethouder op alle vragen en tips die hij heeft meegekregen, wordt het stuk alleen maar scherper denken we en kunnen wij daar zeker mee instemmen. Dank u wel.
Dank u, voorzitter. Ik vroeg net het woord, omdat het wel degelijk even ging over een antwoord op de begeleiding waar ik net, denk ik, niet helemaal duidelijk in was. Hoe ik net over de begeleiding sprak, gaat over de mogelijkheid om het inkomensafhankelijk te maken. Straks in de toekomst naar dat besluit. Wat op dit moment al is, is dat we een stukje eigen bijdrage vragen voor de huishoudelijke ondersteuning, het wonen en het vervoer. Dat is die € 20,60 per maand. Op dit moment, als je die nu betaalt, dan kan je eigenlijk van het hele WMO-pakket gebruikmaken. Daar zit op dit moment een uitzondering in onze gemeente op voor begeleiding en die wil het college ook conform het coalitieakkoord invoeren. Nogmaals, dat valt onder het pakket van die € 20,60. Een groot deel van die inwoners zal deze al betalen, maar er zijn ook inwoners die dat niet doen en daar hopen we ook wel van, net zoals bijna in de rest van het land, dat wij ook die € 20,60 daar als bijdrage willen vragen.
Nou ja, eigenlijk uit ook om het eerlijk te maken voor de inwoners die gebruik maken van die andere stukjes, dus ook om gelijk te trekken en ook het stelsel een stukje betaalbaar te maken.
Ja, niet om daar nu in het staartje van het debat nog een hele discussie over te voeren, maar met het oog op wetgeving die niet landelijk gaat wijzigen, kan ik me zo voorstellen dat de financiële baten die die € 20,60 bij deze beste en kwetsbare groep gaat opleveren, dat dat nooit gaat opwegen tegen heel wat administratieve gedoe eromheen om dit te wijzigen en door te voeren en dus ik zou u nou ja, een oproep doen om dat nogmaals te heroverwegen. Dank u wel.
Helder, dan dank ik de wethouder en de ondersteuning. Ik concludeer af met dat we de raadsbrief voor kennisgeving aannemen, dat alles verwerkt wordt en tegen het eind van het jaar het vervolgproces in Raad en Commissie gaat komen. Ik heb een toezegging genoteerd om scherp te maken wanneer het beleid in de besluitvorming gaat komen, zowel voor het WMO-beleid als de sociale basis. En we kennen de voorkeuren van de ChristenUnie daarin in ieder geval, en daarmee sluit ik dit agendapunt af. Dan komen wij bij het moment waarvan wij wisten dat dat zou gaan komen. Dat is dat het 6 minuten voor 11 is en dat er partijen zijn, waaronder het college, zonder spreektijd. Nou, we hebben daar afspraken over gemaakt, dus ik leg hem graag even bij u neer hoe we daarmee omgaan.
Jawel. Volgens mij kunnen we dit onderwerp redelijk voorspoedig behandelen, maar dan hoop ik wel dat u over uw hart kan strijken als het gaat om de spreektijd. En dan denk ik dat ik het wel binnen 1,5 minuut kan houden, voor mij dan althans.
Ja, het lijkt me heel goed dat de fracties die het groen moeten verzoek gedaan hebben dat die gewoon het oppakken. Ik denk dat het voor ons een heel kort verhaal is, want dat gaat eigenlijk om aan jullie vraag, dus ik zou het gewoon doen en dan zijn we er vanaf.