Het transcript dat je hieronder aantreft is gegenereerd met behulp van computertechnologie.
Hierdoor kunnen de namen van personen en partijen soms foutief zijn weergegeven.
Indien je een fout opmerkt kun je deze gemakkelijk verbeteren door op het bewerk-symbool (het potloodje) te klikken.
Voorzitter, dank u wel. We spreken hier vanavond inderdaad over de sociale woningbouw, een onderwerp dat de Partij van de Arbeid nauw aan het hart ligt. En dat doen we voor het eerst met wethouder Rouwendaal, die deze uitdagende portefeuille overneemt. Ik wil haar heel veel succes wensen. Er staat namelijk een grote uitdaging om ervoor te zorgen dat iedereen zeker is van een betaalbare woning en de urgentie om daar wat aan te doen is groot. Er is een groot tekort aan sociale huurwoningen. Woningzoekenden staan in onze gemeente gemiddeld 45 maanden op een wachtlijst. En die periode loopt op en daardoor zijn er voor steeds meer starters, gezinnen en ouderen geen betaalbare woningen in onze gemeente. Met elkaar hebben we de ambitie om daar wat aan te doen. We hebben eerder in deze Raad afgesproken dat we echt aan 30% sociale woningbouw bij nieuwbouw moeten komen en dat betekent dat we tot 2025 750 sociale woningen bijgebouwd moeten hebben in onze gemeente. En het is duidelijk dat we het met de huidige bouwlocaties in onze gemeente niet gaan redden. Het college heeft daarom nieuwe kansrijke ontwikkellocaties in beeld gebracht voor sociale woningbouw. De eerste stap is dus gezet. En het is nu tijd om die plannen concreet te gaan maken. De PvdA dient daarom met de ChristenUnie, SGP, GroenLinks en Gemeentebelangen een motie in om het college daarbij aan te sporen. We willen de schop zo snel mogelijk de grond in zien. Ik hoor graag van de wethouder hoe hij daarvoor gaat zorgen. De wethouder geeft aan dat hij kansrijke locaties verder wil onderzoeken in de businesscase sociale woningbouw. Wij willen graag dat hij zo snel mogelijk met het onderzoek start, zodat de bouw weer een stap dichterbij komt en we willen de wethouder uitdagen om op basis van het onderzoek nog voor de zomer van 2020 de plannen concreet in te vullen. En wat houdt dat in? Concreet invullen wat mij betreft is dat er een concreet plan komt voor de bouw van 750 sociale woningen, waarbij duidelijk is welke locaties we gaan benutten en wat de planning is. Ik hoor graag de reactie van de wethouder.
U wel voorzitter, vorige week bereikte ons het bericht dat wethouder Bouw het gedeelte Wonen van haar portefeuille overdraagt aan wethouder Ouwedaal. En dat vind ik fijn. Niet alleen hebben we nu een wethouder met hart en vooral tijd voor de sociale woningbouw, maar ook een wethouder die op Wonen vast voor gaat zorgen om de doorstroming te bevorderen. Koopwoningen voor starters, jonge gezinnen en senioren moeten gebouwd worden. Over de bevindingen van de taskforce heb ik de volgende vragen of opmerkingen: onder het hoofdstukje financiële haalbaarheid begrijp ik dat dat nog niet helemaal duidelijk is. We begrijpen dat het in deze tijd voor projectontwikkelaars en woningbouwverenigingen duur en moeilijk is om nieuwe projecten in het sociale segment te starten, maar ter ondersteuning daarvan hadden we juist nu dat vereveningsfonds. We horen wel dat nu het ene na het andere mooie project met dure huizen zonder 30% sociale woningbouw wordt goedgekeurd, maar blijkbaar is er nog geen geld in het fonds terechtgekomen. Lopen we hierdoor kansen mis? Zijn er al mensen komen aankloppen bij het fonds en hebben wij hun en hun mooie projecten de deur moeten wijzen? Bij de bouw van veel van de 750.000 woningen zijn we afhankelijk van commerciële partijen. Zij zullen huizen in een project moeten bouwen die aan de eisen van sociale woningbouw voldoen en ook aan de vraag bij bepaalde types woningen die we in onze gemeente nodig hebben. Wordt hier in een vroeg stadium met elkaar over gesproken, zodat we dadelijk niet opgescheept zitten met bijvoorbeeld honderden studio's met een huur van €720? En dan als laatste het draagvlak: de zorgen van de omwonenden zijn begrijpelijk. Ik heb verschillende raadsleden die geboren en opgegroeid zijn in de sociale woningbouw en het zal wel naast je komen wonen. Zonder gekheid, we zullen de inwoners van Leidschendam-Voorburg duidelijk moeten maken dat de bewoners van deze nieuwe woningen onze kinderen zijn die bijna geen mogelijkheden hebben om een huis te kopen, een hypotheek te krijgen of in aanmerking te komen voor huur in de vrije sector, maar ook nieuw afgestudeerde verpleegkundigen.
Meneer Van Dode. U zegt deze bewoners, onze kinderen zijn, maar u bent zich ongetwijfeld bewust van het spreidingsbeleid. Het woonbeleid voor Haaglanden dus grote kans en. Dat is ook wel eens de kritiek die je hoort bij bewonersavonden is van ja, maar dan komen de Hagenaars bij ons wonen en onze kinderen hebben geen woning.
Ja, hierdoor komen wel onze kinderen weer in aanmerking voor woningen in Den Haag, dus het is wel, zeg maar, een beetje geven en nemen. Maar ook zijn er bijvoorbeeld in Den Haag studenten die nu studeren bij de pabo die hier in aanmerking komen voor een woning en dan onderwijs kunnen gaan geven op onze scholen en aspirant-agenten die hier ook nog geen woning kunnen krijgen. Gewoon omdat ze niet te betalen zijn. Kortom, als Leidschendam-Voorburg niet een geheel vergrijsde gemeente wil worden, zullen we echt nieuwe huizen moeten bouwen. Omdat iedereen eigenlijk al jaren van overtuigd is dat er meer sociale woningbouw mogelijk is en dat het nodig is, maar dat er in al die tijd nog geen heipaal aan de grond gegaan is, steunt GroenLinks de motie van P. van de A. We vragen ook af of we zo snel mogelijk kunnen onderzoeken om nieuwe locaties te vinden in Leidschendam, maar ook in Voorburg en in Stompwijk, zodat we zo snel mogelijk de nieuwe bewoners een voordeur sleutel kunnen geven. Dank u.
Mevrouw Reinders, mag ik u verzoeken de volgende keer iets dichterbij de microfoon te gaan zitten? U bent niet altijd even goed te verstaan. Dank u wel. Meneer Bregman, mag ik u het woord geven? Dat
Een tekort aan nieuwbouw van sociale woningen blijft steken. Er zijn een drietal inhoudelijke punten die wij willen onderstrepen in de raadsbrief. Eén: minimaal 30% norm voor woningbouwprojecten aanhouden. Twee: sociale woningen die na een relatief korte periode verkocht worden in de vrije sector tegengaan. Dat is dus tegengaan. Drie: onderscheid voor de verschillende groepen in de sociale woningbouw. Naast de eengezinswoningen moet ook ruimte zijn voor starters- en seniorenwoningen. Wij vinden het een goede zaak dat de taskforce sociale woningbouw is ingesteld. Er zijn al genoeg vertragingen bij projecten, bijvoorbeeld de projecten in Stompwijk waar in februari al bouwtekeningen gepresenteerd zijn en alles moet een beetje opschieten. Bij de taskforce zou de ChristenUnie SGP ook graag die tijdslijnen ingevuld willen zien. Naast de bovengenoemde punten die ik net aangekaart heb, hopen wij dat ook de stakeholders zich kunnen committeren aan de tijdlijn en aan de punten om op die manier ook een daadwerkelijke versnelling in de sociale woningbouw te bereiken. Daarnaast is het natuurlijk ook in de vrije sector een aandachtspunt om daar ook de woningbouw te versnellen en om die doorstroming ook door te zetten. Tot zover.
Voorzitter, dank u wel. Kijk, als het gaat om sociale woningbouw, dan heeft de Raad natuurlijk een norm vastgesteld van 30% van de woningvoorraad die hier in de gemeente is, dat dat sociale huur moet zijn. Nou heeft onze fractie naar aanloop van deze commissievergadering technische vragen ingediend over hoe de woningvoorraad er nu voorligt en de beantwoording daarop. Die heeft ons enigszins verbaasd omdat er eigenlijk uit de beantwoording blijkt dat er niet echt goed zicht is op hoe de huidige woningvoorraad nou precies in elkaar steekt. Er wordt gezegd dat 25,6% in bezit is van woningbouwcorporaties en uiteindelijk onbekend is hoeveel particuliere huurwoningen in de sociale huurcategorie vallen. En als je dan ervan uit zou gaan dat in ieder geval 25,6% sociale huur is, nou, dan wordt die norm van 30% eigenlijk bij lange na nog niet gehaald. En eigenlijk is dan ook de 30% norm heel lastig te meten en dan zou de enige manier zijn om zicht te houden op die norm, om bij nieuwe projecten in ieder geval altijd die 30% norm aan te houden. Nou, ook uit de beantwoording van die vragen blijkt dat er ook van die norm mag worden afgeweken bij nieuwbouw. Nou bijvoorbeeld, hè? Nieuwe locatie langs de Vliet bij de kerk daar die nu gerealiseerd kan gaan worden, maar dat dat natuurlijk een mooie plek is langs de Vliet. Ja, dan is het natuurlijk voor de hand liggend dat het dure woningen worden en dat daar ook van de norm afgeweken zou worden. Dus hoe gaat de wethouder eigenlijk, hè? Hoe kan het college ervoor zorgen dat die 30% in ieder geval gehandhaafd blijft? En dan heb ik nog één vraag voor de indiener van de motie tegen scheefwonen en naar aanleiding van de landelijke plannen die op Prinsjesdag zijn gepresenteerd, wordt er aangegeven dat daar tegen scheefwonen opgetreden zal gaan worden en de indiener van de motie verzoekt daarom om alvast op gemeentelijk niveau een aantal maatregelen op te roepen. En ik vraag me dan af hoe de indiener dat dan precies voor zich ziet, dus tot zover, dankjewel.
Dank u wel, voorzitter. In een recent gehouden presentatie over de sociale huurmarkt in de regio Haaglanden bleek dat het aantal beschikbare woningen daalt. Het aantal woningzoekenden stijgt en de wachttijd bedraagt gemiddeld 45 tot 54 maanden. Dat vergt actie, ook in onze regio en in onze gemeente. Het CDA ondersteunt de ambitie om voor 2025 750 woningen in de sociale huursector te realiseren. Voor het CDA is daarbij van belang dat van alle nieuwbouwprojecten cumulatief 30% uit sociale woningen bestaat. We sluiten daarbij aan bij het gemeentelijk beleid dat als uitgangspunt heeft dat 30% bij bouwprojecten uit sociale woningen bestaat. Eén van de projecten waar sociale woningbouw voor is voorzien, is aan de Start. In de vorige raadsperiode is een motie aangenomen, waarmee het mogelijk werd de voormalige rugbyclub tijdelijk aan de Start te huisvesten. De vraag is hoe het staat met de duurzame oplossing voor de Brugse Rugbyclub en daarmee het vrijkomen van de Start voor sociale woningbouw. En wanneer kan de Raad hiervoor een voorstel verwachten? Voorzitter, een ander aandachtspunt binnen de sociale huur betreft het zogenaamde scheefwonen: huurders die in relatie tot de gezinssamenstelling of hun veranderde inkomen eigenlijk niet meer voor hun sociale huurwoning in aanmerking komen, maar hier wel in blijven zitten. Het kabinet heeft hier vorige week maatregelen op aangekondigd. Het CDA vindt het belangrijk dat niet alleen nieuwe sociale huurwoningen worden gebouwd, maar binnen de sociale huursector ook doorstroming plaatsvindt. De vraag is hoe het college deze doorstroming gaat stimuleren en realiseren. En in dat kader doet het CDA het voorstel om ook binnen de sociale huursector generatievriendelijk te bouwen. Met andere woorden, kunnen sociale woningen gebouwd worden voor ouderen, zodat zij door kunnen stromen op de sociale woningmarkt? En daardoor woningen vrijmaken voor andere woningzoekenden. Is het college bereid dat bij de verdere planontwikkeling te onderzoeken? En over het scheefwonen hebben we ook een motie ingediend. Voorzitter, een leven lang wonen in onze gemeente door generatiegericht bouwen. In de raadsbrief kondigt het college al aan dat in onze gemeente ook een grote behoefte bestaat aan woningen in andere categorieën. Er is in onze gemeente behoefte aan huur- en koopwoningen in het middensegment. Jongeren en jonge gezinnen verlaten nu onze gemeente omdat ze geen betaalbare woning kunnen vinden. Het CDA vindt dat we dit tij moeten keren en nodigt het college daarom ook uit met een plan te komen voor het realiseren van betaalbare huur- en koopwoningen. Het CDA vraagt daarbij ook graag aandacht voor de huisvesting van specifieke doelgroepen als politieagenten, leraren en zorgverleners, mensen met banen die van belang zijn. Ook voor onze gemeente. Is het college in navolging van de gemeente Den Haag bereid te bezien of voor deze groepen een beleid kan worden gevoerd waarmee zij in aanmerking komen voor middenhuur? Voorzitter, tot slot: in het gemeentebeleid is bepaald dat projectontwikkelaars die geen of te weinig sociale woningen bouwen, een bijdrage storten in het vereffeningsfonds. Tijdens het debat over de herontwikkeling van de Fonteinkerk meldde de wethouder dat het fonds vooral uit de post moet worden ontvangen. Kan de wethouder aangeven wanneer het fonds door projectontwikkelaars gevuld gaat worden en welke sociale woningbouw met deze gelden gerealiseerd gaat worden? Dank u wel.
Misschien één korte vraag, als dat nog zou mogen. Ik was benieuwd naar de motie over het scheefwonen, waar ook wel aan gevraagd is door D66. Daarbij roept het CDA op om meer afspraken te maken met woningcorporaties om scheefwonen tegen te gaan. Ik was ook benieuwd hoe zich dat verhoudt tot de huidige prestatieafspraken waarin ook afspraken staan met corporaties om dit te doen. Ziet het CDA dus aanvullingen daarop en heeft het CDA daarbij ook concrete suggesties?
Dank u wel, voorzitter. Voorzitter, de motie roept op tot twee dingen: enerzijds inzichtelijk maken hoe kwantitatief het scheefwonen in onze gemeente ervoor staat. Dus welk percentage van de sociale huurwoningen wordt op dit moment bewoond door mensen die daar per wet niet voor in aanmerking komen, voorzitter. De
Voorzitter. Ik denk dat het belangrijk is, of wij denken dat het belangrijk is, om een inschatting te kunnen maken van de ernst van de problematiek en of de huidige aanpak op dit moment werkt. In de tweede plaats, en dan ga ik denk ik ook in op de vraag van de heer Joris, en u stelt in zekere zin dezelfde vraag. Voor Prinsjesdag heeft het Rijk aangekondigd met een aanvullende aanpak te komen. Die aanvullende aanpak bestaat er in principe uit dat iemand die scheef woont versneld een huurverhoging krijgt conform zijn gezinsinkomen. Wat wij in ieder geval zouden willen, want ik wil niet alles invullen voor het college, meneer Jorissen, maar wat we in ieder geval zouden willen, is dat deze nieuwe rijksaanpak zo snel mogelijk wordt omarmd in de regio. We hebben de motie ook aangepast overigens, want aanvankelijk stond in de motie in Leidschendam-Voorburg, maar dat is inderdaad, zoals de heer Jacobs ook al aangeeft, iets wat regionaal moet worden aangepakt. Dank, ik hoop dat ik daarmee het antwoord heb gegeven op de.
Ja goed, dank u voorzitter om namelijk in kaart te brengen hoe groot het probleem is van scheefwonen heb je natuurlijk toegang nodig tot bepaalde gegevens waar een woningcorporatie niet zomaar toegang toe heeft. Dus het lijkt me heel lastig, ook voor het college om in kaart te brengen hoe groot het probleem is en wie er daadwerkelijk scheefwoont, want dan heb je natuurlijk gegevens nodig. Dan moet je gewoon weten hoeveel iemands gezinsinkomen is. Dus ja, heeft de gemeente toegang tot die gegevens vraag ik me af en mogen die dan ook voor deze doeleinden gebruikt worden? Dat is eigenlijk de vraag die ik heb. Meneer
Dit zou ik nog even opzoeken, maar volgens mij zijn de eerste maatregelen op het gebied van scheefwonen en zijn er zelfs Europese maatregelen een jaar of 6 of 7 geleden geweest waardoor woningcorporaties inderdaad inzicht kunnen krijgen. Maar ik ben eventjes niet helemaal helder op mijn exacte gegevens van de wet in deze, dus ik stel deze vraag ook heel even aan de wethouder. Maar bij mijn beste weten, want daar stoelen de rijksmaatregelen ook op, is er een mogelijkheid voor woningcorporaties om inzicht te krijgen in het gezinsinkomen van de bewoner van een specifiek pand of adres.
U wel. Ik vind het punt wat de heer Doep maakt van de duur, soms benadering en de inkomensafhankelijke huurverhoging heel interessant. Ik ben wel even benieuwd naar wat lokaal de mogelijkheden zijn op dit vlak. Ik heb het beeld op basis van prestatieafspraken dat we al veel doen en wat mogelijk is, dus even aan het zoeken. Wat kunnen we nog meer doen als gemeentes vragen nu de pot, maar wellicht ook aan de wethouder straks van wat zijn de mogelijkheden om hier nog meer aan te doen is er lokaal handelingsperspectief voor of waar zit dat dan?
Voorzitter, ik denk dat het handelingsperspectief in eerste instantie regionaal is. Ik verwijs nogmaals naar de wijziging in de motie die wij eerder vanavond nog hebben doorgevoerd. Mijn excuses naar de collega's dat dat op het laatste moment was. Kijk, en ik herhaal nog even mijn eerdere antwoorden. Ik denk dat het eerste en het beste wat we kunnen doen is in kaart brengen hoe groot het probleem daadwerkelijk is en ten tweede de rijksmaatregelen die zijn aangekondigd in het belang, ook van de lokale en regionale arbeidsmarkt, zo snel mogelijk doorvoeren. Als u mij vraagt of er nog aanvullende maatregelen moeten komen, daar heb ik op dit moment geen antwoord op, maar wil ik nog wel, en ook samen met u, over nadenken. Dank u wel meneer.
U wel, voorzitter. Het nadeel als je wat later aan het woord komt, is dat er al heel veel is gezegd. Wat ik waarschijnlijk nu ook weer ga zeggen. Maar dat doe ik dan omdat het extra belangrijk is. Welkom, meneer Rouwendaal. We zijn allebei nieuw in dit dossier, dus interessant. Sociale woningbouw, heel belangrijk onderwerp. Het blijkt al dat daar heel veel over gezegd wordt. Sociale woningen zijn zeker nodig, ook in onze gemeente. Het wordt steeds moeilijker voor starters en mensen met een laag inkomen om aan een betaalbare huur- of koopwoning te komen. De kranten staan er iedere dag vol van, vandaar ook dat wij er in de coalitie een afspraak over hebben gemaakt dat van alle te bouwen woningen tot 2025 er gemiddeld 30% sociaal dient te zijn. Ook de VVD houdt zich uiteraard aan deze afspraak. Echter, wij zouden het hele probleem van de sociale woningbouw veel ruimer willen zien. Het betekent als er 750 sociale woningen gebouwd gaan worden, wat wij allemaal willen, dan worden er dus 1750 niet-sociale woningen gebouwd. En dan wil de VVD graag weten, wat zijn dit dan voor woningen? En daar lees ik eigenlijk niks over in de raadsbrief. Alle huizen die momenteel gebouwd worden, ik neem even een gemiddelde zou je kunnen zeggen, liggen tussen een sociale woning en een woning boven de 5,5 ton. Wethouder, waar is de middenklasse? En waar zijn die seniorenwoningen? U weet dat ik dat regelmatig, als ik daar de kans voor krijg, naar voren breng, dus vandaag doe ik dat zeker. Waar zijn de seniorenwoningen? De eengezinswoningen dan gepland? Er is al eerder gememoreerd voor die middenklasse, daar lees ik eigenlijk ook niks over. De VVD wil daarom dat de sociale woningbouw extra breed wordt bekeken. En dan het scheefwonen is al een paar keer gezegd. Als er meer mensen door zouden schuiven naar een middenwoning of naar een seniorenwoning, dan komen er ook meer sociale woningen vrij en dan krijgen we een gezondere markt. De VVD begrijpt dat het niet simpel is, hè? Want je gaat op een gegeven moment natuurlijk iemand zijn inkomen vergelijken met de huur die die betaalt. Het gaat er eigenlijk ons alleen maar om dat er een doorstroming op welke manier dan ook op gang kan komen. En dat zou je natuurlijk ook met seniorenwoningen kunnen doen. Er zijn 20% ouderen, heb ik begrepen, in onze gemeente, daar zijn er heel veel van die best in een groot duur huis wonen die best door zouden willen schuiven, waardoor er weer huizen vrijkomen voor gezinnen. Kortom, dit is een insteek die wij heel erg graag ook door de wethouder willen dat hij bekeken wordt. En dan ja, misschien iets geks, maar als er in een bouwplan geen sociale woningen zijn opgenomen, dan hebben we natuurlijk het vereveningsfonds. Maar ik vroeg me ineens af, stel nou eens dat er een projectontwikkelaar is die twee bouwprojecten onder zijn beheer heeft in onze gemeente. Ik ken er die er meerdere onder hun beheer hebben. Stel dat hij in het ene bouwproject 50% sociale woningen bouwt, terwijl het maar 30% hoeft, kan die dan in het andere project 10% bouwen zonder dat hij geld hoeft te storten in het vereveningsfonds? Het is nu eenmaal zo dat niet ieder bouwplan geschikt is voor sociale woningbouw en heel vaak is het ook zo dat het alleen maar financieel mogelijk is als het in hoogbouw wordt gedaan. En u weet zelf wat voor problemen dat dan vaak kan geven bij de inwoners. Verder, voorzitter, mis ik toch de problematiek van het stikstofprobleem. Ik bedoel, het was vanavond ook weer op het nieuws. Het is bijna elke dag in het nieuws. En momenteel worden er 16 grote bouwprojecten in onze gemeente door getroffen. Nu blijkt echter dat gemeenten zelf kunnen berekenen of projecten de neerslag van stikstof in de natuur verhogen of niet. Als er aantoonbaar geen verhoging is, dan kan het project doorgaan zoals gepland. Dat geldt overigens ook zelfs voor nieuw te ontwikkelen bouwlocaties. Dit nieuwe systeem heet Erius Calculator. Maakt onze gemeente ook gebruik van dit systeem en wat is de uitkomst hiervan ten opzichte van de geplande bouwprojecten en de nieuw te ontwikkelen bouwlocaties? Kortom, voor de VVD dient onze woningbouw veel breder bekeken te worden dan alleen maar naar die 30% sociale woningbouw. En tot slot, voorzitter, in de laatste zinnen in de raadsbrief. Die gaan over het betrekken van belanghebbenden bij een business case. We zijn nu juist bezig met de Raad om te bedenken hoe we inwoners kunnen betrekken, hè? De beroemde participatie en tegelijkertijd helder kunnen zijn over de verwachtingen, de rol van de Raad hierin, etcetera. De VVD wil graag weten wie men dan precies wil gaan betrekken, hoe dat proces gaat, wat er wordt gecommuniceerd en hoe met de uitkomsten er wordt omgegaan. Graag zouden we daar een procesbeschrijving vooraf aan de Raad over willen ontvangen. Dit om misverstanden en teleurstellingen achteraf te voorkomen. Dank u.
Net als de heer Van Duffelen was ik met nog een drietal raadsleden op de woningbijeenkomst of de informatiebijeenkomst van de woonmarkt regio Haaglanden. En daar hebben we ons laten bijpraten. De conclusie van de avond, die zal ik voor degenen die er niet bij aanwezig konden zijn delen. De conclusie was dat de corporaties voldoen aan de rijksregelgeving en aan de regionale afspraken. In de volksmond zijn die beter bekend als de prestatieafspraken. En daar werd wel de stevige kanttekening bij geplaatst dat er een afname is in het aanbod. De woningmarkt zit op slot, minder doorstroom door duurdere koopwoningen en tel daarbij op het aantal zoekenden. Dat blijft stijgen en dat minder aanbod zorgt voor minder slagingskans en voilà. Het zal u niet ontgaan zijn, dan loopt de wachttijd op. De heer Jacobse Willemsen gaf al aan 45 maanden in Minzel, inmiddels is dat gemiddeld in de regio 54 maanden. Weinig verrassend verder de avond, want niets nieuws onder de zon. De corporaties houden zich al jaren aan die rijksregelgeving. En de woningmarkt zit al jaren op slot. Vandaar ook dat het kabinet op Prinsjesdag toen maatregelen heeft aangekondigd. Wat ons wel opviel is de splitsing die de bestuurlijke tafel woningen maakte en dat zijn de lieden die de bijeenkomst organiseerden tussen sociale huurwoningen, dat zijn de huurwoningen onder de € 720,42 en betaalbare sociale verhuringen, namelijk die onder de € 651,03 en daarover later meer terug naar onze eigen gemeente. De Gemeentebelangen is blij middels de raadsbrief te vernemen dat het college en de woningcorporaties de handen ineen hebben geslagen en een taskforce hebben gevormd. En wij lezen dat men voornemens is een nieuwe business case sociale woningbouw op te stellen. Nou, heel fijn voorzitter. Mijn fractie kan niet wachten en doorpakken is hier het toverwoord. Reeds in de vorige raadsperiode deelde ik met u mijn zorg over de balans tussen starters, doorstromers, scheefwoners en senioren. En u begrijpt dat mijn fractie daarom ook de moties van de VVD en CDA mede indient en omdat mijn fractie ernst maakt voor wat betreft de sociale woningbouw. Doen wij dus ook de motie omtrent de invulling steunen van de Partij van de Arbeid. Eerder gaven wij aan dat permanente bebouwing voor doorstromers wenselijk is en omdat elders verspreid in de gemeente weer woonruimte te creëren. Wij noemden toen de Star, het overgrote ook Klein Plaspoelpolder, waar nu de planontwikkeling en de bouw stil ligt en extra bouw van seniorenwoningen. Daar kunnen we zeker de lans die meneer Brands daarvoor wil breken steunen. Het punt is alleen voorzitter, dat die extra bouw van de seniorenwoningen nodig is om het nou ja, verlaten van het eensgezins huis aantrekkelijk te maken om een oplossing te kunnen bieden aan het scheefwonen en het doorstroomvraagstuk. Maar die Star voorzitter, mijn fractie is toch wel erg benieuwd hoe het daarmee staat? En daar zouden we graag een reactie van de wethouder willen, want wanneer gaat dat nu exact gebeuren en hoe staat het met de rugbyvereniging en is daar al een oplossing voor gevonden? En nou weet ik dat meneer Rouwendaal net nieuw op het dossier is, maar wellicht heeft u daar al contact over gehad met collega Stemerding? En voorzitter, wanneer wordt de ontwikkeling van KPP weer opgepakt? Wij worden hier graag als raad door de wethouder over bijgepraat. Mijn fractie diende eerder een motie in over meer sociale woningbouw aan de Overgoo en ook gaven wij aan dat er best sneller geschakeld kan worden omtrent vrijkomende locaties. Als voorbeeld hebben wij toen genoemd het op termijn vrijkomen van First Voorburg, die mis ik in de raadsbrief. Heeft u daar al plannen voor? Zou u daar iets meer over kunnen vertellen? En dan het Fluitpolderplein voorzitter, de bewoners voelen de pijn van de plannen rondom de voorgenomen sluiting van de bibliotheek. Dat werd gisteren pijnlijk duidelijk. Eerder heeft men gestreden voor het behoud van het groen tegen extra woningbouw. Nou, dat groen is er gekomen nadat het zwembad gerealiseerd is, maar nu lijkt het alsof u de bewoners weer een extra keer wil teleurstellen, dus ook daar zouden we graag een reactie op krijgen. Voor wat betreft de meneer Brands gaf het al zo mooi aan, hoogbouw en verplaatsen. Ja, dat noemen wij toch met naam en toenaam de Van Ruysdaellaan en we weten dat de wethouder in ieder geval mevrouw Bouw misschien meneer Rouwen daar ook in gesprek is met de omwonenden en dat ook de projectontwikkelaar daarbij betrokken is. De omwonenden zelf hebben een voorstel gedaan om het bouwvolume te reduceren en dit gaat dan mogelijk ten koste van het sociale woningbouwcomponent. Maar dan komt het overal weer in beeld. Mijn fractie heeft daartoe eerder een motie ingediend om op die locatie een groter percentage sociale woningbouw te realiseren. En ik zou graag van de wethouder horen hoe hij hier tegenover aankijkt. Ik gaf het al aan voorzitter, betaalbare sociale huurwoningen. We hebben er slechts een handjevol binnen onze gemeentegrenzen. En degenen die er zijn, die verdwijnen langzamerhand vaak onder het mom van renovatie of stadsvernieuwing. Woningen afbreken waar de bewoners graag wonen en vervangen door vaak kleinere duurdere woningen tegen de bovenkant van de sociale huurprijs voor veel huidige bewoners helaas onbetaalbaar en wat Gemeentebelangen betreft een ongewenste tendens, hoewel wij het op niveau houden van het woningbestand uiteraard toejuichen. Eerder zagen wij dit al gebeuren met het eerste stuk van de Nieuwstraathoek Wijdestraat en het tweede gedeelte Nieuwstraathoek Venestraat. Dat lijkt nu aan de beurt te zijn. En verontruste bewoners die hier al jaren naar tevredenheid huren, die melden zich al bij onze fractie. Men is bang voor het spreekwoordelijke kind van de stadsvernieuwende rekening te worden, dus wij vragen hierbij uw aandacht voor deze zorg. Tot zover voorzitter.
Ik heb een vraag over de Ruisdallaan uiteraard, dat houdt ons allemaal bezig. U zegt ja, de bewoners hebben een alternatief voorstel gedaan, dat heb ik ook gezien. En dan zijn er geen sociale woningen meer in die planning. Maar ook de bedrijfjes niet, want laten we zeggen in het voorstel wat er ligt, dat hoge flatgebouw van 17 etages geloof ik. Daar zitten ook bedrijven in. Die zijn ook in dat idee van de bewoners er ook niet meer, hè? En dat betreuren wij natuurlijk. Ik
Ja ja ja. Maar wat voor huis daaraan betreft. Daar wordt wel uitgegaan van het plan wat de bewoners nu zelf hebben laten maken met een architect van 10% sociale woningbouw en vandaar dat mijn collega het ook had over het Overgooi, omdat daar al een bouwvolume aanwezig is. Dus je een aantal van die woningen over zou kunnen hevelen naar het Overgooi waardoor je toch een ruislaan niet dat enorme bouwvolume krijgt. De bedrijfjes, daar heb ik überhaupt niks over gehoord, dus dat is wel even een punt van overwegen, maar ook daar is het Overgooi prima in beeld.
Die bedrijfjes, dat heb ik dus van de bewoners zelf gehoord, hè? Dus die dat plan hebben laten maken bij die architect, die hebben mij dat dus verteld. En het is natuurlijk wel zo, denk ik, als je een lager gebouw gaat maken, dan zal het heel moeilijk zijn om daar sociale woningbouw ook in te plannen, financieel. En ik heb begrepen dat die mensen eigenlijk helemaal niet praten over sociale woningen. Die willen alleen maar een lager gebouw. Verder interesseert het ze niet wat voor woningen erin komen. Als het maar niet boven de kruinen van de bomen uitkomt.
Opnieuw, ik heb een punt van orde. We hebben een brief ontvangen met een aantal locaties erin. Ik weet dat bijna elke fractie inderdaad met de bewoners van de Ruysdaelstraat heeft gesproken. Ik vind het moeilijk om nu te gaan spreken over een bouwplan dat nog niet onder de Raad ligt, dus ik vraag de collega's om daar rekening mee te houden. Ik heb heel veel respect voor de bijdrage van de collega's van GBLV, maar dat vraag ik wel. Voorzitter, ik...
De eerste plaats heb ik het wel specifiek over die sociale woningbouw gehad met de bewoners van de Van Ruysdaellaan dan ook aangegeven dat dat een component is die erbij hoort. In oktober komt er een nieuw voorstel van de projectontwikkelaar, waar ze mee in gesprek zijn. Dus het is even afwachten wat daar uit gaat komen. En ja, het plan van de Van Ruysdaellaan is inmiddels ook genoemd in de raadsbeslagen, ja, daarom. Daar wordt inmiddels al zoveel over gepraat en dat is al zoveel aandacht voor dat mij daar de discussie wel op zijn plaats lijkt. Ook omdat als je grote bouwkundige aanpassingen toe gaat passen je ook met het bestemmingsplan in de knoop komt waar het betreft de groene zone die daar gelegen is.
Denk dat ook, zeg ik erbij een plan zoals het Ruysdaallaan eigenlijk. Dat zou ook een punt kunnen zijn. Goed punt kunnen zijn waar het vereveningsfonds in spraak kan komen. Nu worden er minder sociale woningbouwwoningen gepland, omdat het gewoon moeilijker te veroorloven is om dat te realiseren met minder geld. Maar zeg maar als we een hand in de pot van het vereveningsfonds zouden kunnen steken, zou het voor de projectontwikkelaar misschien makkelijker zijn om daar wel 30% te realiseren.
Ik zat op hetzelfde punt als de heer Duont te denken. We hebben natuurlijk deze raadsbrief wel aangegrepen om een heel breed vraagstuk over het wonen en de verdeling van woningen te gaan doen. Ik zal toch de wethouder vragen zo goed en zo kwaad als het kan antwoord te geven op de vragen die er zijn. Maar ik zou me zomaar kunnen voorstellen dat in plaats van dat we nu op basis van deze raadsbrief een aantal dingen met elkaar gaan wisselen, dat we bij wijze van spreken aan het college vragen om een presentatieavond te organiseren waarin een aantal van dit soort aspecten gewoon een rol speelt, omdat ik natuurlijk al meerdere keren met deze raad heb geproefd dat er een enorme behoefte is om te weten hoe nou de zaken in elkaar zitten en hoe dat nou gewoon de gemeente breed eruitziet. Dus dat wil ik u even in overweging geven, hoeven we hier nu niet toe doen, maar dat kan ik dan aan het einde van de bespreking kunnen we eens eventjes kijken of dit een voorstel is waar u ook mee kunt leven. Het college mee kan leven. Het tweede wat natuurlijk speelt, is dat we nu drie moties hebben liggen, hè? Normaal gesproken komen de moties en meestal ter bespreking en ter agendering en ter bepaling in de gemeenteraad. Maar ik zou toch de wethouder willen vragen naar aanleiding van hè? Nadat hij de gelegenheid heeft gekregen om een aantal vragen te beantwoorden toch iets te zeggen over hoe het college staat ten opzichte van de moties, zodat in de tussentijd tussen nu en de raad de raadscommissieleden nog daar aanpassing op kunnen maken of daar nog iets aan kunnen doen, want als een motie bij wijze van spreken kan worden overgenomen door het college, dan hoeven we dat ook later niet meer te bespreken. Dus ik zou de wethouder willen verzoeken om daarin een bijzonder iets over te zeggen. Ik zag mevrouw Dukestein nog iets willen vragen.
Ja voorzitter, helemaal met u eens. Nee, ik trigger er even op, omdat ik het punt van orde van de heer Duppen begreep, maar omdat de Van Ruisdaellaan ook met name en toenaam in de raadsbrief werd genoemd, heb ik het ook op die manier zo opgevat en genoemd, dus het was niet om u het.
Het punt is helder hè? De raadsbrief is breed en we hebben hem ook verbreed, maar dit. Mijn voorstel is aan het einde van de bespreking. Als we daar met z'n allen over eens zijn op het moment dat we daarbij zijn. Wethouder Ramdo, welkom en in dit gezelschap kunt u ook nog even uw medewerker aan ons voorstellen. Zeker.
Voorzitter, dank u wel. Naast mij zit Pim Felix, beleidsmedewerker ruimtelijke ordening, en fijn dat hij er ook bij is, want het is altijd een beetje spannend om je debuut te maken in dit gezelschap. Zeker omdat de insteek van de raadsbrief vooral was dat het college voornemens was om 750 sociale woningen te bouwen. En hoe gaan we daar komen? Daar gaat de raad straks over. Daar ligt natuurlijk een vraagstuk achter van hoe komen we aan voldoende sociale woningen en daaraan verwant zijn weer de vraagstukken van doorstroming en scheefwonen. Nou, dat zijn allemaal dingen die relevant zijn voor het vraagstuk in zijn geheel. Dus ja, ik ga wel proberen, zoals u verzocht, om een beetje te blijven bij de raadsbrief, maar ik ontkom natuurlijk niet aan om toch wat vragen te gaan beantwoorden die ook wel gerelateerd zijn aan het onderwerp. Laten we even bij de bouwplannen beginnen. Voorzitter, ja, het streven is dus nog steeds om die 750 woningen te gaan realiseren en de inzet van de raadsbrief was van ja, met wat we nu doen, gaan we dat niet redden. We moeten een stapje harder lopen en eigenlijk heb ik het gevoel dat bij alle fracties het belang van voldoende sociale woningen bouwen wordt onderkend, dus dat dat wel gesteund wordt. Dan is de vraag van ja, hoe kom je daar op een goede manier, hè? Daar hebben we natuurlijk de 30-procentsnorm voor. Het rekensommetje waar meneer Brand kon niet helemaal meemaken. Het is zo: er wordt gebouwd door de woningcorporaties die een aantal sociale woningen bouwen en daarnaast is het zo dat voor projectontwikkelaars de norm geldt van 30% sociaal bouwen. Dus als u de raadsbrief bekijkt, dan ziet u de lijntjes met ABCD op de grens van pagina twee en drie. En om de A staan dus 250 sociale woningen die door de corporatie worden gebouwd. En bij sommetje B 150 woningen door particuliere initiatieven. Dat betekent dus dat er daarnaast 300 woningen worden...
Ja, ik wil graag even reageren omdat u de rekensom die ik maakte niet begreep. Als 30% sociale woningen zijn, dan zijn er dus 2.500 woningen, want daar is 30% 750 van en dan is de rest andere woningen. Dat heb ik ermee bedoeld.
Ja zo, ik begrijp dat u dat bedoelde, maar ik probeerde u uit te leggen dat die som zo niet gemaakt kan worden. U moet dus onderscheid maken tussen de ontwikkellocaties waar corporaties bouwen. Die zijn 100% sociaal en de ontwikkellocaties waar particuliere initiatieven bouwen, daar geldt de norm 30% sociaal. En dus onder bovenaan pagina twee van de raadsactiviteit bijvoorbeeld staan particuliere initiatieven zeker 150 sociale woningen en dat betekent dus dat er in totaal 450 of niet 450 33%, maar die orde van grootte aan woningen wordt gebouwd. Maar bij stukje A285 kun je dat dus niet doen, hè? Dan is het gewoon 285 is gewoon het aantal. Dus dat was ook even aan het proberen uit te leggen. Ik hoop dat het nu helderder is geworden. Er is wat gevraagd over hoe, hoe haal je nou die 30%? Die hebben we als norm vastgelegd in onze beleidsregels. En, meneer Joris heeft gelijk. Daar zitten een aantal afwijkmogelijkheden in, voor het geval een ontwikkelaar zegt van ja, ik krijg een business case niet rond als ik 30% sociaal moet bouwen. Dat hebben we kort voor het zomerreces nog gehad bij de Fonteinenburg bij de herbouw daarvan. Dat was daar een voorbeeld van. In zo'n geval geldt inderdaad de regel dat je moet gaan storten in het vereveningsfonds. Alleen die storting ga je pas doen als je ook je uitgaven voor je bouw daadwerkelijk zou gaan doen. Dus op het moment dat de schop de grond in gaat, ga je op hetzelfde moment betalen. En de regel dat je een storting moet doen in het vereveningsfonds geldt, ik zeg dan even uit mijn hoofd, vanaf 1 januari 2017, dus dat betekent dat er nog geen één project zover is. Geen één project dat vanaf dat moment is gestart, dat er al begonnen is met de bouw. En dat is ook de reden dat het vereveningsfonds op dit moment dus nog leeg is. De bedoeling is wel dat het in de toekomst gevuld gaat worden en dat je dus inderdaad dan situaties zoals je dus bijvoorbeeld in de Fonteinen hebt gehad, dat er dan denk ik wel, zegt hij, krijgt het niet rond dat je dat wil zeggen? Nou goed, met een bijdrage uit het vereveningsfonds krijg je het wel rond, hè? Maar op dit moment is het dus nog even leeg en de vraag van wat is daar de interrupties?
Interessante interruptie ook, zei ik. Ik vind het altijd netjes als u even uw laatste zin afmaakt. Sommige zinnen duren altijd wat langer dan je zou willen, meneer Jorritsma. Ja, voorzitter.
Dank dat het vereveningsfonds er is. Dat is natuurlijk alleen maar goed, alleen kijk zometeen, is dit dat vereveningsfonds zitten daar bakken met geld in, maar hebben we gewoon niet genoeg ruimte meer. Heel simpelweg om die sociale woningen te bouwen. Dus als we tegen elke projectontwikkelaar zeggen, ja, jullie kunnen ook wat geld storten in dat fonds als jullie de businesscase niet rond krijgen, dan hebben we zometeen een bak met geld, maar geen ruimte voor daadwerkelijk nieuwe sociale huurwoningen.
Ja voorzitter, dank u, ik sluit eigenlijk aan op wat de heer Joris te zeggen heeft, want er komt nog een keer geld, maar wanneer gaat dat geld komen en wat gaan we er dan mee doen?
Nu wil ik even ingaan op de vraag van meneer Jorissen, maar u stelt dezelfde vraag. Punt is dat we het beleid toelichten. Hoor, ja, nee, maar ik begreep hem daarom niet omdat die beleidsregels zijn vastgesteld in het vorige college waar uw partij ook deel van uitmaakte, waarvan we dus toen hebben gezegd: van ja, goed, je kunt niet van elke ontwikkelaar eisen dat hij altijd 30% sociaal bouwt. Dan moeten er escape-mogelijkheden zijn en het is niet zo dat wij tegen elke ontwikkelaar zeggen dat het niet hoeft, maar als iemand dat inderdaad onderbouwd aantoont van: of ik ga helemaal niet bouwen of je laat die eis vallen, hè, want dan kan je anders gewoon niet rondkomen. Dan wordt er gebruik gemaakt van die escape, mevrouw Veluwe. Ja.
Even een kleine introductie. Kijk, het is natuurlijk prachtig, zo'n verrekeningsfonds, maar dan denk ik bij mezelf: het klinkt een beetje als wat ik vroeger uit mijn katholieke leerboekjes leerde, de aflaat. Je stopt geld in een potje, dan hoef je geen sociale woningbouw, dan heb je geld, maar je hebt de woningen niet en we hebben de woningen nodig. En het is leuk dat je geld hebt. Maar inderdaad, wat de heer Van Duffel al zei, wat doe je er dan mee? Geef je dan degene die een woning zoekt een zak geld en succes ermee? Ik bedoel, hoe dan? Mevrouw Dominicus.
Dank u wel. Ik wil hier graag ook even op inhaken, want ik wil graag de aandacht vestigen op pagina 3. Waar staat dat de business case moet duidelijk maken of het ontwikkelen van sociale woningbouw ruimtelijk, maatschappelijk en economisch gewenst en haalbaar is. Als dat gaat gebeuren, wat de collega's nu zeggen, dan vrees ik dat de uitkomst zou kunnen zijn dat het ruimtelijk niet meer haalbaar is. Maar ik neem aan toch dat het college het antwoord op deze vraag op deze zin dat het toch moet zijn. Ja. Wethouder.
Ik geloof dat de vraag is verbreed van ja, hoe doen we dat met de ruimte? Tot hoe werkt nou dat vereveningsfonds en wanneer krijgen we er nou geld in? Ja.
Ja voorzitter, het vereveningsfonds is gewoon het toepassen van de regels, zoals die er in het verleden zijn vastgesteld, waarbij dus is gezegd, van nou, als je je businesscase niet rond krijgt, kun je een storting doen in het vereveningsfonds. Dat is gebeurd in de fontein bij de herontwikkeling Fontein Burgerkerk. Het is natuurlijk niet de bedoeling geweest dat iedereen maar gaat storten in dat vereveningsfonds en vervolgens dat we wel eens ook met geld hebben, maar nog steeds geen sociale woningbouw. Maar er is wel een beleidsregel, een escape.
Wel voorzitter, ik luister naar het betoog van de wethouder en ik wil hem een extra vraag nog meegeven: is de wethouder van mening dat het vereveningsfonds in zijn huidige vorm een effectief beleidsmiddel is om onze doelstellingen te behalen?
Ja, dat moet dus nog blijken, want dat is nu ongeveer twee jaar aan de gang dat we die regel hebben ingevoerd en we hebben nog nul inkomsten gehad, dus we kunnen ook niet zeggen van toen heeft het geholpen, want toen hebben we daar geld aan kunnen geven. Want zo ver zijn we nog niet, dus op dit moment hebben we de regel ingevoerd, maar eigenlijk door de lange duur voordat een project echt gaat bouwen, kun je op dit moment nog heel weinig zeggen over de daadwerkelijke effectiviteit ervan. En even de vraag van mevrouw Dominicus, want die vroeg net iets anders volgens mij. Die zegt, we gaan ruimtelijk onderzoeken, hè? Dat is de businesscase sociale woningbouw waar wij dus gaan zeggen van nou, op die locaties gaan wij dus echt sociale woningbouw plegen, hè? Er gaan dus trouwens corporaties ontwikkelen, dat is even los van die 30% regel. Dat is gewoon waar de corporaties gaan bouwen. En als je daar eens wil gaan beginnen, dan ga je dus de buurt vertellen van nou, hier komt vaak een groot blok woningen en dat wil je dus ook onderzoeken of daar draagvlak voor is in de buurt en of daar de ruimte als zodanig voldoende voor is voor wat je daar wilt gaan doen en of de corporaties een businesscase rond krijgen. Dus dat betekent ruimtelijk, maatschappelijk en economisch. Zal ik het even uit mijn hoofd goed zeggen dat dat er zo staat. Dat zijn die 3 componenten ervan. Heb ik nu alle vragen beantwoord, voorzitter? Nee. Ik...
Vraag me ook af, zeg maar, zijn we al sociale woningbouwwoningen misgelopen omdat er nog niks in het vereveningsfonds zit? Zijn er al mensen aan komen kloppen en gezegd van ja, sorry, we hebben geen geld, bijvoorbeeld bij de Fonteinkerk om te kijken van: had er geld in gezeten, hadden we er meer uit kunnen halen? Nee, niet.
In die zin zoals u zegt, maar ja, dat is ook een beetje hoe het proces werkt. Kijk, het vereveningsfonds is nu leeg. Stel dat we daar 10 jaar eerder mee begonnen waren, dan was er misschien wel geld in geweest of sowieso geld in geweest. Ja, dan had het misschien, maar dat is wat lastig nu te zeggen bij de fontein. De burger kunnen helpen, maar als u nu zegt, is er daadwerkelijk een geval geweest dat we zeiden van nou, als we nou geld hadden gehad, had het gelukt, ja, die vraag kan ik zo niet met jou beantwoorden.
Voorzitter, een ogenblikje. Ik ga de heer Brands de laatste vraag geven over het vereveningsfonds. Dat is een vrij groot onderwerp. Ik stel ook voor dat we daar gewoon eens een keertje apart met elkaar over gaan praten en misschien dat we daar ook de wethouder kunnen vragen om daarmee iets op te komen. Want hè, we slopen nu onze tijd op over het vereveningsfonds, terwijl de Raad springt. Natuurlijk gaat het over, hoe komen we tot de 750 woningen? Dus misschien dat we daar een beetje op kunnen letten, meneer Brands.
Ik heb toch nog even een vraag. Niet alleen over het vereveningsfonds, want ik weet en ik merk ook in de praktijk dat er enorm veel verschil van meningen zijn over die 30%. Is het nou zo dat elk bouwproject 30% sociale woningen moet bouwen en zo niet storten in dat vereveningsfonds, of is het zo dat van alle woningen die er in de gemeente gebouwd gaan worden, daar moet uiteindelijk 30% sociaal van zijn? Want kijk, als een project 100% sociaal bouwt, dan is dat een bouwproject, maar dat is geen 30%, dat is 100%. Dus ik had ook weer met die mensen van die beroemde Ruislaan diezelfde discussie. De ambtenaren schijnen te zeggen, nee, elk bouwproject daar moet 30% sociaal van zijn, maar wij zeggen van het totaal. Dus misschien dat de wethouder daar even heel duidelijk een antwoord op kan geven.
Met beleidsregels zeggen dat bij elk particulier initiatief 30% sociaal moet worden gebouwd. Een woningcorporatie is geen particulier initiatief, dus dat die 100% bouwt. Dat staat daar helemaal los van. Dan geldt die 30% sowieso niet. Die bouwt gewoon sociaal, maar voor elke ontwikkelaar die een stukje wil bouwen in bijvoorbeeld een lijst en die zegt, ik wil, die komt bij de gemeente en die zegt ik wil graag gaan bouwen, zeggen we dat mag, maar dan moet je 30% sociaal bouwen. Dat is de regel hè. Zo komt die 30% ook in Verhuisdalaan tot stand en nou zou het vooral kunnen komen met een ontwikkelaar die zegt van nou, ik wil hier 10 huizen bouwen.
Ik wil daar nog even stoppen, hè? Het is duidelijk, dit is het beleid: 30% bij iedere nieuwbouw. Want ik wilde toch even door naar de vraag die volgens mij hier aan waar we mee bezig zijn, begon van hoe komen we nou tot die 750. Dus met uw deelname wilde ik toch de wethouder vragen om daarop verder te gaan. En dan moeten we daarna even gaan kijken wat we met die andere onderwerpen doen. Maar dat is volgens mij toch de essentie van die raadsbrief. Wethouder, misschien dat u daar mij wat meer over kunt vertellen. Ja.
Waarbij ik dan wel even zit te kijken, want daar zijn nou juist door de Raad zo heel weinig opmerkingen over gemaakt. Dus ik zit even te kijken naar mijn lijstje wat ik heb mee zitten schrijven wat ik daarover kan zeggen. Er is een vraag gesteld over de participatie, hè? Met wie gaan we dan samenwerken? Dat heb ik al eigenlijk in het antwoord op de vraag van mevrouw Dominicus al gezegd. Dat zijn dus de omwonenden van de locaties waar wij denken te kunnen gaan bouwen. Er is ook nog een paar keer gevraagd naar de stand van zaken met de sociale woningbouw. Daarom zit het met de rugbyclub. Ja, de rugbyclub is de verantwoordelijkheid inderdaad van mijn collega Stemerdink. Het is wel zo destijds afgesproken dat het niet zo is dat we pas gaan bouwen als de rugbyclub een andere locatie heeft, maar precies andersom. De rugbyclub mag er blijven zitten, zolang we het nog niet nodig hebben voor de bouw en die bouw. Die loopt enige vertraging op. Dat heeft u kunnen lezen in het laatste projectenboek. Maar als ik dat even ook uit mijn hoofd goed zeg, gaan we in het vierde kwartaal van dit jaar komt een nieuw beslismoment volgens mij in de Raad voor dus. En dan is het volgens mij 2020 dat we meer concreet kunnen gaan kijken hoe we dat verder gaan doen. Dat is een beetje de stand van zaken bij de start. Dan kijk ik nog even wat er is gevraagd. Kunnen we meer bouwen in het middensegment? Ja, dat is dus een punt van de corporaties bouwen sociaal en de particuliere ontwikkelingen zeggen wij, jullie moeten 30% sociaal bouwen. Ja, de overige bouw laten wij in principe vrij, hè? Dus dat is dan aan de ontwikkelaar zelf om te bepalen wat voor soort woningen hij daar dan bouwt. En dat is dus met name ook een beetje marktwerking van wat een ontwikkelaar denkt dat hij het beste kan verkopen, dus daar wordt niet een heel specifiek beleid opgevoerd. Nou ja, dat is eigenlijk het antwoord op een aantal opmerkingen die ik daarover heb gehad en ook een beetje het oprekken van meneer Van Duffelen. Van ja bouwen we speciaal voor doelgroepen. Dat doen we dus niet dat dat. Er is ook geen beleid voor dat we speciaal voor leraren of brandweermannen zijn, geloof ik ook nog. Nou ja, ik ken het beleid in Den Haag niet, dus ik kan.
Voorzitter, de vraag was ook of we bereid zijn om daarin verder te gaan bouwen of dat we daar een specifieke doelgroep voor willen gaan aanwijzen. U zegt nu, we doen het niet. Maar de vraag was toekomstgericht, wat kunnen we wel, mevrouw Veerde?
Ja, toch nog even over dat verrekeningsfonds of vereffeningsfonds of hoe het mag heten. Ik zit nog steeds met het punt dat als je dus op een gegeven moment een ontwikkelaar afkoopt, dat hij dus minder sociale woningbouw doet en wat in een pot gooit, dan vraag ik me dus af wat je daarmee gaat doen. Als je dus op een gegeven moment niet meer de ruimte beschikbaar hebt om dan op die andere plek sociale woningbouw te plegen, want dat zou dan uit die vereffeningspot moeten komen. Maar als je die niet ter beschikking hebt, dan, dat was wat ik daarnet al aangaf, dan heb je wel geld, maar je hebt geen woningen. En daar wil ik eigenlijk nog wel iets meer over horen van de wethouder, hoe die dat dan ziet. Ja, voorzitter.
In de Raad werden een groot aantal potentiële locaties genoemd waar sociale woningbouw mogelijk kan zijn. Dus het moment dat heel Leidschendam-Voorburg uit stenen bestaat en dat er nergens meer een woning kan worden gebouwd, dat is nog wel gelukkig ver weg. Dus het probleem dat mevrouw Veluwe nu ziet opdoemen, dat zie ik nog niet onmiddellijk aan de horizon verschijnen. Ik denk dat het voorlopig nog wel kan.
Voorzitter, ja, dan komen we nog even terug bij de beantwoording van de vraag van meneer Van Duffelen. Is er die bereidheid om het beleid voor te gaan voeren? Ja, daar moet ik even over nadenken, want het enige wat ik nu zo gauw kan bedenken is dat je dus zegt van, nou, je doet niet alleen 30% sociale woningbouw, maar ook nog een 30% middensegment norm of iets dergelijks. Ik vraag me af of dat wenselijk is richting de ontwikkelaars, maar goed, daar moet ik echt even over nadenken om daar iets meer concreet over te...
Er even op in, want het bouwen en toewijzen wordt door elkaar gehaald. Kijk, de aanleiding van de vraag is dat er een aantal mensen met een maatschappelijke functie zijn in de zorg, leraren, politie en brandweer die, en ik heb alle startinkomens en beginkomens de eerste jaren erbij gepakt, echt wel in de categorie sociale huurwoningen passen. Het idee in Den Haag is dat zij in de voorrangsregels een plek krijgen. Nou, dat zou de gemeente kunnen doen als ik de huisvestingsverordening erop nasla. Dus mijn vraag is eigenlijk, zou u daartoe beleid willen ontwikkelen om deze groepen daadwerkelijk een plek te geven in het toewijzingsbeleid van sociale huurwoningen?
OK, laat ik het anders bekijken, nu gaat het toch weer over het toewijzingsbeleid, maar daar ging de raadsbrief ook niet over. En nou, ik kan die vraag nu even niet beantwoorden, want ik heb deze portefeuille een beetje van een afstand gevolgd. We hebben een poosje terug tegen de wethouder bouw nog gezegd dat we het toewijzingsbeleid moeten versimpelen omdat je te veel urgentieverklaringen kon geven waardoor de urgentieverklaring eigenlijk niet meer hielp. Dat staat me bij dat het niet zo heel lang geleden in deze Raad is besproken. Daarvan uitgaande, zou ik uw vraag met nee moeten beantwoorden. Maar, vindt u het goed dat ik daar dan even op terugkom omdat ik het nu gewoon niet specifiek weet? Ja. Voorzitter, dan zit ik even te kijken of ik nu echt alles gehad heb. Ja, dat was ook een beetje een zijstraatje, maar de stikstofnorm gebruiken, gebruik van die ijzeren stoel. En ja, die komt ook weer op een zeker moment als een project een bepaalde fase heeft bereikt, komt hij aan de orde. Dus ja, en dan is het ook heel vaak aan de ontwikkelaar zelf om die meting uit te voeren. Dus ja, het antwoord is kort, even ja, maar dat is ook een beetje buiten de scope van de raadsbrief. Nu zie ik een interruptie, voorzitter.
Het is heel leuk werk. Ja, daar ben ik het met u eens. Ja. Ja, meneer Brechtman maakte nog een opmerking over. Je stoot bijvoorbeeld ook sociaal gebouw, maar het gaat langzaam. Ja, dat is het probleem dus met allerlei soorten woningbouw, niet alleen met sociale woningbouw. Op het moment dat iemand het plan heeft om ergens te gaan bouwen, dan ga je vervolgens met de buurt in gesprek over wat voor woning er daar moet komen. En dan maak je dat plan vervolgens wat concreter, dan moet je een architect zien te vinden die het mooi gaat tekenen. Dan moet je een aannemer selecteren en met die aannemer moet je dan even onderhandelen over wat het gaat kosten. En nou ja, enzovoort, enzovoort, enzovoort, dus je bent zomaar een hele poos verder voordat je echt gaat bouwen. Dus dat is ook wat er in stond, lijkt me ook eigenlijk op alle plekken aan de hand te zijn, hè? Dat blijkt ook wel uit ons praatje net over het vereveningsfonds. Ja, we zijn er al twee jaar mee aan de gang, maar alle plannen die sindsdien begonnen zijn, daar wordt nog niet gebouwd, dus het gaat gewoon langzaam. Ik heb nog een...
Dank u wel ja, in een poging om toch even het debat terug te sturen naar de kern van die raadsbrief, die 750 woningen waar u naar verwees, toch nog even de vraag aan de wethouder: ook een reflectie op de motie van wat gaat de wethouder nou doen om die schop zo snel mogelijk de grond in te krijgen? En om, nou ja, die ontwikkellocatie die we nu hebben zo snel mogelijk concreet in te vullen, zodat we over een jaar met elkaar kunnen concluderen: Hé, we hebben nu een concreet plan voor locaties waar we deze woningen gaan realiseren, anders dan de verkenning die we op dit moment hebben. Ik
Wil deze vraag even vasthouden, want dat is inderdaad de essentiële vraag van het geheel. Ik wilde toch even gaan naar de afronding van de eerste termijn. Dat komt omdat we eventjes onszelf moeten gaan fatsoeneren hoe we dit debat willen gaan voeren, hè? We zijn stiekempjes al een voorschot aan het nemen op de volgende woonvisie die er gewoon nog niet is. En die is volgens mij waarschijnlijk, ik kijk even naar de wethouder, in voorbereiding hè. Daar komen een hoop aspecten die hier aan de orde zijn gekomen en terug. De reden dat we dit debat hebben aangevraagd is omdat er een brief lag over 750 woningen en in wezen is de vraag die de heer Willemse Jacobs nu stelt de wezensvraag van, hoe zorgen we nou dat die zo snel mogelijk komen en ik denk dat dat door de meeste fracties wel ondersteund werd? Nou ja, vervolgens hebben we daar stikstof en allerlei andere dingen bij betrokken. Maar ik wilde hem toch weer eventjes proberen terug te brengen naar de essentie van die brief en eventjes te kijken van wat we nou kunnen doen om die andere onderwerpen, waarvan we natuurlijk best snappen dat de Raad daar ook belangstelling voor heeft, ergens te gaan neerzetten in plaats van dat we dat allemaal gaan stapelen op die ene raadsbrief, want dat gaat ons gewoon niet lukken. Dus ik had al het voorbeeld van kunnen we eens een keertje een presentatieavond hebben of een bepaalde brief afwachten die wat explicieter gaat over het vereveningsfonds? Want dat is gewoon hoe dat werkt en wat het doet. Daar hoor ik gewoon een aantal vragen over, dus ik zal zo eventjes aan de wethouder vragen of het college daar een gelegenheid voor heeft om iets over te zeggen. Ik wilde de specifieke bouwprojecten, anders dan wat nu de stand van zaken is die anders zouden staan in het projectenboek, ofwel willen verwijzen naar het projectenboek, ofwel willen verwijzen naar het moment waarop we daarover spreken, zodat we dat ook niet allemaal met elkaar gaan verbinden. En dan wordt het wel erg ingewikkeld allemaal. En ik zou dan toch dit onderdeel willen beperken tot die 750 woningen en dan kijk ik toch ook even met u naar de drie moties. Twee daarvan gaan over deze specifieke raadsbrief en die sociale woningbouw. De derde vraagt ineens om meer aandacht voor het middensegment. Ik zou zeggen dat dat iets is wat in een bredere context van een woonvisie thuishoort. Maar goed, hè, dit is zoals ik u heb beluisterd en ik probeer voor te stellen hoe we verder kunnen gaan met het debat. Ik vraag even aan de wethouder of hij gelegenheid heeft om één of twee brieven dan wel bijeenkomsten voor ons te organiseren om één of twee onderwerpen. Dan ga ik even de groep langs om te kijken waar we het nu over willen gaan hebben en zeker in het vervolg daarvan, als u het goed vindt, ga ik dan nu even naar de wethouder om te vragen wat de mogelijkheden zijn, meneer de Pomp? Zou de wethouder dan...
Vraag, maar dat wilde ik eerst doen nadat we een beetje duidelijkheid hadden over waar we wel en niet iets over kunnen doen. Wethouder, zie je kans om iets te zeggen over of we een aantal stukken apart aan de Raad kunnen leveren?
Ja, we kunnen natuurlijk gewoon, maar dan denk ik meer aan de beeldvormende raad. Is die er nog in het nieuwe model dat we dan één keer één avond doen over het vereveningsfonds? Hoe dat bedacht is en hoe het bedoeld is en hoe het tot nog toe werkt. Ook misschien omdat dat ook voor de toekomstige beleidsvorming van belang kan zijn, dat moeten we organiseren. Ik weet niet of er nog andere onderwerpen zijn waarvoor dat iets soortgelijks van belang is. Volgens...
Mij was dat wel de hoofdmoot waar een hoop technische vragen over zijn gekomen en waar we gewoon toch wat meer duidelijkheid over hebben, dus ik stel voor dat we inderdaad gewoon die even parkeren en dat de griffie en het college voorbereiden. Een beeldvormende avond waarin we ons gewoon laten informeren over het veredelingsfonds. Dan ga ik nog even de wethouder vragen om even iets te reageren op de 3 moties die er liggen waarbij de twee die specifiek aansluiten bij de sociale woningbouw in het bijzonder aandacht vragen. En dan kunt u ook iets zeggen over die laatste meer dan u net hebt gezegd. Ja doe.
Doe eens even in de volgorde waar ik ze in Ibabs voorwerp staan. Voorzitter, dus dat is dan de eerste motie die van PvdA, ChristenUnie, SGP, GroenLinks, GBLV. Ja, in de raadsbrief wordt al aangekondigd dat we dus geld gaan vragen om een businesscase op te gaan stellen. Hier wordt dat specifiek in de begroting genoemd. Dat gaat dan waarschijnlijk wel, denk ik, via een begrotingswijziging alsnog in die begroting komen, want in de begroting zoals die nu bijna klaar ligt om naar u toegezonden te worden, dat zal volgende week gebeuren. Daar kon het nog niet in worden meegenomen. Maar nou ja, als het als een begrotingswijziging is, is ook een opname in de begroting, dus dan kan ik me zo toezeggen. En dan, ja, gaan we dus die businesscase maken en dan kunnen we ook de Raad informeren van wat gaan we nu doen? En inderdaad met het doel om die 750 woningen in de sociale sector te realiseren. Want dat is inderdaad het punt waar het vanavond over gaat.
Gaat wethouder, zegt u die motie van de PvdA, GroenLinks, ChristenUnie, SGP, Gemeentebelangen die gaan we uitvoeren. Dank u, dan hebben we er twee van en anderen.
Ja. Ik zie de brief die ik nu voor me heb staan. Betaalbare woningen voor starters en senioren. Dus dat is wel allemaal dan dezelfde hebben. Ja, daar wordt dus gevraagd om in te zetten op het bouwen van meer betaalbare huur- en koopwoningen in het middensegment en er wordt gerefereerd aan de pot met geld die de rijksoverheid ter beschikking heeft gesteld. Ik heb die brief van de minister gelezen en die komt erop neer, als ik het goed begrepen heb, dat je zegt: ja, je moet een businesscase maken en als je dan als gemeente kunt laten zien dat je het zelf financieel niet rond krijgt, maar met steun van het rijk wel, dan kun je in aanmerking komen voor een bijdrage uit dat fonds. Nou, wij gaan onderzoeken of dat ook in Nationaal Voorburg mogelijk is. En zoals ik het begrepen heb, hoeft dat niet speciaal sociale woningbouw te zijn. Dan kan het ook op wat ruimere schaal gebruikt worden. Dus nou, wij gaan onderzoeken of wij daarvoor in aanmerking kunnen komen. Het is nog te vers om daar iets meer concreets over te zeggen. Maar als ik met die toelichting u daar genoeg meegeef, dan kan ik het. Kan ik op deze motie? Hoe zeg je dat? Ik ga hem niet afraden, dus ik ga hem aanraden, denk ik of zo. Ik weet niet hoe het heet, maar. U hebt meestal twee...
Het dan over aan de orde van de Raad, dat mag dat mag. Ja, ja. En dan de andere motie VVD, CDA, Gemeentebelangen over een kwantitatief inzichtelijk maken van scheefwoningen. Ja, daar kwamen ook nog wat vragen over hoe je dat dan ziet. Ik heb gezien uit informatie van de woningcorporatie dat er ongeveer 11% van de woningen wordt bewoond door mensen met een te hoog inkomen en tegelijkertijd 12% van de woningen wordt bewoond door mensen met een te laag inkomen. Dus kennelijk is er wel enig inzicht in wat voor inkomen huurders hebben. Ik neem aan dat de corporaties daar nog gegevens over hebben. En dat ze die alleen in dit soort getallen van 11% zoveel mogelijk delen met de gemeente, niet op persoonsniveau uiteraard. Dus ja, dat kwantitatief inzicht, dat is er. Dat kunnen we ook aan de Raad verschaffen en de woningcorporatie neemt in regionaal verband maatregelen om het scheefwonen tegen te gaan en nu heeft het Rijk ook aangegeven van nou, daar gaan we dan ook stimuleren, dus ik ga ervan uit. Maar deze motie steunt dat voornemen in elk geval dat dat in de regio ook wordt opgepakt, wat dan op rijksniveau wordt ingezet. Dus in die zin kan ik ook deze motie aan het oordeel van de Raad overlaten.
Even een ogenblikje ook weer even voor de techniek. Als ik naar de motie kijk van VVD, CDA, Gemeentebelangen met de drie verzoeken van wilt u ook? Dan is het eerste punt van het verzoekt het college na te gaan over ook meer mogelijkheden in het middensegment. Ik zou op dit moment willen stellen dat dat een beleidswijziging is ten opzichte van nu. De andere twee moties passen binnen het huidige beleid en vragen gewoon naar versnelling dan wel inzicht. Een aantal dingen, de andere twee punten in deze motie, die horen weer wel bij het staande beleid. Ik zou alles wat een beleidswijziging ten opzichte van de huidige woonvisie is willen verplaatsen als discussie naar de discussie rondom de woonvisie, want dan kun je een integrale afweging maken hoe dat is. Dus ik zou eerlijk gezegd aan de VVD willen vragen of ze die eerste bepaling eruit zouden willen kunnen halen, zodat we die op een ander moment in een breder verband, als het aan de orde is, die afweging kunnen maken en niet bij een raadsbrief een beleidswijziging willen voorstellen. Ik zou dat netter vinden in de behandeling in de Raad en in de oordelen en de besluitvorming in de Raad. Ik kijk even of dat tot de mogelijkheden van de VVD behoort.
Voorzitter, even voor de goede orde, dan heeft u het over punt één van het verzoek. Het college naast 30% sociale huurwoningen en dan het middensegment. Ja, het is juist de bedoeling om die doorstroming te kunnen garanderen en daar in ieder geval meer stimulans toe te zetten. Dus wij zijn er toch voor om die te laten staan? Ik snap dat.
Dat de redenering is en daar zeg ik natuurlijk ook niks over als voorzitter. Wat ik bedoel is dat omdat dit een bredere beleidswijziging voorstelt ten opzichte van het huidige woonbeleid, vragen we om iets anders wat we in een brede integrale afweging van de woonvisie zouden moeten maken. Die andere twee punten die er staan, die passen binnen het beleid. Net als de andere twee moties passen binnen het beleid en daarom kunnen we op dit moment binnen het beleid aan het college vragen die uit te voeren. Dus dat is voor mij het technische verschil tussen de vraagstukken. De inhoud is mij volstrekt duidelijk.
Voorzitter, dank u wel. Ik heb de wethouder daar verder geen punt over horen maken. Ik begrijp dat u dat voor de vergadering maakte, het punt maar. Nou, we nemen het even mee, maar in principe willen wij het zo laten staan.
Je toch even af, excuus daarvoor. Ik probeer nu even deze eerste termijn op een nette manier af te ronden en we hebben van de wethouder de toezegging gekregen om de beeldvorming op een bepaalde avond te gaan organiseren rondom het verenigingsfonds. Ik heb een poging gedaan om te kijken, kunnen we fatsoeneren hoe de moties nu worden behandeld? Dus ik wilde nu nog even niet met de tweede termijn beginnen. Ik wilde even kijken of wat we tot nu toe hebben gedaan klopt.
Zeg maar, bullet twee werkt ook de andere kant op, zeg maar het huurbeleid en dergelijke. Verhoging van de huur naar € 710 in versnelde stappen zou ook de andere kant op moeten werken, want als iemand werkloos wordt en hij zit toevallig op die hoge huurgrens, dan zou die ook.
Nou, mijn bedoeling was niet om een nieuw debat te vragen, maar om te kijken of we een tweede termijn konden fatsoeneren. Ik breng het toch even terug naar de raadsbrief. De versnelling hè? Hoe de stand van zaken is van de sociale woningbouw en hoe we daarmee verdergaan. Ik zie dat een aantal deelnemers, het college incluis, nog heel weinig tijd heeft. Het college heeft bijzonder weinig tijd nog. Ik wil even kijken wat we nou gaan doen. Ik wilde toch een aantal mensen in de tweede termijn gunnen. We gaan dan het college gewoon de gelegenheid geven, maar dan in verkorte vorm, om daarop te reageren. Ik wilde een korte tweede termijn aanvragen, zodat we daarna kunnen kijken hoe we hiermee verdergaan. Ik begin even bij de heer Willemse Jacobs. Ja voorzitter dank.
Dank u wel, ik kan heel kort zijn. Ik ben blij met de toezegging van de wethouder dat hij de motie kan overnemen. Ik merk ook in deze Raad dat er behoefte is om ook weer andere onderwerpen te bespreken. Even vooruitkijkend: we hebben in 2020 een debat over de woonvisie, dus ik denk dat het ook gelegenheid biedt om over veel van deze onderwerpen te spreken. Ik denk ook aan steun voor de beeldvormende Raad over het vereveningsfonds. Dank u wel, mevrouw.
Ik wil het nog heel graag, zeker met het oog op de motie die u over wil nemen over de business case en daar staat altijd in de tweede termijn. Nou zeg maar vanaf 9-2-2019 al wordt besloten en wilde graag weten wanneer we dat kunnen gaan besluiten, want het gaat al snel opschieten met deze nieuwe vergaderingsvorm.
Ook kort, voorzitter, dank u wel. Dank aan de wethouder voor de beantwoording. We zijn blij met de toezegging op de motie scheefwonen en ik zou verder willen zeggen, ga aan de slag en laten we snel die 750 woningen gaan realiseren. Dank u wel.
Ja, ik begrijp dat. Het gaat gewoon over: gaan we nou wel of niet 750 woningen bouwen en wanneer? Maar dat stikstofverhaal mis ik eigenlijk ook in uw antwoord. De bouw ligt stil. En ik heb u eens gevraagd of u bekend bent met dat systeem van die AERIUS-calculator en wordt daar gebruik van gemaakt door de gemeente? Daar wil ik graag een antwoord op. Ik meen...
Ik heb dan goed, heb ik een vraag van mevrouw Rijnen en een vraag van meneer Brands. Het voorstel wat er nu wordt gedaan in de raad is ook nog dit jaar budget te vragen om de businesscase te gaan maken. En die businesscase is dan volgend jaar af en dan krijgt u dus een concreet voorstel. Dus dat is de planning zoals we die nu voor ons zien. Het antwoord op de vraag van meneer Brands was eigenlijk gewoon kortgezegd, ja, daar maakt de gemeente gebruik van, maar het is bij particuliere initiatieven aan de ontwikkelaar om van die calculator gebruik te maken.