Het transcript dat je hieronder aantreft is gegenereerd met behulp van computertechnologie.
Hierdoor kunnen de namen van personen en partijen soms foutief zijn weergegeven.
Indien je een fout opmerkt kun je deze gemakkelijk verbeteren door op het bewerk-symbool (het potloodje) te klikken.
Met de geactualiseerde APV krijgen we straks een verbod op een tiental hanen, maar niet op tientallen messen en het algemeen belang is met een messenverbod meer gediend. Vandaar dat het CDA samen met de VVD een amendement indient om het messenverbod op te nemen in de APV. We zien een stijgende trend van steekincidenten en een toename van het aantal messen dat in beslag wordt genomen. Het is mogelijk een dergelijke bepaling in de APV op te nemen. Omringende gemeenten hebben al een dergelijke bepaling en de Hoge Raad heeft het juridisch ook toegestaan. We willen een gemeentelijk verbod op uitvouwbare messen die uitgevouwen kleiner zijn dan 28 cm, maar wel schade of leed kunnen toebrengen. Het voorstel in het amendement helpt hierbij. Dank u. Dank u wel.
U wel voorzitter, ik had het eigenlijk niet beter kunnen zeggen dan de heer Van Duffelen. We zien een trend en we voorzien de burgemeester en onze gemeente nu van instrumenten om daarmee om te gaan. Dank u wel. Dank u.
Dank u wel, voorzitter. Voorzitter, over de APV heb ik niets te zeggen, dus ik kom gelijk tot het amendement. Wij volgen de lijn zoals gesteld door de burgemeester en zullen het voorstel daarom ook niet steunen. Dat is omdat wij zien dat de meeste experts betwijfelen of dit bijdraagt aan de oplossing voor de problematiek. Vrijheidsbeperking zonder concrete signalen dat het zal bijdragen aan de bestrijding van de problematiek is wat ons betreft dan ook te snel. Dank u, voorzitter.
Ja, nou ja, kijk, het instrumentarium is natuurlijk op zichzelf altijd welkom. Als we kijken waar we vandaan komen, dan komen we vanuit een situatie waar in nauw overleg met de politie eigenlijk geen onderbouwing voor gevonden is, hè? Er zijn wel iets meer incidenten met messen zoals dat dan heet, maar het vinden van een mes is ook een incident en er is, zeggen en schrijven, één steekincident in de jeugdgroep geweest. En dan waren het ook nog geen eens twee mensen van onze gemeente. De wetgever is bezig en zegt in de tweede helft van '23 klaar te zijn. Dat duurt nog even, dat klopt. Er is een regionale werkgroep messen waar wij net toe zijn toegetreden om te kijken wat we bij andere gemeenten vandaan kunnen halen. We hebben geen aanwijzingen op dit moment dat we jeugdbendes hebben. En eerlijk gezegd heb ik ook geen zin om het aan te trekken door heel erg ingewikkeld te doen over iets waar we nog geen echte werkelijke onderbouwing voor hebben. Als er aanleiding zou zijn dat iets uit de hand loopt, heb ik noodverband instrumentarium om adequaat ter plekke, kan ik dat mondeling uitvaardigen zelfs, iets te doen. Maar ik verzet me ook niet per se tegen iets meer instrumentarium in de APV, dus ik laat dat dan verder aan de raad over om daar hun stem aan te geven. Dank.
Ja voorzitter, dank. De APV, daar zullen wij mee instemmen. Het amendement zullen wij niet mee instemmen. En ja, eigenlijk precies om de reden die de burgemeester net aangaf. Er is niet echt een onderbouwing voor waarom dat nu nodig is en wij zien dan ook de toegevoegde waarde op dit moment daar niet van in. Dank u wel. Dank u wel, dan
Ja voorzitter, dank u wel. In de commissie is veel gezegd, we gingen van hanen naar messen naar preventief fouilleren. In de commissie hebben wij aangegeven, in de woorden van de heer Hoogdag, dat wij het niet nodig vinden en daarbij het advies van de burgemeester volgen. Zijn standpunt is dat er op dit moment geen aanpassing in de APV nodig is, omdat er op dit moment geen acuut probleem is. Er zijn, als dat nodig is, voldoende middelen in bepaalde gebieden om in bepaalde gebieden een verbod af te kondigen. We zijn meer voor het scheppen van een veilige omgeving, waardoor jongeren niet de behoefte voelen om messen te dragen. Intensivering van voorlichting en via sociale partners en wellicht subsidie tafels daarin voorzien? Wij zullen het amendement dan ook niet steunen.
Dank u wel degenen die vorige week de Commissie Samenleving hebben bijgewoond. Die weten dat dit het geluid is van opengaande ramen wat u net hoorde. Meneer Van Duffelen. En nu nog had ze nog wel. Nou.
Ik had er eigenlijk niks aan toe te voegen, in ieder geval wel ook dank voor de wijziging van de APV naar aanleiding van mijn vraag over ratten- en meeuwenoverlast, waardoor er nu ook een voederverbod wordt ingevoerd. Dank u.
We hebben nu de precieze tekst van het amendement. In de toelichting wordt een landelijke trend aangehaald voor het invoeren van een messenverbod, terwijl de burgemeester in de commissie aangaf dat het niet nodig is in onze gemeente. En waarom vinden de indieners het dus wel nodig om het in te voeren? Dat is mijn eerste vraag aan de indieners en dan een vraag aan het college: kan de burgemeester dus indien nodig zelfs leiden tot een messenverbod voor ook kleine messen? Als dat dus nodig is, hoorde ik dat net u nou zeggen, want ik zat even mee te tikken.
U wel, voorzitter. Waarom we het toch nodig achtten is omdat het argument dat het weliswaar niet onze jongeren betreft hier natuurlijk niet het volledige argument is. We zien een heleboel jeugdige problematiek nu al rond de mall, we zien. We hebben verschillende steekincidenten in de regio gezien, waarbij het jongeren betrof, hè? Op Scheveningen op de pier betrof het de Rotterdamse ruzie, dus het gaat niet alleen maar om onze jongeren. Het gaat over, kunnen wij ingrijpen op het moment dat er binnen onze gemeentegrenzen een vermoeden is van.
De vraag was, dacht ik, specifiek of je dan ter plekke een messenverbod kan instellen. Je kunt een noodverordening slaan waardoor je op dat moment, en dan ook met steun van het Openbaar Ministerie, want anders sla je die noodverordening niet, preventief kan fouilleren en dat soort dingen. Je kan het ook tot een verboden gebied verklaren enzovoort en het dan doorzoeken bijvoorbeeld. Dus dan zou je daar acute dreigingen vanaf kunnen halen. Dat is het instrumentarium dat er sowieso is, hè? Dus een categorie messen die niet onder de algemene wetgeving valt, waar het rijk nog op studeert. Dat is de toevoeging die gebeurt. Ik heb met de politie overlegd, die vinden het op dit moment ook niet nodig. Het zal ook niet veel prioriteit genieten als er niks aan de hand is, gaat daar verder geen prioriteit naartoe. Dat is de werkelijkheid op dit moment.
Oh ja, dank u wel, voorzitter. Ik wil nog even graag reageren op het amendement. Wat dat betreft, voor ons steun voor de wijzigingen van het APV met betrekking tot de hanen en het fietsverbod, met betrekking tot het messenverbod, daarvoor hebben wij geen steun. We zullen de lijn volgen die we in de commissie ook besproken hebben. Wij zien liever dat het eerst even duidelijk wordt besproken met betrokken instanties als jeugdzorg, de scholen en misschien ook de politie en de BOA, en dat we dat op een later moment nog een keer kunnen bespreken als het APV nog een keer wordt herzien met betrekking tot de Omgevingswet. Dat is denk ik voor ons meer dan tijd zat, dus wel steun voor de APV-wijziging, geen steun voor het messenverbod. En ik hoop dat dit niet als mijn hele speech gaat gelden, maar als ik een korte reactie mag geven. Laten we...
Goed, dank u wel, dan kijk ik verder nog rond of er nog behoefte is aan een reactie. Dat is er niet. Ik begrijp dat we digitaal gestemd kan worden en dan is het handig als ik weer naar mijn plek ga, dus dan gaan we weer even van plaatsje wisselen. Dank u wel.
Ja, dus ik zou de stemming dan willen openen, maar dan moet ik nu weer even naar de techniek kijken wanneer dat kan. Dat kan dus als u voor het amendement bent, dan stemt u met de plus. Bent u tegen het amendement, dan stemt u met de min en als het goed is, brandt het licht op uw kastje. Meneer Heil, meneer Heil heeft een probleem. Meneer Voortman heeft geen licht. Is alleen bij de jongens. Ik snap dat het alweer wegloopt, maar even concentreren is alleen maar de heer Voortman. De digitale stemming belemmert geweest. Oké mag ik? Dat is wat ik hem wilde voorstellen inderdaad, meneer Voortman. Als u zou willen aangeven of u voor of tegen het amendement.
Nou, dan kunnen we uw voorstemmen optellen bij de digitaal ingekomen stemmen. En dan moeten we, als het goed is, de goede uitslag hebben. Het amendement is verworpen volgens de griffier met 11 stemmen voor en 17 stemmen tegen, waarvan akte. Dan had ik, dacht ik, goed gehoord dat iedereen... Voorzitter.
Kunnen we de stemming ongeldig verklaren? En dan doen we het gewoon. Gaan we de fracties af en ik ga voorlopig ook geen digitale stemmingen meer houden, want ik vertrouw dit systeem op deze manier niet. Diana, misschien kun je gewoon op je plek gaan zitten. Ik herroep de stemming. Diana, ga maar gewoon zitten. Ik schrap de stemming omdat het onduidelijk is wie nou wat gestemd heeft en hoe dat tot stand komt. Ik ga gewoon even per fractie kijken of laat ik gewoon vragen welke fracties voor het amendement zijn, dus een nieuwe stemming? Dat zijn de fracties van de VVD. Daar zitten 7 vingers omhoog en nog 4 in het vak van het CDA. Dat is die 11 in ieder geval correct. En dan kunnen we in ieder geval ook wel van verwerping uitgaan, maar dan ook de tegenstemmers toch in de lucht. En dan moet de griffier heel snel tellen. Of u moet lang uw vinger in de lucht houden. 19 tegen blijft verworpen. 21 tegen oké, nou nog een correctie op tegen, maar het blijft verworpen. Ik ga door dan naar agendapunt 4a. Om welk raadsvoorstel? Het raadsvoorstel was volgens mij voor iedereen akkoord. Dat heb ik toch goed gehoord, dus daar hoeft geen stemming over te volgen. Met dank dan.
Waarbij het goed gebruik is, dacht ik, om eerst even te kijken naar de Commissie Rekening en Audit om hun bevindingen van die stukken te vernemen. Ik zie al aan de handbeweging bij de heer Van Duffelen, want die zal kort verklaren namens die Commissie hoe hun observatie is en daarna gaan we verder met de behandeling. Gaat uw gang.
Dank de Commissie rekening en audit. De Commissie heeft op 22 juni het conceptverslag van de accountant over de jaarrekeningcontrole 2021 besproken met de heer Kalkman en de heer Korhorn van de publieke sector accountants. In dit accountantsverslag behandelt de accountant de voornaamste overwegingen die bij de controle van de jaarrekening een rol hebben gespeeld en vat hij de belangrijkste bevindingen samen. De jaarrekeningcontrole is gericht op het uitbrengen van een onafhankelijk oordeel omtrent de getrouwheid van de jaarrekening, of die geen materiële fouten bevat en een getrouw beeld geeft van de grootte en samenstelling van het vermogen en het resultaat. En of de overige gegevens in overeenstemming zijn met de regelgeving. Voor de inhoud verwijst de Commissie naar het concept accountantsverslag. De accountant heeft een goedkeurende verklaring voor getrouwheid en rechtmatigheid afgegeven bij de jaarrekening 2021. Het jaarverslag bevat de vereiste aspecten, is verenigbaar met de jaarrekening en bevat geen materiële afwijkingen. Afwijkingen met informatie uit de controle. De controle op het jaarverslag heeft minder diepgang dan de controle op de jaarrekening. De Commissie adviseert de Raad kennis te nemen van het concept accountantsverslag. Verder adviseert de Commissie om bij de controle op de jaarrekening 2022 meer aandacht te besteden aan fraude en continuïteitsrisico's. Te denken valt aan onderwerpen als de risico's van inflatie, planningsoptimisme bij de organisatie, duurzaamheid en de inzet voor de vluchtelingenopvang. Dank u wel. Dank u wel, meneer Van Duffelen, uiteraard ook aan de Commissie voor het werk dat ze hebben verricht aan het verslag zojuist gedaan. Dan hebben alle fracties zich aangemeld om het woord te voeren, dus dat doen we in de eerste ronde. Dan kijken we even of een schorsing nodig is voor de beantwoording, zodat het college eventueel zijn antwoorden kan ordenen. Maar dat zien we dan wel even nadat iedereen gesproken heeft. De volgorde op mijn blaadje volgend is de heer Ross Benders, de eerste die het woord krijgt. Meneer Ross Benders, mag ik u uitnodigen? Ja, dank u.
We hebben het nieuwe college geïnstalleerd en afscheid genomen van het oude college. Als nieuwe coalitiepartij zijn we natuurlijk hartstikke blij dat het nieuwe team aan de slag is. Toch vind ik het op dit moment even jammer. Ik had namelijk graag wethouder Rouwendal de complimenten willen geven over de jaarrekening 2021. Ook dit jaar heeft de gemeente weer zwarte cijfers kunnen schrijven. De kritische opmerkingen komen zometeen voor wethouder Van Veller. Wat ik eigenlijk nog het meest jammer vind aan het feit dat de heer Rouwendal weg is, is dat hij aangegeven heeft dat hij had willen trakteren voor het honderdjarig bestaan of honderdjarige deelname van de SGP in het parlement. En dat moeten we nu helaas mislopen, maar dat geheel terzijde. Voorzitter, ik gaf net al aan dat we ook dit jaar weer zwarte cijfers schrijven. Ook hebben we een overschot van 12 miljoen ten opzichte van de begroting. Een overschot ten opzichte van de begroting hebben we als gemeente al jaren. Dat klinkt mooi, maar wel wil Gemeentebelangen hier meer grip op krijgen. Een overschot op de begroting betekent vaak ook dat zaken niet gedaan zijn die we als raad wel belangrijk vinden. Ook schuiven we dit jaar 2,2 miljoen door naar 2022, dus eigenlijk hebben we niet een winst van 1,2, maar een verlies van 1 miljoen. De accountant geeft aan dat hij een risico ziet in de IT-beheeromgeving. Dit jaar heeft de afsplitsing plaatsgevonden met het Westland op het gebied van IT. Hoe kijkt het college aan tegen deze opmerking van de accountant en welke stappen worden er genomen om dat te voorkomen? Dank u wel.
Ja voorzitter, dank. Ik vind het mooi en ergens ook wel symbolisch dat we net na de collegewissel vandaag nog een laatste keer terugblikken op de vorige raadsperiode, om vervolgens te kijken in het nu en morgen een blik te werpen op de toekomst wat betreft de jaarstukken. Om te beginnen, mooi dat we niet gigantisch in de min zijn geëindigd, hè? Ondanks dat het wel aanvankelijk was voorzien. Maar dat voelt wellicht toch ook wel wat dubbel, want dat betekent enerzijds natuurlijk dat we wat geld sparen en dat is mooi voor de spaarpot, maar aan de andere kant realiseren we dan ook niet alles wat we aanvankelijk wel hadden bedacht, wat de heer Rosben net ook al aanstipte. En zo is het bijvoorbeeld mooi dat we een keer wat geld overhouden op het sociaal domein. Maar ben ik wel benieuwd naar hoe het college dat kan verklaren. Ik lees iets in de jaarstukken over de open plekken in de zwaardere jeugdzorg. Maar hoe verklaart het college dat die open plekken er zijn? En is dat incidenteel, is dat een trend waarvan we verwachten dat die doorzet, of is het nu bijvoorbeeld zo dat mensen geen ondersteuning hebben gekregen terwijl ze dat wel nodig hadden? Graag een reactie daarop. Wat voor onze fractie daarbij nog een punt van zorg is, voorzitter, is dat we een patroon zien wat de heer Robben net ook al aangaf in de ambitieuze inschatting bij de begroting om dan bij de jaarrekening te moeten constateren dat de uitvoering is doorgeschoven. En zoals ik net zei, het is fijn om geld over te houden, maar het zegt ook iets over de manier waarop we begroten. En mijn vraag zou dus zijn, herkent het college dit patroon ook en wat kan het college doen of wat kunnen wij als raad doen om ervoor te zorgen dat we een realistischere inschatting maken bij de begroting? En die zorg zit hem bij ons namelijk ook vooral in de ambtelijke capaciteit. Want als die beperkt is, dan weten we dat natuurlijk vooraf ook al. En dan moeten we daar ook gewoon eerlijk en transparant over zijn, het liefst bij de begroting al. Dan de tussentijdse rapportage. We zijn blij om te lezen dat er op zoveel zaken groen wordt gerapporteerd. En dat zelfs nergens rood wordt gerapporteerd, maar dat wekt wel het vermoeden dat er op sommige projecten wat rooskleuriger wordt afgebeeld dan in de werkelijkheid zo is. En ik hoor graag van het college hoe zij dat ziet, want als ik een onderdeel van een project op mijn werk bijvoorbeeld on hold zet, dan rapporteren we dat in het vervolg rood op die werkstroom. En ik zou dus verwachten als ik de tussentijdse rapportage lees dat projecten als bereikbaarheid zijn centrum en Zuid op rood gerapporteerd zouden staan omdat er eigenlijk niks meer mee gebeurd is nadat de raad heeft gekozen geen bruggen aan te leggen. En daartegenover staat bijvoorbeeld dat het project verbeteren regionale fietsroutes, om er maar één te noemen, op oranje wordt gerapporteerd omdat er slechts enkele maanden vertraging is. En wat ik me dus afvraag is, hoe rijmt dat dan met elkaar? Dat gaat me dan ook meer om de systematiek van de rapportage. Want ik snap dat het college verder in de tussentijdse rapportage geen toelichting geeft op de zaken die groen gerapporteerd worden, maar daarmee lopen we dus ook het risico dat de zaken nu onder de oppervlakte blijven waar we eigenlijk wel als raad op zouden willen sturen. En mijn vraag is dan ook aan het college of we nog zaken kunnen verwachten die zometeen daar aan de oppervlakte komen. Tot zover, dank u wel.