Het transcript dat je hieronder aantreft is gegenereerd met behulp van computertechnologie.
Hierdoor kunnen de namen van personen en partijen soms foutief zijn weergegeven.
Indien je een fout opmerkt kun je deze gemakkelijk verbeteren door op het bewerk-symbool (het potloodje) te klikken.
Deze motie luidt, voorzitter: zodra de politie aangeeft dat een avondklok hen helpt in het herstellen van de openbare orde, deze op de kortst mogelijke termijn in te stellen. Ja, bij de wens van de raad te honoreren, deze avondklok volgens de kortst mogelijke termijn in te stellen en zoveel mogelijk te beperken tot de tijden waarop crimineel gedrag, vandalisme en branden plaatsvinden. Voorts uitvoering te geven aan alle andere verzoeken van de politie die hen helpt in het herstellen van de openbare orde.
Ja dank u wel, voorzitter. Ik heb even gewacht tot de heer Dupont zijn verhaal afrondde en ik heb meer dan één vraag aan hem, als u mij toestaat, voorzitter. Ten eerste, de heer Dupont begint net als de heer Heil over het lachgasverbod en de aanpassing in de APV. Volgens mij hebben wij gewoon overlastbepalingen in de APV en kan daar al op gehandhaafd worden. Heb ik dat verkeerd of zit er een gat in de APV nu, waardoor mensen die lachgas hebben gebruikt en overlast veroorzaken niet aangepakt kunnen worden? Dat ten eerste. Ten tweede, en die is meer principieel. Ik hoor de heer Dupont pleiten voor een avondklok. Hoe ziet de heer Dupont de samenhang tussen de avondklok en preventief fouilleren? Stel dat je het allebei doet, want het CDA heeft ook de motie voor preventief fouilleren ondertekend. Dan is er niemand meer op straat en kun je toch preventief fouilleren, of moeten we dan overdag preventief fouilleren en 's avonds de deur op slot gooien? Hoe ziet de heer Dupont dat, voorzitter?
Dank u wel, voorzitter. Nou, in de APV is gewoon duidelijk een bepaling opgenomen over het overlast gevend gebruik. Dus ja, dan is het stuk makkelijker met de nieuwe APV om te handhaven naar mijn beste inschatting. Voor de rest verwijs ik deze vraag voor het technische gedeelte in ieder geval even naar de burgemeester. Die kan daar vast verder op ingaan. Dan, als het gaat om de samenhang tussen een avondklok en preventief fouilleren: dit zijn twee maatregelen die wat ons betreft samen kunnen gaan. In principe mag je niet op straat komen, maar je mag in principe ook niet zomaar iedereen fouilleren, dus dat zijn twee maatregelen die op dezelfde persoon op hetzelfde moment van toepassing kunnen zijn. Ik vervolg mijn betoog, voorzitter. Oh nee, er was nog een andere interruptie, begreep ik.
Ja voorzitter, dank ook. Ik heb twee vragen aan de heer Diepomp. De eerste ziet erop welke maatregel hij met de avondklok zou willen instellen of voorstellen. En dan haak ik ook even aan op wat mevrouw Muller zojuist in haar inspraak aangaf, dat dit een repressieve maatregel is en een maatregel die doet aan symptoombestrijding. En ik vraag me daarom af wat het CDA met een avondklok, een zeer vergaande maatregel die ook niet selectief is, in de aanpak richt zich niet alleen maar tot daders, maar ook tot onschuldige mensen en dat ook nog eens in een tijd van corona waarin mensen hun vrijheid toch al beperkt voelen. Wat daarin een maatregel als de avondklok gaat bijdragen aan de oplossing van het probleem in deze wijken. Dat is vraag één en vraag twee, is dat het mij niet verstandig lijkt om deze motie aan te nemen? Gelet op de verhoudingen die er in een gemeente zijn als het gaat om het handhaven van de openbare orde. Er wordt een uitspraak gedaan over de gevolgen die een verzoek van de politie zou moeten hebben. De burgemeester wordt opgedragen om op een bepaalde manier te reageren op een verzoek van de politie en ik denk dat dat principieel onjuist is om ons als raad in die verhouding te mengen en ik denk dat het goed zou zijn om de burgemeester ook in die positie zijn eigen afweging te laten maken. En ik ben heel benieuwd hoe de heer Diepomp daarop wil reageren.
Dank u wel, voorzitter. Ik reageer op de twee vragen van de heer Streefkerk. In principe vraagt de heer Streefkerk, wat willen we daadwerkelijk bereiken met een avondklok? En het korte antwoord is dat de rust weer terugkeert in de wijk. De heer Streefkerk geeft daarbij aan dat het een repressieve en zware maatregel is. Dat ben ik met hem eens en het is zelfs een hele zware maatregel. Dat durf ik hier ook wel te zeggen. Maar tegelijkertijd, en dat moet ik ook benadrukken, de inspreker zojuist heeft aangegeven dat ze via de achterdeur naar binnen moest om te voorkomen dat iemand zou weten waar zij zou wonen. Wij hebben heel veel signalen gehad van mensen die niet meer op straat durven. En als er nu al angst is in een deel van de gemeente om überhaupt op straat te komen en dat wordt afgedwongen door groepen, brandstichtende, nou ja, dat weten we trouwens niet zeker, maar groepen jongeren die zich ontoelaatbaar gedragen, en ik heb de keuze of dat of een avondklok wordt afgedwongen door groepen jongeren dan wel door het gezag, dan kies ik voor dat laatste elke keer weer overigens. De tweede vraag, kunt u die nog even kort herhalen? Want het was een heel lang verhaal, maar er zat aan het einde een vraag daadwerkelijk.
Ja, zo'n raadsvergadering is altijd intensief luisteren, dus ik zal zo dadelijk de tweede vraag nog een keer herhalen. Maar ik reageer even direct op het antwoord op mijn eerste vraag en het lijkt erop dat de heer De Pol zegt: nou ja, mensen zijn bang om op straat te komen, dus ze verbieden iedereen maar om op straat te komen. Ja, dat lijkt me natuurlijk niet de goede manier van handelen. Mijn tweede vraag was, en die zit op een heel principieel punt, dus het is zorgelijk dat ik dat moet herhalen. Die ziet op de verhouding tussen de burgemeester en de politie. Er zijn bepaalde bevoegdheden toebedeeld aan de politie en er zijn bepaalde bevoegdheden toebedeeld aan de burgemeester. En wat wij nu als raad zouden doen als wij deze motie zouden steunen, is dat we in die balans die zorgvuldig is gewogen en vastgelegd een verandering zouden aanbrengen. Namelijk, wij dragen de burgemeester op om op een bepaalde manier te reageren wanneer de politie een verzoek zou doen. Ik denk dat dat niet juist is. Ik denk dat we die afweging aan de burgemeester moeten laten en mijn vraag is om daarop te reageren. Waarom wil de heer De Pol die verandering in de balans aanbrengen?
Ja, laat ik zeggen, zijn punt was enkel een stelling en die is voor de heer Geestkerk duidelijk op de verandering in de balans. Het volgende zeggen en duidelijk maken wat inte. Mensen hierachter geven dat als hij zoiets nodig heeft en als de politie nodig achter hem ligt, maat heel.
Niet van uw beantwoording heb ik niet verstaan. Ik weet niet of de rest het wel heeft kunnen begrijpen. Kunt u het begin van uw beantwoording herhalen?
Wel, voorzitter. Ja, voorzitter, op het eerste punt hoorde ik enkel een stelling van de heer Streefkerk, die laat ik ook voor de heer Streefkerk. Op zijn vraag ten aanzien van de balans tussen de burgemeester en de politie wil ik het volgende zeggen: die balans is inderdaad zorgvuldig gewogen en wat wij als raad kunnen doen is de burgemeester sterker maken en ook aangeven dat als hij dat nodig acht, als de politie het nodig acht, dat hij wat ons betreft, en dat zeggen wij nu als CDA en vandaar ook deze motie, gewoon kan overgaan op invoering van een avondklok als daarmee het werk van de politie beter wordt en de rust kan terugkeren in Leidschendam Noord.
Dank u wel, voorzitter, want dan kom ik ook automatisch tot het slot van mijn betoog en daarmee wil ik mij richten tot alle collega's in de Raad. Als de rust is wedergekeerd, dan moeten we ons als politiek realiseren dat deze situatie een breed scala aan uitdagingen aan het licht heeft gebracht in Leidschendam-Noord. Om ook op de lange termijn de Prinsenhof, de Heuvel en de Amstel een veilige en leefbare wijk te maken, zal er veel en langdurig geïnvesteerd moeten worden juist om jongeren en gezinnen die hier wonen of komen te wonen perspectief te bieden. Dat vind ik als CDA niet alleen een taak van de politiek. Hun ouders en hun grootouders en ik roep hen dan ook hierbij op om samen deze handschoen op te pakken. Dank u wel, voorzitter.
Dank u wel, voorzitter. Het was een oproep aan alle politici in deze Raad, hoor ik de heer Dupont zeggen, dus ik voel mezelf direct daardoor aangesproken. Gemeentebelang heeft de motie ingediend. Wellicht dat Gemeentebelang nog een toelichting gaat geven om juist de komende jaren te gaan investeren in Prinsenhof? En nu vat ik hem even snel samen. Daaronder staat ook de naam van het CDA, dus ik neem aan dat dat de daad bij het woord voegen is die de heer Dupont bedoelt, maar die oproep via die motie wordt al gesteund door een heel groot gedeelte van de Raad. Bedoelt u nou specifiek de oproep aan de collega's van GroenLinks en ChristenUnie? SGP die nog niet hebben ondertekend of moet ik hem in een ander daglicht stellen, de heer Dupont? Meneer Dupont.
Voorzitter. Nee, dit is geen persoonlijke oproep aan de collega's die de motie niet hebben ondersteund en u heeft het inderdaad goed begrepen. Dit is impliciet, maar ik wil niet het gras voor de voeten van de collega van GBLV wegmaaien. Een steun voor de motie die ze op dit punt hebben aangegeven. Wat het tevens is, is behalve dat wij nu een motie naar alle waarschijnlijkheid gaan aannemen op dit punt, ook het bewustzijn bij ons als collega's dat wij op heel veel dossiers op heel veel vlakken dit in ons achterhoofd moeten houden dat hier daadwerkelijk iets aan de hand is dat dit al langer speelt. Het grote probleem is wat we niet in dit ene debatje en ook niet met een motie kunnen oplossen. Dat is wat ik probeer te zeggen met mijn laatste zinnen. Meneer de
Dat is helder. Ik zie een interruptie van de heer Van Maldegem. Met welgemeende excuses aan collega Van Rossem, ik zie het nu ook. Dank nogmaals de heer Dupont voor uw bijdrage, dan geef ik het woord aan de heer Hartsink.
Ja, hartelijk dank, voorzitter. Allereerst wil ik graag namens GBLV veel dank en grote bewondering uitspreken aan de politie, de hulpverlening, de vrijwilligers en alle anderen die zich inzetten om Leidschendam-Noord veilig te houden. Ook wij gruwelen van de bizarre situatie die zich hier voltrekt. Hoe deze wijken in hun greep worden gehouden door zinloze vernielingen en intimidatie door opgefokte figuren. Naar het schijnt jonge veelplegers die op laffe wijze stiekem 's nachts de straat opgaan om andermans eigendommen te verwoesten en schijnbaar geen enkel respect te hebben voor de medemens. Eenzame ouderen die niet meer de deur uit durven en die bedreigd worden door deze laffe lui. Het is een schande, de eensgezindheid die binnen deze Raad dan ook heerst, is tekenend voor de maatschappelijke ophef die dit teweeg heeft gebracht en daartoe zijn allerlei goede oplossingen aangedragen die wij van harte ondersteunen en ook wij kiezen voor een aanpak gericht op zowel de korte termijn als de lange termijn. En we hebben daarvoor een aantal voorstellen gedaan. En ik leg ook duidelijk de nadruk op voorstellen in de zin dat we het college graag de ruimte geven om deze voorstellen te interpreteren. En daar kom ik zo op. Op de korte termijn moeten we het namelijk gaan oplossen, maar op de lange termijn ligt de oplossing. Daarmee wil ik zeggen dat we korte termijn maatregelen hebben die in werking moeten gaan treden en dat we lange termijn maatregelen nodig hebben die dieper ingaan op de onderliggende problemen en oorzaken in deze wijken en die lange termijn. Die ligt in ons versterkingsprogramma. Nou, die werd net al eventjes aangehaald en het versterkingsprogramma. Daar willen wij een integrale en brede aanpak stellen voor deze wijk of wijken. Daarnaast hebben wij ook drie andere moties ingediend en deze zijn meer gericht op de aanpak, preventie en communicatie. Zo stellen wij voor om het voorbeeld te volgen van Utrecht en een beloning of beloningen uit te loven voor de gouden tip of tips die leidt of leiden tot de oplossing van de meerdere brandstichtingen van auto's die in Leidschendam zijn gepleegd. Wie zijn immers de oren en de ogen van de wijk? Dat zijn de wijkbewoners. Ook hebben wij een motie ingediend.