Spreekrecht burgers
En gaan we naar agendapunt twee, spreekrecht burgers. Mevrouw Oosterveer heeft zich gemeld over het onderwerp communicatie naar ouderen. Mevrouw Oosterveer, als u bij het spreekgestoelte wilt komen staan. Het is een onderwerp dat niet op de agenda staat. En daarom kunnen we er vandaag ook niet over praten. Maar dat is bekend aan mevrouw Oosterveer. Op het knopje drukken, alstublieft. En u heeft 5 minuten. Gaat uw gang.
Dat de wethouder daar nog niet is, klopt dat? Moeten we daar niet op wachten?
Maar het is wel de portefeuille van de wethouder. Had je het wel prettig gevonden als je erbij was geweest?
Er is een wethouder aanwezig. En die vertegenwoordigt dan het college, maar in principe spreekt u de commissie toe.
Graag de voorzitter, alhoewel communicatie naar ouderen niet op de agenda staat, kom ik vanavond hierover wel inspreken. In de raadsvergadering van 26 januari 2016 is naar aanleiding van de ingediende motie afgesproken dat wij een lijst zouden ontvangen van de 75-plussers in onze gemeente. Bovendien zou wethouder Kist gemeentelijke informatie aan ons verstrekken. Bij navraag bij Boei is gebleken dat dit heeft plaatsgevonden door middel van de insteekfolder in de Boei-brochure 2017-2018 voor ouderen. Dat is deze brochure en daarin was een insteekfolder geplaatst van de gemeente. Het kan zijn dat burgers niet geïnteresseerd zijn in de brochure van Boei, deze dan vervolgens niet inkijken en daardoor de insteekfolder van de gemeente missen. Bovendien is aan de burgers geen toestemming gevraagd voor het doorgeven van adressen aan Stichting Boei. Ik heb zelfs vernomen dat er boze telefoontjes bij Boei zijn binnengekomen met betrekking tot de bezorging van genoemde brochures, vooral door burgers die geen affiniteit met Boei hebben. In het verleden kregen alle 65-plussers via de gemeente informatie voor ouderen thuisbezorgd door middel van een prachtige, uitgebreide ouderengids die van 2010 tot 2011. Deze dus. Maar om onverklaarbare reden is besloten middels een insteekfolder in de brochure van Boei pas informatie te versturen na het vijfenzeventigste jaar. De ouderen tot 75 jaar moeten nu maar zien hoe ze aan informatie komen. De gemeente dient de burger informatie te verstrekken met betrekking tot de WMO-gerelateerde zaken en niet alleen digitaal. Een en ander heb ik reeds in eerdere vergaderingen meegedeeld. Door de decentralisatie van AWBZ gaan vandaar zaken uit naar de WMO. De verspreiding van gemeentelijke informatie met betrekking tot de burger, onder andere de WMO, dient dan ook vanuit het gemeentelijke adressenbestand naar de burger plaats te vinden en niet te worden uitbesteed. Nog is via het krantje dat niet altijd wordt bezorgd dan wel te laat wordt bezorgd en ook niet via de brochure 2017-2018 verouderd van Stichting Boei na te gaan of deze uitgifte huis aan huis ook zijn bezorgd. Er is hier ook vanuit de gemeente namelijk geen controle. Vraag één, zoals reeds gezegd. Het college heeft de verantwoordelijkheid de burger van informatie te voorzien. Om er zeker van te zijn dat de burgers informatie ontvangen, is er slechts één optie. Dat is dat de gemeente zelf zorgdraagt voor het huis-aan-huis bezorgen van nieuwsbrieven, zoals in het verleden plaatsvond. Zoals deze twee folders, het is wel van 2006, maar dat gebeurde toen wel. Dat zijn dus de nieuwsbrieven. Het mag niet zo zijn dat de gemeente slechts afhankelijk is van het inschakelen van derden. Vraag twee: staat de commissie achter het voorstel om wederom een ouderengids uit te geven conform de uitgifte van 2010 tot 2011? Met een dergelijke uitgifte kan men dan minstens 5 jaar vooruit. De ouderen kunnen zelfstandig hun keuze maken waar behoefte aan is. Dan zijn ook minder telefoon- en keukentafelgesprekken nodig. De gemeente heeft informatieplicht over WMO-gerelateerde zaken, niet alleen digitaal. Er kunnen nog steeds heel veel ouderen zijn die de digitale wereld niet goed kennen. Onvoldoende mensen kennen of willen vragen om hen te helpen. U kunt een voorbeeld nemen aan de buurgemeente die de vijfenzestigjarigen regelmatig op papier van informatie voorziet. Bovendien zou een van de meest vergrijsde gemeenten van Nederland een voorbeeldfunctie moeten vervullen. Van het college mag worden verwacht dat de burger niet alleen via internet, maar ook op papier voor de digibeten informatie wordt aangeleverd. Is deze commissie bereid om alsnog voor de ouderen op te komen? En mijn voorstellen in de genoemde twee vragen middels een initiatiefvoorstel in te dienen in de raad op 23 januari? Graag uw reactie.
Dank u wel mevrouw Oosterveer. Het is normaal gesproken zo dat bij het inspreken de commissieleden geen reactie mogen geven, maar ze mogen wel vragen stellen. En als u wilt dat er in de Raad over gesproken zou worden, dan is het denk ik het handigste dat u raadsleden benadert en vraagt of zij daar actie over willen ondernemen. En dat kunnen we dus vandaag niet behandelen. Het is wel zo dat raadsleden vragen kunnen stellen aan commissieleden en dat ga ik even vragen. Is er iemand uit de commissie die vragen heeft voor mevrouw Oosterveer? Nee, zo niet, dan... Oh, sorry, ik zag een vinger, de heer Van Veller en mevrouw Hooiwagen. De heer Van Veller.
Dank u wel mevrouw Oosterveer, ja, vanmorgen werden we ook getroffen door het onthutsende bericht dat het fenomeen telefoongids op papier wordt afgeschaft en ook daar werd aangegeven dat het met name voor ouderen natuurlijk een heel vervelende gebeurtenis is. Ik heb twee vragen aan u, ten eerste, vindt u het ook belangrijk om misschien ook zo'n ouderengids wel uit te geven, maar aanvullend ook ouderen mee te helpen om zich te bekwamen in het vinden van dingen op internet? En zo, want ik kan me ook voorstellen dat zo'n ouderengids natuurlijk ook snel veroudert en het tweede is, bent u het met mij eens dat dit ook best wel eens, als het niet in januari al in de Raad aan de orde is, een verkiezingsthema zou kunnen zijn?
De eerste vraag was of ik bereid zou zijn om de ouderen te helpen.
Tegenaan nou, ik vind dat een heel goed initiatief dat ouderen zich meer gaan bekwamen in het gebruik van internet. Dan zijn ze ook minder afhankelijk. Maar ja, ik kan, niemand kan ze dwingen en niet iedereen heeft daar een beetje feeling voor. En ook angst dus ik weet niet of dat haalbaar is, maar ik sta er wel achter en de tweede vraag was, wat was het ook alweer? Vindt
U dat het een onderwerp zou moeten zijn voor de verkiezingen? Straks in januari in de Raad aan de orde is. Ik
Is het niet een idee om het ook een onderwerp voor de verkiezingen te laten zijn in maart, als het in januari niet in de Raad aan de orde komt?
Dat hangt van de politieke partijen af. Als zij dat belangrijk vinden, zou ik het doen.
Dank u wel mevrouw Wagen. Dank u, voorzitter. Ik heb twee vragen aan mevrouw Oosterveer. De eerste is: wat heeft...
Heeft u ertoe bewogen om het weer op de agenda te zetten? Dat is de eerste vraag en...
En mijn tweede vraag is als deze Commissie het niet oppakt voor de Raad van 23 januari, wat zijn uw verdere acties dan als u die heeft, want dat zouden niet zijn.
Waarom ik hier weer sta? Dat is omdat ik persoonlijk, maar niet ik alleen, maar kennissen, vrienden en familieleden heb benaderd. Ik heb 5 weken geen krantje ontvangen. Nou, u weet dat in het krantje de gemeentelijke rubriek is. Dat betekent dat je 5 weken van informatie wordt onthouden. Ik ben mobiel, ik kan naar Julianaplein gaan en kijken of daar een krantje te vinden is, maar een heleboel mensen zijn niet zo mobiel, die gaan dat niet halen, dus die informatie niet. Plus dat dit boekje van de brochure van Rooijen heb ik ook niet ontvangen, dus daar zat dus de insteekfolder in van de gemeente. Dus ook die informatie heb ik niet ontvangen en niet ik alleen, maar ik heb nog her en der geïnformeerd en kreeg hetzelfde antwoord. Dank u.
Oosterveer, als deze Commissie het niet zou oppakken of als er een initiatiefraadsvoorstel komt, wat u suggereerde, wat zouden uw acties dan zijn? Ik, ik
Ik verwacht een beetje dat deze Commissie zich toch wel kan voorstellen dat het erg belangrijk is dat de ouderen goede voorzieningen krijgen en dat ze toch gaan proberen om het als een initiatiefvoorstel in de Raad te krijgen. Ja, en mocht ook dat niet lukken, het spijt me, maar dan ga ik toch de pers opzoeken. Liever niet, maar het is niet anders.