Het transcript dat je hieronder aantreft is gegenereerd met behulp van computertechnologie.
Hierdoor kunnen de namen van personen en partijen soms foutief zijn weergegeven.
Indien je een fout opmerkt kun je deze gemakkelijk verbeteren door op het bewerk-symbool (het potloodje) te klikken.
Voorzitter, dank u wel. Altijd fijn om de afsluiter te mogen verzorgen. Zonder verleden, geen heden. Zonder heden, geen toekomst. Voorzitter, dit waren de eerste woorden die ik uitsprak in deze gemeenteraad. In juni 2018 tijdens mijn maidenspeech. Ik vond het uitspreken van deze woorden belangrijk, want met het uitspreken hiervan liet ik aan de ene kant mijn eigen identiteit zien. Waar mijn drijfveren vandaan kwamen om onderdeel van deze Raad te willen zijn. En welk verleden mij heeft gevormd in het hier en nu. Maar ik benadrukte aan de andere kant ook weliswaar onbewust een gezamenlijk verleden dat ik deelde met alle 34 andere raadsleden met wie ik voor die aankomende 4 jaar in deze Raad zitting nam. Ik zocht bewust verbinding en gezamenlijkheid. En misschien onbewust wel zelfs toestemming. Het koloniale verleden van Nederland is onderdeel van ons verleden, onderdeel van een gedeeld verleden van ons allemaal in deze Raad. De wijze waarop dit koloniale verleden door ons allemaal individueel wordt ervaren, is anders. Daarbij ook de doorwerking ervan in het heden. Soms wordt het ene perspectief belicht en soms alleen het andere, maar alle versies zijn relevant en mogen naast elkaar bestaan. We hebben dit koloniale verleden meegekregen uit geschiedenisboeken op school. Vanuit de overlevering van onze ouders en grootouders, maar zelf waren we hier allemaal niet bij. Deze geschiedenis heeft ons wel allemaal mede hierdoor gevormd. Of we het nu willen of niet. De ene iets bewuster dan de ander. Maar de versie die we hebben meegekregen is onderdeel geworden van ons DNA. Want wij zijn allen nazaten van de mensen die ooit koloniseerden, ofwel gekoloniseerd waren. Op 19 december 2022 sprak oud-premier Mark Rutte namens de Nederlandse staat zijn excuses uit voor het slavernijverleden. Een historische dag voor velen die hier lang op hebben gewacht. Echter benadrukte de oud-premier dat met het aanbieden van deze excuses geen punt werd gezet, maar een komma. Er werd ook geld vrijgemaakt voor bewustwording, betrokkenheid en doorwerking. In de woorden van voormalig premier Mark Rutte, en ik citeer: "Ik dacht de slavernij is een geschiedenis die ver achter ons ligt. Ik had het mis, want eeuwen van onderdrukking en uitbuiting werken door in het hier en nu. In racistische stereotypen, in discriminerende patronen van uitsluiting, in sociale ongelijkheid. En om dat te doorbreken, moeten we ook het verleden open en eerlijk onder ogen zien." Einde citaat. Kort hierna hebben in het hele land op 1 juli 2023 herdenkingen en vieringen plaatsgevonden. Zijn onderzoeken gestart naar het aandeel van diverse gemeenten in Nederland aan het koloniale verleden van Nederland en is aandacht besteed aan bewustwording en doorwerking. Maar helaas niet in Leidschendam-Voorburg en ook dit jaar hebben we er geen aandacht aan besteed. Door het eerlijke verhaal te vertellen wordt het koloniaal en slavernijverleden echt onze gezamenlijke geschiedenis. Op die manier kunnen we als samenleving in Leidschendam-Voorburg meer naast elkaar staan en minder tegenover elkaar. Daar zijn wij de indieners van de motie van overtuigd. Dan heb ik het bruggetje gemaakt naar de motie. Samen met mijn collega's van GroenLinks, de SP en de ChristenUnie dienen wij een motie in om aandacht te besteden aan en onderzoek te doen naar het koloniale verleden van Leidschendam-Voorburg. Het dictum van deze motie luidt als volgt, en het is een lange. Roept het college op een werkgroep of comité in te stellen vanuit de samenleving, bestaande uit een mix van inwoners en experts die affiniteit hebben met en expertise van het koloniale verleden en bereid zijn om hier zitting in te nemen. Daarbij ook de expertise die beschikbaar is vanuit het Nationaal Archief in te zetten. Deze werkgroep of dit comité heeft tot opdracht om een inventarisatie te doen van alle zichtbare elementen in de publieke ruimte en publieke gebouwen vanuit het koloniale verleden in onze gemeente, zoals straatnamen, standbeelden, kerken, et cetera, en aan te bevelen hoe hier nadere uitleg bij kan worden gegeven op een wijze die passend is, bijvoorbeeld een QR-code, extra bordje, et cetera. Bij deze inventarisatie te betrekken de niet meer of niet zichtbare elementen vanuit het koloniale verleden in de gemeente Leidschendam-Voorburg, die een rol hebben gespeeld in die koloniale tijd, zoals de Loo in Voorburg. Deze beide feitelijke inventarisaties in een rapport aan de Raad te doen toekomen, inclusief conclusies en aanbevelingen vanuit de werkgroep of het comité. En als laatste, jaarlijks rond 1 juli, de datum van de afschaffing van de slavernij, een lokale herdenking die betrekking heeft op het koloniale verleden van Nederland te organiseren in de gemeente Leidschendam-Voorburg gericht op het creëren van wederzijds begrip, bewustwording, educatie en herdenken. Daar ook de scholen, zowel primair als voortgezet onderwijs, bij te betrekken. Hier is natuurlijk geld voor nodig. De benodigde middelen hiervoor beschikbaar te stellen uit de algemene reserve. En de Raad over de uitkomsten van dit onderzoek te informeren voorafgaand aan de begrotingsbehandeling van november 2024. Tot zover, voorzitter.
Heb gisteren op basis van de opmerkingen van de heer Ross Benders een aangepaste versie naar de griffie gestuurd. Ik denk dat die dan niet goed is doorgekomen. Ik ga even kijken.
Kijken hoe dat technisch kan worden opgepakt. Check. Doen we even ondertussen dat even per mail. Maar we gaan nu wel even door met het debat. Kijk ik naar de fractie van GroenLinks. Ja, gaat uw gang.
Ik sta vandaag hier voor u en zoals u vandaag gezien hebt, is dat voor mij niet altijd vanzelfsprekend. Het komt niet omdat ik de andere onderwerpen niet belangrijk of interessant vond, maar gewoon om mijn respect te tonen naar de mensen die tot slaaf gemaakt werden en de mensen die leden onder uitbuiting en onderdrukking in Suriname, Curaçao, Bonaire, Sint Maarten, Saba, Sint Eustatius en Aruba, om er twee dooddoeners te noemen. Je kunt vrijheid niet vieren zonder onvrijheid te herdenken. En zonder de geschiedenis te kennen, blijft de weg naar de toekomst onduidelijk. De rijkdom, cultuur en welvaart van dit land is gebouwd op ons koloniaal verleden. We kunnen dat elke dag zien in onze straten en pleinen in grote steden, zoals bijvoorbeeld Amsterdam, kun je dat wat herkenbaarder zien omdat gewoon de letters van de West-Indische Compagnie op de gebouwen vermeld staan. Maar ook in onze gemeente hebben we waarschijnlijk dit soort gebouwen, standbeelden en straatnamen waarvan we nu geen idee hebben wie dat waren en waarom zij vernoemd worden, of waarvan we maar een ding van hun geschiedenis kennen, de mooie kant. De aandacht voor de koloniale geschiedenis in onze gemeente zelf brengt de geschiedenis letterlijk dichterbij onze inwoners en het is een kans om begrip en verbinding te creëren waar die eerst niet waren. De andere kant van deze geschiedenis, het leed dat mensen is aangedaan, is niet zo zichtbaar. Maar we kunnen niet ontkennen dat deze kant ook nu nog steeds in onze samenleving leeft. We kunnen de pijn niet wegnemen, maar erkenning en herdenking van het verdriet en de littekens die uitbuiting en slavernij hebben achtergelaten, kunnen de eerste stap zijn op de weg naar heling. Vooral het samen herdenken, elkaar even letterlijk en figuurlijk vasthouden, werkt helend en verbindend. Ik hoop dan ook op een zo breed mogelijke steun voor deze motie.
Ja dank u wel voorzitter, ja. Wij zijn heel blij met het initiatief van mevrouw Paul Tensen om deze motie te maken en wij mede ondertekenen. Heel erg graag, want dat is een uiting van solidariteit die wij denk ik heel normaal vinden bij de SP. Ik hoef er ook niet heel veel woorden aan te besteden, want het is eigenlijk een heel vanzelfsprekende motie. Als je kijkt naar andere gemeentes wat die gedaan hebben, denk ik dat het allemaal heel keurig verlopen is en hoeveel mensen daar geen aanstoot aan nemen, want dat is altijd iets wat op de loer ligt. Nogmaals, wij vinden het een fantastische motie en wij denken dat Leidschendam-Voorburg zich hier positief kan onderscheiden. Dank u wel.
Nou, ik had eigenlijk meer een vraag en dat is dat ik mij afvraag, misschien dan aan de opsteller van de motie, wat de aanleiding in ons lokale discours, in ons maatschappelijk gesprek, was om dit op te stellen.
Ja voorzitter, ik heb ook wel een paar vragen aan de indieners. Ik zou voorstellen om dan misschien dat het een prima termijn zou kunnen verdienen. Ja, zou dat kunnen? Of is dat dan nu meteen mijn inbreng? Ja, wat...
Dus. Gaat prima, nou, laat ik in ieder geval vooropstellen dat D66 de erkenning en de herdenking van het verdriet en de littekens die slavernij en kolonialisme teweeg hebben gebracht, ook enorm belangrijk en waardevol vindt. Dat laten we volgens mij ook in de landelijke politiek zien, D66 is daar ook een warm pleitbezorger van. We hebben wel enkele vraagtekens bij de vorm die nu in deze motie wordt gekozen op twee sporen. Maar allereerst geeft de motie aan nu eigenlijk in feite de samenleving de opdracht om deze inventarisatie uit te voeren en ook een jaarlijks herdenkingsmoment te organiseren. We zien echt in de praktijk dat het op andere thema's juist andersom gaat, hè? Dus de samenleving geeft aan: We hebben hier behoefte aan deze inventarisatie of deze herdenking of we willen graag dit organiseren, kan de gemeente de randvoorwaarden voorstellen. Dus hoe gaat dat dan hier? Dat is voor ons nog onduidelijk. En dan zie ik ook wel dat we in deze motie nu twee onderwerpen bij elkaar brengen die wat ons betreft niet logischerwijs bij elkaar zouden moeten horen: dus een inventarisatie naar het koloniale verleden van Leidschendam-Voorburg en twee, het organiseren van een jaarlijks herdenkingsmoment. Wat op zichzelf staand allebei goede dingen zijn. Maar wat ik dus net ook al aangaf over het koloniale verleden, zouden we dan niet eerst moeten beginnen met een inventarisatie of daar überhaupt hier sprake van is? Kijk, in Voorschoten heb je bijvoorbeeld heel duidelijk buitenplaats Berbice waar een directe link is, is dat hier ook? Dat ja, ik ken dat niet, dus vandaar nog even die vraag. En dan wat betreft ook jaarlijks herdenkingsmoment. Ja. Als we bijvoorbeeld kijken naar andere herdenkingsmomenten, zoals de Dodenherdenking, daar zijn allerlei maatschappelijke organisaties die daar de Martinuskerk en allerlei andere organisaties daar van de organisatie op zich nemen. Ik heb zelf geen zicht op wat de gemeente daarin bijdraagt, dan wel financieel, dan wel organisatorisch. En of dat dan logischer zou zijn om dat hier ook te doen, dus wat ons betreft ja, tot slot hè, ook nog niet duidelijk wat dan de financiële gevolgen hiervan zullen zijn. Als we zeggen, we kennen daartoe middelen vanuit de algemene reserve toe. En om dat dan zomaar te dekken uit publieke middelen waarvan we de consequenties niet kunnen overzien. Ja, dat vind ik in eerste aanleg niet verantwoord. Maar dat betekent niet dat wij de inhoud van deze motie of dan wel het belang hiervan niet onderschrijven. En ja, ik wil niet het gevoel krijgen dat ik nu dan om dit soort praktische bezwaren hier dan niet voor kan stemmen, terwijl we het wel belangrijk vinden. Dus dat maakt het wel een lastige motie voor ons.
Dank u wel, buiten kijf dat het koloniaal verleden geen fraaie geschiedenis is in onze vaderlandse geschiedenis. Maar dat maakt ons wel. En dat brengt me ook wel een beetje toch bij deze motie en de vraag van hoe ga je daarmee om? En ik denk dat de voorstelling die de heer Jorissen net omschreef ook in mijn fractie zit, want er wordt nog wel wat gevraagd en er worden eigenlijk twee verschillende soorten vragen volgens mij in de motie gesteld. Enerzijds is dat het onderzoek en dat vind ik ook al best gedetailleerd ingevuld met kerkgebouwen en QR-codes en dergelijke, terwijl ik denk van goh, wat is onze koloniale geschiedenis als zijnde Leiden dan Voorburg? Daar ben ik wel geïnteresseerd in. Daar zou ik ook graag onderzoek naar willen laten doen, maar om het dan al in te gaan vullen zoals het nu wordt voorgesteld, is voor mijn fractie wel een overweging dat het gaat. Dat is dat niet een stap te ver. Voor dit moment zou je het niet eerder onderzoek moeten doen en dan uitwerken? En hetzelfde geldt ten aanzien van de viering voor Keti Koti. Niet dat wij tegen die viering zijn en die herdenking zijn, helemaal niet, maar laat het dan uit de maatschappij komen. Laat het komen uit bewoners zelf. Is er behoefte onder onze bewoners, onze inwoners om die viering, die gedenking gestand te doen in plaats van dat als gemeente te gaan organiseren? En die twee elementen, maar daar wil ik het eventueel graag nog van de indieners op, maar die twee elementen spelen wel in mijn fractie en de overwegingen wat wij hier met deze motie gaan doen.
Ja dank u wel, voorzitter, allereerst complimenten aan de indieners voor de wijze waarop dit onderwerp breed wordt beschreven. In ieder geval worden alle bevolkingsgroepen die aan slavernij hebben geleden opgenoemd en dat wordt in sommige gevallen nog wel eens vergeten, bepaalde groepen, dus complimenten voor het feit dat dat zo breed is opgepakt. En dat is niet een compliment in die zin alleen voor mij, maar het is ook een compliment van de historicus die ik over dit onderwerp gesproken heb. Want ik heb contact gehad met een inwoner die ook historicus is op dit gebied, en die mening hebben wij ook meegenomen als fractie in de afweging. En wij vinden dat als er behoefte is aan een lokale herdenking en met name over het slavernijverleden, dat daar binnen onze gemeente ruimte voor moet zijn. Maar wij vinden wel, en dat gaf de heer Van Duffelen ook aan, dat dat initiatief dan ook vanuit de lokale bevolking moet komen en de vraag aan de burgemeester of hij hierover al signalen heeft ontvangen of daar een behoefte naar is. En ten aanzien van het onderzoek naar plekken of verdwenen plekken die wijzen naar een koloniaal of slavernijverleden, is onze fractie zeer terughoudend. We hebben een historicus gesproken, heb ik net al aangegeven, en die geeft aan weinig tot geen sporen te zien in onze gemeente. Wat is dan de meerwaarde om dit nog te onderzoeken en hoe diep zou je daarin willen gaan? Want als je diep gaat graven, kom je altijd dingen tegen. Maar ja, wat voegt dat toe? En de dekking die meegegeven wordt, er wordt ook geen budget aan meegegeven, dus dat geeft ook in die zin een vrijbrief om heel diep te graven en dat lijkt ons ook niet de juiste manier. Dus tot zover. Nee, nog een opmerking. Ik zou dus wel willen pleiten om de motie in tweeën te knippen. Eentje richting een motie voor de herdenking en een voor het onderzoek naar het verleden.
Ja voorzitter, dank u wel. Ik neem de complimenten in ontvangst. Samen met de mede-indieners is de makkelijkste vraag om te beantwoorden die over de motie. Het oorspronkelijke idee was inderdaad om hem op te knippen. Alleen ik liep een beetje vast, omdat ik eigenlijk gewoon wil dat er vanuit de samenleving inderdaad wordt gedaan wat iedereen zegt. Een groepje wordt samengesteld, een comité of werkgroep, noem het hoe je het wil, en die dat allemaal voor zijn rekening neemt. Dus ik wist niet hoe ik het moest doen. Ik had gewoon niet genoeg creativiteit, dat zijn de letterlijke woorden, om die motie op te knippen en het dan logisch te laten zijn. Dus laat ik dat vooropstellen. Ik ben voorstander van knippen, om het in twee delen te doen. Ik ben ook voorstander van om het stap voor stap te doen, dus eerst wat nu moet en daarna wat daarna kan en moet. Voor wat betreft het geld heb ik de pot aangesproken waar het meeste geld in zat en wat nog niet bestemd was, dus dat was gewoon simpel nadenken van mij. De lokale aanleiding, die is er niet. Wij vinden als indieners dat het een heel belangrijk onderwerp is en dat we daar als gemeente Leidschendam-Voorburg aandacht aan moeten besteden op een goede manier die passend is bij onze gemeente. Voor wat betreft, ik ga even door in mijn hoofd naar de andere vragen, het koloniale verleden in gebouwen. De voorbeelden die ik heb genoemd, zijn niet uitputtend, dus het gaat echt niet specifiek. Ik heb nog getwijfeld of ik de voorbeelden moest noemen, want het kan natuurlijk als limitatief worden opgevat. Dus het gaat mij niet alleen om kerken, straatnamen en dat soort dingen, maar echt om meer dan dat, alles wat we kunnen vinden. En het gaat mij ook om alle elementen die we in onze gemeente kunnen vinden. Dus ik vind persoonlijk, en dat vinden we ook vanuit onze fractie, en ik ga ervan uit ook de mede-indieners, niet dat we gaan graven om het graven of gaan graven om het zoeken of gaan graven om het vinden. Maar we willen gewoon dat stukje van de geschiedenis benoemd hebben en ook uitgelegd hebben. En er zijn allemaal hele mooie voorbeelden van. Ik heb in de motie ook een link opgenomen naar het rapport van de provincie die daar onderzoek naar heeft gedaan. Die heeft onderzoek gedaan naar het koloniale verleden van Zuid-Holland en daar staat ook een aanbeveling in, meerdere aanbevelingen, en ik zou graag zien dat we dat ook als onderdeel van Zuid-Holland zouden opvolgen.
Ja voorzitter, dank u. Ja, ik zou aan mevrouw Planting dan willen vragen. Volgens mij wordt namelijk in deze Raad breed gedeeld dat dit een belangrijk onderwerp is. Ik hoor meerdere fracties zeggen dat ze inderdaad benieuwd zijn naar wat dan die sporen zijn. Alleen dat het toch spaak loopt op de vorm of in ieder geval de precieze bewoording die nu in de motie wordt voorgesteld met de uitleg van mevrouw Balans. Dat kan ik me ook goed voorstellen, maar zou het dan een idee zijn, vraag ik aan mevrouw Betty, maar ook aan de andere indieners, dat we de motie aanhouden en dat we er een meer gezamenlijk product van maken? Waar we dan ook even kijken naar bijvoorbeeld de blik van de burgemeester en dan ook de vragen van de heer Ross Bennes, welke signalen dat zijn. Dat we dan misschien een meer getrapte aanpak kunnen nemen dan dat we nu vragen om de volle MAP. Ja, punt vraagteken, bedoel ik? Ja voorzitter, daar...
Is een klein dingetje, wat juist zo fijn maakt, zeg maar dat de bordjes en de QR-codes of we dat kunnen gaan bekijken. Ook wel mensen meegeven dat het niet de bedoeling is dat de straatnamen nu allemaal weggehaald worden. Het is juist niet, zeg maar dat we de geschiedenis willen ontkennen. Maar juist dat we de geschiedenis willen laten kennen door mensen op een plek waar die beleefd is.
En dank u wel en bedankt dat het onderwerp geagendeerd is. Slavernij in brede zin is een onderwerp dat mij de afgelopen jaren ontzettend heeft beziggehouden. Ik ben best lang voorzitter geweest van de organisatie Nederlandse Tak van de grootste antislavernijorganisatie ter wereld over moderne slavernij. En nou, dat heeft heel veel raakvlakken ook met de geschiedenis. Als je ziet wat de effecten zijn, raakt het onderwerp mij zeer, als ik het zo mag zeggen. We hebben in het college ook uitgebreid hierover gehad, ook omdat we rondom volgend jaar 80 jaar bevrijding hebben gezegd dat we heel graag de lokale geschiedenis een plek willen geven in de bevrijding. Het comité 4 en 5 mei heeft dat ook aangekondigd. Dus wat het onderwerp betreft, hebben we gezegd dat het qua timing een mooi moment is om ermee bezig te gaan. Maar ik deel een groot deel van de gevoelens zoals die hier in vragen worden verwoord, leven bij ons ook, of al die stappen nu in één keer gezet moeten worden. Mijn voorstel zou zijn: laten we op de kortst mogelijke termijn kijken wie er uit de gemeenschap bij elkaar te zetten valt om een clubje te vormen. En er is even goed met elkaar over te hebben wat de behoeftes zijn, maar ook wat de kennis al is, hè, simpel zoek op internet. Ik zou wel willen weten of plantage Voorburg bij Paramaribo heette naar Voorburg of dat het gewoon de burger is voor de haven, kan ook hè? Weet ik niet, maar bijvoorbeeld. De gemeente Den Haag heeft veel onderzoek gedaan waar ook effecten op de buurgemeente misschien wel uit te halen zijn. We hebben hier een historische vereniging die ontzettend veel al weet, dus daar zijn en ik hoor van meneer Ross anders die zegt: ik heb een historicus gevonden. Ik weet van mevrouw Passing dat ze iemand kent bij het Nationaal Archief die hier heel veel van weet en dat zijn niet dezelfde personen, dus weet ik dan ook weer. Dus volgens mij is er al best wel veel kennis en volgens mij zou ik het gesprek daarover aan een ronde tafel best graag voeren en dan kijken wat er in onze samenleving aan mensen te vinden is die hier hun schouders ook mee willen opzetten. Ook wat die behoefte is. Ik weet dat mensen uit onze gemeenschap naar de Haagse viering van Keti Koti gaan. Dus die vinden daar een plek. En ja, ik weet niet of dat voldoende is, maar zij hebben zich zo niet bij mij gemeld van: kunnen we dat hier ook? Aan de andere kant, ja, als dat hier is, wie weet dat dat ook in die behoefte voorziet? Ik zou die vragen wel heel graag met elkaar stellen in of het comité of een werkgroep noemen, maar om het dan wel ook concreet een stap verder te brengen en dan in het jaar van 80 jaar bevrijding ook deze kant van vrijheid vieren en dat lijkt mij hartstikke mooi. Ik heb al wel ook vanmorgen met de wethouder financiën afgesproken dat als er geldconsequenties uitkomen, dat ik dan wel het liefst met een voorstel wil komen dat u daar een keuze in maakt. En dat toen heeft hij al gezegd. Dan ga ik niet voorstellen dat het algemene reserve zomaar wordt, maar dat we daar even goed over nadenken. Dus dat gaan we wat mij betreft niet per motie regelen. Maar goed, daar gaat u uiteindelijk over, maar dat is wel even de financiële let op die eerste stappen kunnen we volgens mij zetten zonder dat we daar nu al gelijk een budget aan hangen. Omdat ik denk dat dat ook wel gepast is om dat met elkaar op te pakken. Voorzitter, dank u.
Portefeuille zegt, we kunnen die eerste stappen zetten. Heeft u daar dan ook een opdracht voor de Raad voor nodig of zegt u van nou, ik kan dat vanuit mijn eigen portefeuille. Daar kan ik mee aan de slag, even voor mijn beeld. Het zou heel fijn zijn als u iets zegt van nou, ik kan er gewoon mee aan de slag gaan, dan scheelt dat weer.
Ik zou het persoonlijk niet helemaal fair vinden tegenover de opsteller van de motie om te zeggen, het kan ook wel zonder snap, want het is toch niet zomaar een onderwerp om zo te agenderen? Maar ja, als u zegt van pak even van de oude versie, in ieder geval bolletje twee en verder in plaats van dat we gelijk QR-codes gaan plakken. Ja nou, ik heb gezegd, ik heb gezegd, alleen als ik nu ga zeggen, het kan ook zonder emotie dat dat misschien een beetje stabiel is, maar er zit ook een beetje gevoelswaarde achter. Ja, nee.
Ja voorzitter, dank u wel. Ik wil de motie niet intrekken. Eigenlijk liever niet omdat de burgemeester zelf ook aangeeft van nou, ik vind het eigenlijk wel fijn zo'n motie, dat is mijn interpretatie. Maar ik zou wel, zeg maar, het voorstel van de burgemeester willen overnemen om bullet, wat was het, twee tot en met zoveel weg te halen en dan gewoon te starten ergens mee. Ja precies ik.
Ja, maar mijn omgeving is voor mij moet gewoon starten met zo'n, of het nou een werkgroep noemen of een clubje uit de samenleving met mensen die er heel veel verstand van hebben. Volgens mij moeten we daarmee beginnen en met elkaar afspreken. Moedig voorwaarts en 1 juli duurt nog wel even.
Weet niet of dit een ordevoorstel is, maar kunnen we dan, want nu wordt het een beetje onoverzichtelijk voor mij wat het dan gaat worden. Is het niet een idee dat we morgen, we hebben weer een raadsvergadering, dat we in de tussentijd, het is nu ook alweer 12.05 uur, dat in de tussentijd dan aan een versie wordt gewerkt die voldoet aan deze vereisten die overeengekomen worden en dat we dan... Ja, is dat een idee? Dat is een vraag.
Ja voorzitter, wat mij betreft kan dat of we er vandaag over stemmen of morgen stemmen, dit politieke seizoen over. Dus ik vind, ik kan me er wel in vinden. Kijk ook even naar de mede-indieners. Dan doen we het zo voorzitter, dan houd ik hem even aan. Dan.
En dan voorzitter, volgens mij, volgens mij procedureel. Kunnen we de motie nu niet aanhouden? Schorsen we de vergadering dan tot morgen 3 uur en pakken we dan de draad weer op met de motie? Als de motie aangehouden wordt, wordt die morgen niet in stemming gebracht. Volgens mij.
Betekent aanhouden intrekken en dan wordt die morgen opnieuw al dan niet gewijzigd ingediend ergens op de agenda. Dat lijkt me het meest makkelijke. Zal ik hem zo afronden? Wilt u nog? Wilt u nog iets toevoegen? Nee, prima, dank u wel. Nou