De gemeenteraad van Leidschendam-Voorburg heeft een belangrijke nota over kapitaalgoederen besproken, die inzicht biedt in het beheer en onderhoud van gemeentelijke eigendommen zoals wegen en riolering. Tijdens het debat ontstond er een levendige discussie over de verduurzaming van het gemeentelijke wagenpark.
Politiekverslaggever Rijk de Bat
Tijdens de raadsvergadering stond de vaststelling van de nota kapitaalgoederen centraal. Deze nota is cruciaal voor het beheer van gemeentelijke eigendommen en draagt bij aan een veilige en goed onderhouden gemeente. De nota wordt elke vier jaar bijgewerkt en biedt een samenvatting van bestaande beleids- en beheerplannen.
Duurzaamheid in de schijnwerpers
D66 greep de gelegenheid aan om de verduurzaming van het gemeentelijke wagenpark aan de orde te stellen. "Mogen wij stappen verzetten als wij dat zelf niet als gemeentelijke organisatie het goede voorbeeld geven?" vroeg mevrouw Bosch van D66 zich af. Ze benadrukte dat de gemeente achterloopt op haar eigen duurzaamheidsdoelen, met slechts één elektrisch voertuig in gebruik en drie in bestelling.
De discussie over het wagenpark leidde tot een motie van D66, die opriep om alle voertuigen bij vervanging elektrisch te maken. De motie kreeg echter kritiek van andere partijen. De Partij van de Arbeid (PvdA) vond de motie voorbarig en pleitte voor een integrale afweging van alle duurzaamheidsmaatregelen. "We willen wel weten wat het kost en hoe dat past binnen de andere maatregelen die we moeten nemen," aldus de heer Blokland van de PvdA.
College loopt voorop
Wethouder Stemerdink reageerde op de zorgen en legde uit dat de gemeente al bezig is met de verduurzaming van het wagenpark. "De personenauto's worden vervangen door elektrische zodra ze zijn afgeschreven," verzekerde de wethouder. Voor de grotere voertuigen, zoals die van stadsbeheer, is de markt nog niet klaar, maar de gemeente heeft innovatieve plannen om deze voertuigen om te bouwen naar elektrisch.
De wethouder benadrukte dat de gemeente een voorbeeldfunctie heeft en dat er al veel gebeurt op het gebied van duurzaamheid. "Er is geen afdeling binnen onze organisatie zo bezig met duurzaamheid als stadsbeheer," voegde ze toe.
Vervolg en besluitvorming
De discussie over de motie van D66 werd afgesloten zonder directe besluitvorming. De motie zal in de volgende raadsvergadering opnieuw worden besproken, waarbij de indieners kunnen besluiten of ze de motie handhaven.
De vergadering toonde aan dat duurzaamheid een belangrijk thema blijft binnen de gemeenteraad van Leidschendam-Voorburg, met verschillende visies op de snelheid en aanpak van de noodzakelijke veranderingen.
Samenvatting van het voorstel
De gemeenteraad van Leidschendam-Voorburg wordt gevraagd om de nota kapitaalgoederen vast te stellen en in te stemmen met de kaderstelling voor de programmabegroting en -rekening. Deze nota is belangrijk omdat gemeentelijke kapitaalgoederen, zoals wegen en riolering, een grote waarde vertegenwoordigen en goed onderhoud essentieel is voor zowel economisch als maatschappelijk belang. De wet vereist een paragraaf over het onderhoud van kapitaalgoederen in de begroting en rekening. De nota biedt een samenvatting van bestaande beleids- en beheerplannen en geeft inzicht in de kapitaalgoederen van de gemeente, het ambitieniveau, en de financiële risico’s. Het doel is bij te dragen aan een veilige gemeente door goed beheer en onderhoud. Door de nota vast te stellen, kan de paragraaf in de begroting bondiger worden en krijgt het beheer meer aandacht. De nota wordt elke vier jaar bijgewerkt en opnieuw aan de raad voorgelegd.
Documenten
-
Analyse van het document
Titel en Samenvatting:
De titel van het voorstel is "Vaststellen nota kapitaalgoederen 2018-2022". Het voorstel betreft de vaststelling van een nota die een overzicht biedt van het beheer en onderhoud van gemeentelijke kapitaalgoederen zoals wegen, verlichting, riolering, sportvoorzieningen en gemeentebouwen. Deze nota dient als kader voor de verplichte paragraaf Onderhoud Kapitaalgoederen in de programmabegroting en -rekening. Het doel is om een integraal en overzichtelijk beleid te voeren dat zowel economisch als maatschappelijk van belang is. De nota wordt elke vier jaar geactualiseerd en biedt inzicht in de huidige staat, ambitieniveau en financiële risico’s van de kapitaalgoederen.
Volledigheid van het Voorstel:
Het voorstel is redelijk volledig, aangezien het een samenvatting biedt van bestaande beleids- en beheerplannen en inzicht geeft in de kapitaalgoederen van de gemeente. Echter, mogelijke nieuwe plannen zijn nog niet opgenomen, wat een beperking kan zijn.
Rol van de Raad:
De raad wordt gevraagd de nota kapitaalgoederen vast te stellen en in te stemmen met de kaderstelling voor de programmabegroting en -rekening. Dit betekent dat de raad een controlerende en besluitvormende rol heeft in het vaststellen van het beleid voor kapitaalgoederen.
Politieke Keuzes:
De raad moet beslissen over de prioritering van middelen voor het onderhoud en beheer van kapitaalgoederen. Dit omvat keuzes over het ambitieniveau en de toewijzing van budgetten, evenals het afwegen van economische en maatschappelijke belangen.
SMART en Inconsistenties:
Het voorstel is niet volledig SMART (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden) omdat het geen specifieke doelen of meetbare resultaten bevat. Er zijn geen duidelijke inconsistenties, maar het ontbreken van nieuwe plannen kan als een tekortkoming worden gezien.
Besluit van de Raad:
De raad moet besluiten om de nota kapitaalgoederen vast te stellen en in te stemmen met de kaderstelling voor de programmabegroting en -rekening.
Participatie:
Het voorstel vermeldt geen specifieke participatie van burgers of andere belanghebbenden in het proces van het opstellen van de nota.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid is relevant, vooral in het kader van het water- en rioleringsplan dat inspeelt op klimaatverandering en extreme regenbuien.
Financiële Gevolgen:
Het voorstel erkent dat het beheer en onderhoud van kapitaalgoederen een substantieel deel van de begroting betreft, maar geeft geen specifieke financiële details of dekkingsvoorstellen. Het benadrukt wel het belang van inzicht in financiële risico’s.
-
-
-
-
Analyse van het document
Titel en Samenvatting:
De motie heeft als titel "Elektrisch Aangedreven Wagenpark" en is ingediend door het lid Bos. De motie constateert dat de gemeente achterloopt op haar duurzaamheidsdoelstellingen, zoals vastgelegd in de Duurzaamheidsagenda 2016-2020 en het Coalitieakkoord 2018-2022. Ondanks de toezeggingen om het gemeentelijke wagenpark te verduurzamen, bestaat het wagenpark in 2018 voornamelijk uit fossiel aangedreven voertuigen. De motie roept het college op om alle fossiel aangedreven voertuigen en scooters bij vervanging te vervangen door elektrisch aangedreven alternatieven, om zo een voorbeeldfunctie te vervullen en bij te dragen aan de duurzaamheidsdoelstellingen.
Oordeel over de volledigheid:
De motie is redelijk volledig in het adresseren van het probleem en het stellen van een duidelijke eis aan het college. Echter, het biedt geen gedetailleerd plan of tijdlijn voor de implementatie van de voorgestelde veranderingen.
Rol van de raad:
De raad heeft de rol om de motie te bespreken, te amenderen indien nodig, en uiteindelijk te stemmen over de goedkeuring ervan. De raad moet ook toezicht houden op de uitvoering van de motie door het college.
Politieke keuzes:
De raad moet beslissen of zij prioriteit willen geven aan de verduurzaming van het wagenpark en of zij bereid zijn de mogelijke financiële en logistieke implicaties te accepteren. Er moet ook worden overwogen hoe deze verandering past binnen bredere duurzaamheidsdoelstellingen en budgettaire beperkingen.
SMART en Inconsistenties:
De motie is specifiek en meetbaar in de zin dat het vraagt om vervanging van voertuigen bij reguliere vervangingsmomenten. Het is echter niet tijdgebonden en mist specifieke criteria voor wat als "niet-fossiel" wordt beschouwd. Er zijn geen duidelijke aanwijzingen voor monitoring en evaluatie.
Besluit van de raad:
De raad moet besluiten of zij de motie willen aannemen en daarmee het college opdragen om de voorgestelde veranderingen door te voeren.
Participatie:
De motie vermeldt geen specifieke participatie van inwoners, ondernemers of andere belanghebbenden in het besluitvormingsproces.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid is een centraal thema in deze motie, aangezien het direct betrekking heeft op het verminderen van de ecologische voetafdruk van de gemeentelijke organisatie.
Financiële gevolgen:
De motie specificeert niet de financiële gevolgen van de voorgestelde veranderingen, noch hoe deze gedekt zullen worden. Dit kan een belangrijk punt van discussie zijn, aangezien de kosten voor elektrische voertuigen hoger kunnen zijn dan voor fossiele voertuigen.