Analyse van het document
Analyse van het Raadsvoorstel tot het vaststellen van kaders voor een nieuw minimabeleid
Titel en Samenvatting:
Het voorstel betreft het "Raadsvoorstel tot het vaststellen van kaders voor een nieuw minimabeleid" voor de gemeente Leidschendam-Voorburg. Het doel is om nieuwe kaders voor het minimabeleid voor de periode 2007-2010 vast te stellen, gebaseerd op een evaluatie van het beleid van 2003-2006 en aanbevelingen van een Sociale Conferentie. De raad wil hiermee de sociale voorzieningen verbeteren en het niet-gebruik van middelen verminderen door een doelgroepgerichte en persoonsgerichte benadering. Het voorstel omvat aanbevelingen voor bijzondere bijstand, re-integratie, en ondersteuning van specifieke groepen zoals ouderen en jongeren.
Oordeel over de volledigheid:
Het voorstel is uitgebreid en gedetailleerd, met een duidelijke evaluatie van het vorige beleid en concrete aanbevelingen voor verbetering. Het behandelt diverse aspecten van het minimabeleid en biedt een goede basis voor verdere discussie en besluitvorming.
Rol van de raad:
De raad heeft de rol om de kaders voor het nieuwe minimabeleid vast te stellen. Dit omvat het beoordelen van de aanbevelingen en het geven van richting aan het college voor de ontwikkeling van een beleidsnota.
Politieke keuzes:
De raad moet keuzes maken over de prioritering van aanbevelingen, zoals de mate van financiële ondersteuning voor specifieke doelgroepen, de samenwerking met andere instanties, en de aanpak van niet-gebruik van voorzieningen.
SMART en Inconsistenties:
Het voorstel is niet volledig SMART (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden) geformuleerd. Hoewel het specifieke aanbevelingen bevat, ontbreken meetbare doelen en tijdlijnen. Er zijn geen duidelijke inconsistenties, maar verdere specificatie zou de implementatie kunnen verbeteren.
Besluit van de raad:
De raad moet besluiten over de vaststelling van de kaders voor het nieuwe minimabeleid en eventuele aanpassingen of aanvullingen op de voorgestelde aanbevelingen.
Participatie:
Het voorstel benadrukt participatie door de betrokkenheid van maatschappelijke instellingen en de Cliëntenraad Sociale Zaken bij de ontwikkeling van aanbevelingen. Dit wijst op een participatieve benadering bij het vormgeven van het beleid.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid wordt niet expliciet genoemd als een relevant onderwerp in het voorstel. De focus ligt voornamelijk op sociale en economische aspecten van het minimabeleid.
Financiële gevolgen:
Het voorstel bespreekt financiële implicaties, zoals de noodzaak om budgetten voor bijzondere bijstand te behouden en niet-gebruikte middelen niet terug te laten vloeien naar de algemene middelen. Er wordt echter geen gedetailleerd financieel plan gepresenteerd over hoe deze aanbevelingen gedekt zullen worden.