Het transcript dat je hieronder aantreft is gegenereerd met behulp van computertechnologie.
Hierdoor kunnen de namen van personen en partijen soms foutief zijn weergegeven.
Indien je een fout opmerkt kun je deze gemakkelijk verbeteren door op het bewerk-symbool (het potloodje) te klikken.
Ik sluit dit onderwerp bij het vragenuur af en ik ga naar het volgende onderwerp en dat volgende onderwerp gaat over de aanbesteding van het onderzoek over de bereikbaarheid in het dorpscentrum. U mag blijven staan, wethouder Bouw, want daar heeft de heer Rozenberg namens de fractie van Gemeentebelangen gevraagd om vragen over te stellen en de heer Van Dolen namens de fractie van D66. Nu op.
Voorzitter, dank u wel. Voorzitter, het College en de collegepartijen hebben hoog opgegeven over het taboeloze onderzoek naar de bereikbaarheid van het Damcentrum in Leidschendam en de gemeenteraad is hierover zeer summier geïnformeerd. Met tot nu toe twee procesbrieven bleef de inhoud eigenlijk nog achterwege. Bij de welkomst onlangs in de Peperbus bleek dat er wel degelijk inhoudelijke informatie aanwezig is. Gemeentebelangen heeft vervolgens om de opdrachtformulering, de offerte van het adviesbureau en de opdrachtbevestiging gevraagd. Het antwoord daarop heeft ons bijzonder verbaasd. Ik heb een aantal vragen aan de wethouder. Bij een taboeloos onderzoek mag worden verwacht dat alle varianten kunnen worden onderzocht. Is de wethouder het daarmee eens? Twee varianten worden evenwel expliciet uitgesloten in het taboeloze onderzoek: tweerichtingsverkeer op de oude trambaan en selectieve toegang. Dit is het signaal.
Twee varianten zijn echter expliciet uitgesloten van het taboeloze onderzoek: het tweerichtingsverkeer op de oude trambaan en selectieve toegang. Dit zijn dus kennelijk wel taboes. Waarom is het tweerichtingsverkeer op de oude trambaan volgens de wethouder een taboe? En kan de wethouder dan ook aangeven welk bedrag wordt gehanteerd om te komen tot het oordeel dat een variant bij voorbaat te duur is om in haar taboeloze onderzoek te betrekken? Klopt het dat de selectieve toegang in die opdrachtformulering wordt uitgesloten van het onderzoek, dus een taboe is omdat het volgens de opdrachtformulering politiek gevoelig ligt? Kan de wethouder aangeven wat het verschil is in de politieke gevoeligheid van de optie, selectieve toegang en een extra brug over de Vliet? Waarom moet de offerte van het onderzoeksbureau, omwille van calculaties en andere bedrijfsgevoelige informatie, geheim worden verklaard? Mogen de inwoners en bedrijven in het Damcentrum en de gemeente niet weten wat er daadwerkelijk wordt onderzocht? En u heeft met twee procesbrieven bewust gekozen om de Raad niet inhoudelijk te informeren over het taboeloze onderzoek. Kunt u aangeven waarom u deze informatie, de te onderzoeken varianten en uitgesloten varianten, heeft achtergehouden voor de gemeenteraad? Voorzitter, tot zover.
Dank u, wij hebben het eigenlijk over hetzelfde onderwerp. Ik stel deze vragen namens onze fractievertegenwoordiger, Wouter Jorissen, die het dossier Damcentrum in zijn portefeuille heeft. Alleen in verband met de regels van de Raad mocht hij hier niet staan. Ook wij hebben eigenlijk vragen over een deel van de vragen die de GBV heeft gesteld en die gaan eigenlijk over hetzelfde. Het taboeloze onderzoek en u geeft ook aan in uw zin dat deze, zeg maar, selectieve toegang niet mag worden uitgezocht omdat deze politiek gevoelig ligt en zeer complex is. Ik heb een vraag aan de wethouder: is niet alles wat we doen hier in de Raad en alles wat u doet als wethouder politiek gevoelig? En waarom dan nu deze bijzondere uitsluiting? U heeft ook in uw coalitieakkoord staan onder het kopje 'makkelijk van A naar B' de bereikbaarheid en doorstroming, vooral die in het Damcentrum en Leidschendam-Zuid, laten nu te wensen over. We brengen zonder taboes in kaart wat er nodig is om die te verbeteren, zoals slimme verkeerssystemen, verkeersmaatregelen en oeververbindingen. Wethouder, mag ik uit de combinatie van het feit dat u een onderzoek niet wil in verband met het politiek gevoelige, constateren dat u daarmee het taboeloze schendt? Mag ik daarmee constateren dat u in feite het eigen coalitieakkoord niet handhaaft? Dan een vraag over de informatievoorziening. U heeft op 22 januari aangegeven de Raad actiever te gaan informeren. U heeft toen gezegd: "Ik heb al aangegeven de Raad sneller te informeren en actiever te betrekken." Echter, de Raad moest nadrukkelijk vragen om deze stukken. In hoeverre verhoudt zich dat met uw eerdere verklaring van 22 januari om de Raad actiever te informeren? En vraag 3: is er nog essentiële informatie ergens op een bureau waarvan u nu moet zeggen: "Goh, dat moet ik eigenlijk wel even delen met de Raad?" Zo ja, wanneer kunnen wij deze ontvangen? Zo nee, kunt u dan garanderen dat er echt geen stukken meer liggen waar wij als Raad recht op hebben? Dank u.
Kijken waar ga ik beginnen? De aanbesteding van het Damcentrum, taboe, wat is nou een taboe? Nou, daar kunnen we natuurlijk een heleboel discussies over voeren. Het is niet zo, want dat is dan even een misverstand, dat de variant voor selectieve toegang en het tweerichtingsverkeer op de oude trambaan helemaal worden uitgesloten van onderzoek. In de aanbesteding staat dat wij een eerste fase hebben en dat we vervolgens een verdieping zullen beslissen. Dat wordt over een verdieping met subvarianten waar die zaken wel degelijk weer aan de orde gaan komen. In mijn beleving is een taboe iets waar je nooit over mag praten. Nou, dat is hier zeker niet het geval. Die punten staan er al in. Ze waren overigens ook al eens eerder bekeken en om daar alles over te gaan doen, dat is niet de bedoeling. De maatregelen voor de selectieve toegang zijn uit de eerste fase van het onderzoek gelaten op dit moment, omdat het een zeer ingrijpende maatregel is met mogelijk vergaande consequenties voor inwoners en voor bedrijven en ook omdat de kaders die nodig zijn om een dergelijke maatregel goed toe te passen heel complex zijn om te bepalen en aangezien wij hoge verwachtingen hebben van andere minder ingrijpende maatregelen, bijvoorbeeld de DRIPs en de intelligente verkeersinstallaties. Als uit de eerste fase komt, en dat kunt u ook in de aanbesteding lezen, dat deze optie toch nog weer besproken gaat worden, is het er absoluut geen taboe. Het staat in de offerte, dus dat kan gewoon alsnog gedaan worden. Bij de maatregel tweerichtingsverkeer oude trambaan zit ook niet in de eerste fase van het onderzoek, kan uiteraard gewoon in de tweede fase nog bekeken worden. Het gaat om een stuk infrastructuur dat heel recent is aangelegd om daar nu meteen wat anders mee te gaan doen. Ja, daarvan moet je je afvragen of dat nou een doelmatige besteding van het geld is. Er is al eerder geconstateerd in eerdere onderzoeken dat het een maatregel is met relatief weinig effect en dat het op voorhand ook niet verkeersveilig is aan te leggen. Nou, dat waren voor ons ook redenen om te zeggen, laten we die nou niet in die eerste fase doen. De offerte van het onderzoeksbureau komt gewoon naar de Raad toe, daarvoor is het juridisch nodig om een geheimhouding op te leggen. Als u daar precies de details van die motivering wil hebben, dan wil ik die, dat vind ik dan technisch, dat wil ik uiteraard nog aan u uitleggen. De geheimhouding moet door de Raad worden opgelegd en dan komt het er gewoon. D66, ja, is niet alles politiek gevoelig of wat is nou zonder taboe? Nou, het is gewoon bespreekbaar. Dus wat dat betreft is het absoluut mogelijk om daar nog een keer over te spreken en u zegt van ja, u houdt stukken achter, dit zijn ambtelijke stukken, offertes waarvoor ambtenaren zijn gemandateerd om die te doen. Ik weet niet op welk niveau u die informatie wil hebben, of u ook alle voorwerk van alle onderzoeken die we doen met u moeten delen, want dat was tot nu toe niet gebruikelijk en ik denk ook niet dat dat een bijdrage levert om uw werk goed te doen. Waar u mij zo dadelijk op moet beoordelen, is of het plan dat er komt, of u daar uw steun aan wil geven en of daar alle punten in zitten die u belangrijk vindt. En dat is uiteindelijk waar het wat mij betreft om gaat en alle voorwerk dat wij daarvoor verrichten, dat moeten we gewoon met elkaar doen. Dat wil ik ook zeker, dat doen we ook gewoon. Maar om nou over alle voorwerk ook nog alle stukken te delen, dat vind ik wat ver gaan.
Nee voorzitter, ik heb wel de vragen om aan de wethouder om mijn vraag te beantwoorden. Ik heb een paar vragen gesteld die ook niet zijn beantwoord en dat vind ik wat vervelend en die vragen gaan over het financiële niveau waarop de gemeente zegt, dit nemen we nu mee aan taboeloos onderzoek. Dus hoeveel moet het kosten voordat je wel of niet in de taboeloos onderzoek komt of niet? En het tweede was het verschil tussen de politieke gevoeligheid van de selectieve toegang en een extra brug over de Vliet. Want dat is namelijk een van de redenen die in die offerteaanvraag staat. En de wethouder verwijst in het antwoord naar de offerte. Die hebben wij niet gezien, dus als ze daar citeert over eerst een tweede fase, dan weet ik niet waar ze het over heeft. Tenzij ze de opdrachtformulering bedoelt, maar dat heeft ze niet gezegd. En dat was dan volgens mij hetgeen ja, dan over die geheimhouding. Dat verbaast mij zeer. Ik ben zeer benieuwd naar de motivering van het college. De heer
Voorzitter, dank. Een paar aanvullende vragen. U stelt dat er faseringen in het onderzoek zijn en u zegt dus in de eerste fase: laten we, zeg maar, die selectieve toegang weg vanwege de grote consequenties voor de omgeving en dergelijke. En dat vind ik apart, want juist daar gaat het dan om, omdat je dit soort zwaarwegende onderzoeken in zijn volle omvang moet doen. En nou lijkt het echt alsof we straks een zeer selectief onderzoeksrapport gaan krijgen. Wethouder, kunt u garanderen dat dat niet het geval is? En verder zegt u, alles is bespreekbaar, maar u voert nadrukkelijk aan in uw eigen teksten dat het politiek gevoelig is en dus als argument gebruikt om iets uit te sluiten. Dus ik heb nog steeds niet duidelijk wat u dan bedoelt met alles is bespreekbaar, maar politiek gevoelig is een argument om uit te sluiten. Ik heb u nog niet gehoord over het breken van het coalitieakkoord en dat was het eigenlijk. Zijn er...
Ja, hoe zit het nou precies dan met die eerste en tweede fase? Als zometeen de eerste fase leidt tot een voorstel aan deze Raad, en de Raad zegt op basis van die eerste fase: nou, we gaan voor variant A, dan is zometeen die tweede fase niet meer aan de orde. En dan is het vooral wat hij nu houdt, is fantastisch, maar dan zijn dus die twee andere varianten waarvan u zegt dat die nog naar voren kunnen komen, niet meer onderzocht. En in feite sluit dat aan bij de woorden van de heer Van Dalen. Dus bent u niet bezig om de Raad in een soort van tunnelvisie te krijgen, waardoor we zometeen voor uw onderzoek gaan in de eerste fase?
Is de Mol? Maar om de Raad in een tunnelvisie te sturen, daar ben ik helemaal niet mee bezig. Ik doe het onderzoek, daar ben ik volgens mij. Bent u daar zelf bij? U bent zelf bij de beoordeling van het bestuurlijke stuk dat er straks komt. En dan zou ik zeggen, kijk daarnaar en vindt u dan dat er teveel in de richting van een tunnel wordt gewezen? Dan bent u daar zelf bij en daar kunt u natuurlijk het een en ander van vinden. En de selectieve toegang is volgens mij in de vorige onderzoeken wel uitgangspunt geweest en daarom hebben we er nu ook weer op. Een van de redenen is omdat we dat dan nu eruit gehaald hebben. En of iets nou politiek gevoelig is of een taboe. Ik heb nog niet het gevoel, zeker omdat het grootste taboe, en dat is niet de selectieve toegang, maar dat is de brug die zit gewoon in het onderzoek als een van de varianten. Dus ik heb niet de indruk dat ik nou zonder of dat ik met taboes het geheel aan het bekijken ben. Wat ik graag wil is dat er straks een goed bereikbaar damcentrum komt waar mensen kunnen wonen, werken, recreëren en waar ze aan kunnen komen. En dat is uiteindelijk waar ik voor ga.
De grens voor wat wel en niet wordt meegenomen. Dat bedrag heb ik niet paraat. Dat ga ik voor u opzoeken. Daar krijgt u een antwoord op. Wat heb ik nu nog niet beantwoord? Volgens mij heb ik nog een vraag van u niet beantwoord. Ja, dat is...
Ik denk niet dat we dat hebben kunnen discussiëren over wat politiek gevoelig is en wat niet te politiek gevoelig is. Wat een taboe is of wat niet een taboe is. Waar wij voor staan hier met zijn allen, is dat het centrum goed bereikbaar wordt. En dan heeft volgens mij de hele tribune er niks aan als wij allerlei spelletjes gaan spelen en woordspelletjes gaan spelen over wat nou wel of niet politiek gevoelig is. Ze moeten gewoon geholpen worden.
Heer Rozenberg, ik heb u niet het woord gegeven en we hebben de afspraak hoe wij het vragenuur behandelen dat dit al richting het debat gaat en dit onderwerp komt ongetwijfeld nog in debat hier aan de orde. En dat betekent dus dat alleen de vraag wordt gesteld. Het antwoord wordt gegeven en daar verder geen interrupties op zijn. Daarmee sluit ik dit onderwerp voor het vragenuur hier af. Ik ga naar het derde onderwerp en het derde onderwerp, dat is dat wat mevrouw Duivestein namens Gemeentebelangen aan de orde wil stellen en dat gaat over het goed. Mevrouw Duivestein. Ik vraag wethouder Stemerdink naar voren te komen voor de beantwoording.
Voorzitter, dank. Recent werd bekend dat de vestiging van Het Goed haar deuren moet sluiten en de fractie van Gemeentebelangen wil benadrukken dat in het kader van de circulaire economie organisaties als Het Goed een bewezen groot goed zijn. Gisteravond hebben wij een uitgebreid memo mogen ontvangen, waarvoor dank, en in aanvulling daarop, omdat de focus verschuift van reïntegratie naar afvalscheiding, heeft mijn fractie nog de volgende aanvullende vragen. Op mijn eerste vraag, als Het Goed geen alternatieve huisvesting vindt, hoeveel reïntegratieplaatsen gaan dan verloren, heb ik vanmiddag antwoord gekregen. Twee zijn dat. Er blijft de vraag: hoe gaat de wethouder dat opvangen? En de volgende vraag: heeft de gemeente om die reden baat bij voortzetting van de activiteiten van Het Goed? En de slotvraag: waarom verhuurt de gemeente het leegstaande gedeelte van de oude bibliotheek in Leiden dan niet aan Het Goed en is het college bereid om dit zo spoedig mogelijk te onderzoeken? Dank u.
Dank. Het is inderdaad juist dat wij op dit moment twee mensen hebben die men ziet als afstand tot de arbeidsmarkt die bij ons goed werken. Dat kunnen wij goed opvangen omdat wij samenwerken met veel organisaties waarvoor deze mensen gewoon echt wel plek hebben of wij baat hebben bij de voortzetting om deze reden. Ja voorzitter, hoe meer organisaties er natuurlijk zijn die mensen deze kansen bieden, hoe beter. Maar ik zie gezien het aantal mensen geen enkele belemmering, dus zeker daar waar het gaat over de integratie heb ik het over. Vraag 4. Voorzitter, het leegstaande gedeelte van de oude bieb in Leidschendam. Het was mij niet ter ore gekomen dat het goed daar interesse in heeft. Als het goed daar interesse in heeft om daar naar te kijken naar die locatie, dan hoor ik dat graag en dan ben ik uiteraard bereid om te gaan onderzoeken wat de mogelijkheden daartoe zijn. Maar ik zou eerst graag willen weten of ze daartoe interesse hebben of het voor hun een locatie is, ja of nee.
Dank u wel voor de beantwoording, mevrouw Duivestein. Geen aanvullende vragen. Zijn er nog andere raadsleden die aanvullende vragen hebben? De heer Van Rossum, de heer Van Rossum namens GroenLinks. Dank u, voorzitter.
Het is goed om de wethouder te horen zeggen dat het een heel overzichtelijk aantal is nu. Als het zou stoppen, wat we kunnen opvangen, maar dat is in het verleden meer geweest. Dus ik ben benieuwd of de wethouder daar iets over kan zeggen of dat nu dan een tijdelijk laag aantal is en dat we misschien moeten voorbereiden op wat meer. En belangrijker nog, ik hoor in onze achterban in ieder geval een hoop geluid hierover, dus men spreekt erover en misschien is dat een stukje beeldvorming. Maar misschien is de wethouder bereid om eens te kijken of ze iets zou kunnen doen om dat rumoer wat te dempen, omdat het wel maakt dat mensen zich zorgen maken. Is dit de eerste van een reeks initiatieven die omvalt? En ik denk dat het goed is om even te bevestigen dat dat niet het geval is. Ik weet dat dat niet het geval is, maar het is altijd goed als de wethouder werk en inkomen dat dan ook even zegt.
Wethouder Stemerdink: Voorzitter, dank. Ik heb niet exact de cijfers paraat van de afgelopen 10 jaar, zal ik maar zeggen, dat ze daar de re-integratie doen. Ik weet dat over de laatste 3, 4, 5 jaar daar 4 tot 6 mensen hebben gezeten, jaarlijks ongeveer rondom dat aantal. Dus het is nooit heel erg hoog geweest. Jaren daarvoor durf ik echt niet te zeggen. De eurotour is ontstaan. Uiteraard ben ik daartoe bereid om uit te leggen waarom dit is gelopen zoals het is gelopen. Het heeft niks te maken met het goed, maar met de reden zoals staat in de memo. Ik ben nog even op zoek naar een goede manier daarvoor. Maar misschien heeft Rossem daar een suggestie voor, want uitleggen doe ik uiteraard graag waarom het standpunt is ingenomen.
Dan is aan de orde de bespreking van het Raadsvoorstel, het vaststellen van de detailhandels- en horecastructuurvisie 2009. Daarvoor hebben bijna alle fracties zich gemeld, dus ik zal het lijstje afgaan en ik begin bij de heer Van Rossum namens GroenLinks. Aan u het woord. Dank u, voorzitter.
We spreken over de detailhandelsvisie en ik dacht, nou nou, de VVD zit weer in het bestuur, dat moet toch een mooie detailhandelsvisie opleveren, want dat is toch de partij die zichzelf het stempel ondernemerspartij heeft aangemeten. En ik moet heel eerlijk zeggen, voorzitter, dat bepaalde stukken in het document dat ook wel ademen, maar heel eerlijk, ik vind het een wat conservatieve visie, sterker nog, qua ambitieniveau van mij had het wel wat hoger gemogen en dat is niet omdat de knelpunten niet herkend worden, maar wel omdat het wat GroenLinks betreft een nogal conservatieve visie is geworden. Voorzitter, want het lijkt wel alsof we met het stuk ontkennen dat de economie verandert en dat ook het consumentengedrag verandert en die knelpunten die benoemd worden. Die zie ik ook. Maar het antwoord daarop, dat is wel mager. Eerlijk is eerlijk, ik vond het stuk over het Huygenskwartier top, maar dat is dan ook wel lef uit het vorige college. Voor de rest is het een redelijk behoudzuchtig stuk, althans waar het concrete actie betreft en de huidige notitie levert volgens mij niet zo vreselijk veel op. Omdat de opkomst van webwinkels, de veranderende arbeidsmarkt, de economie die überhaupt meer op diensten gaat draaien, de stijgende welvaart of de megalomane bouw van de afgelopen decennia. We beantwoorden hem hier niet. Het lijkt bijna alsof het ontkend wordt dat er gewoon te veel winkels zijn gebouwd. Er zijn meer winkels dan we met klanten kunnen vullen en er zijn genoeg onderzoeken geweest. Ook de afgelopen maanden in kranten die dat bevestigen. En toch lees ik hier natuurlijk een aantal keer dat we inzetten op behoud en dat is heel mooi en we kunnen ook met zijn allen heel hard hopen dat dat lukt. Ik lees bijvoorbeeld de ambitie dat de supermarkt in Stompwijk blijft, maar als we daar geen actie tegenover zetten, dan is het ook een beetje gratis om te zeggen, nou, we hebben dit heel hard gehoopt met elkaar. Dus dat is dan afgerond. Sterker nog, ik ben benieuwd of de wethouder niet met mij eens is dat bijvoorbeeld op de supermarkt in Stompwijk we de belofte vanavond al inlossen. Daar staat namelijk, we hebben de ambitie dat die blijft punt. Er gebeurt verder niks, dus dit kunnen we vanavond nog aftikken met elkaar. Dat is dan mooi. Dan hebben we die alvast gedaan. Voorzitter, wat mij ook verbaast?
Ja voorzitter, daar komt het grote verschil. Ik wil die belofte niet inlossen. Ik wil hem namelijk niet doen. We kunnen met elkaar hier de pretentie hebben dat we dat kunnen keren, maar dat kunnen wij helemaal niet. En het stuk ademt een beetje wat af en toe ook wel op TV was toen de V&D verdween, dat heel veel mensen zeiden: "Nou, dat vind ik toch vreselijk jammer dat de V&D nu verdwijnt." Maar als je vervolgens de vraag stelde: "Wanneer heb je daar voor het laatst iets gekocht?" dan kon eigenlijk niemand zich dat herinneren. Wij kunnen met deze gemeenteraad niet keren dat er simpelweg te veel winkels zijn voor het aantal mensen dat hier woont. We wonen in een gebied waar de winkelcentra met regionaal draagvlak echt elkaar beconcurreren. Tot en met Zoetermeer, Rijswijk, Den Haag en Delft kun je goed winkelen. In Rotterdam gaan we nog een mall naast kwakken en dan zijn we vervolgens beteuterd dat de lokale winkelcentra te maken hebben met leegstand. Het is evident dat dat gebeurt, want we hebben gewoon te veel winkels gebouwd. En ik had liever gehad... Interruptie de heer Eleveld.
Daar kan ik alleen maar concluderen dat meneer zich zojuist tegenspreekt, want we gaan eerst vanavond alsnog de ambitie inwilligen en nu zegt meneer Van Rossem dat we dat niet kunnen, dus ik begrijp zijn betoog even niet. De heer Van
Wat ik heb gezegd is dat de belofte dat we met zijn allen de ambitie hebben dat die supermarkt blijft. Die kunnen we vanavond nog inlossen. Die ambitie heb ik ook, want ik gun de mensen in Stompwijk een supermarkt, maar dit is precies wat er mis is met het stuk. Het is een gratis opmerking. Natuurlijk willen we allemaal dat dat zo is. Alleen we kunnen dat niet beloven met elkaar en het stuk ademt nu wel dat we dat wel gaan doen en zeker waar het concrete maatregelen betreft. Als ik bijvoorbeeld kijk naar de zigzag bij het Julianaplein. Daar wordt ter discussie gesteld. Ook dit stuk zegt er zijn te veel winkels, alleen vervolgens de vervolgstap maken naar oké, dit is een probleem wat we met zijn allen hebben, wat wij niet kunnen oplossen. Die eerlijkheid had ik in het stuk verwacht, want wij gaan dat niet keren met elkaar. Ook omdat de vraag is, wie gaat het betalen? De zigzagweg bij het Julianaplein is misschien wel een briljant idee, alleen als niemand dat vervolgens gaat betalen, dan hebben we dat gratis opgeschreven. Ga misschien een aantal ondernemers wachten tot de gemeente iets gaat doen, maar de gemeente gaat helemaal niets doen, want dat kunnen we niet betalen. En ook voor het Damcentrum vind ik dat dit stuk daar eerlijker moet zijn. Die vergezichten waar de inspreker over sprak. Ik snap dat daar een huis op gekocht is en ik gun het ze ook van harte dat het komt, maar we kunnen dat niet keren, want er zijn gewoon te veel winkels in deze gemeente en in de omgeving van deze gemeente. Ik ben overigens wel benieuwd hoe de wethouder daar naar kijkt, heeft de wethouder, net als ik, het idee dat dit stuk wel de verwachting wekt dat dit college of deze gemeenteraad maatregelen gaat nemen die wel degelijk invloed hebben hierop en die zorgen dat die winkels blijven of dat de leegstand verdwijnt. Ik denk namelijk dat dat niet het geval is, maar ik hoor graag hoe de wethouder daarover denkt en misschien kan de wethouder overigens meteen ingaan op de suggestie van de insprekers op burgerparticipatie. En ik denk dat dat een goed idee is. Ik ben overigens ook benieuwd of de wethouder met mij eens is dat de zin over Stompwijk inderdaad vanavond al is ingelost als we met zijn allen die ambitie hebben. En heel eerlijk voorzitter, ik zie ook mooie dingen in het stuk. De indeling in doelgroepen volgens mij is dat heel helder en je ziet ook dat het bij het Haags kwartier wat heeft opgeleverd, maar ook dat is niet voldoende om de leegstand te keren. En heel eerlijk, er wordt een hoop gejubeld over de rijkere doelgroepen, maar we hebben ook een hoop kleine beurzen in deze gemeente. In dat opzicht snap ik best dat het Huygenskwartier gelukt is, want daar hebben we ook de vermogende kopers naartoe getrokken. Nog een vraag voorzitter overigens, ik heb een open eindje en misschien heb ik daar overheen gezien, maar er wordt gesproken over de Binckhorst of de oksel van Den Haag en ik ben benieuwd of het college iets kan zeggen over de samenwerking die we daar zijn aangegaan met Den Haag of we daar samenwerken in de ontwikkeling. En voorzitter, ik zei al, we kunnen de veranderende economie niet keren, maar we kunnen wel nog wat pijlers toevoegen, want ik miste ook een aantal zaken in dit stuk. Waar is bijvoorbeeld de duurzaamheid gebleven? Ik had toch verwacht om duurzaamheid iets prominenter terug te zien in dit stuk, want als je dan toch mee wilt bewegen op de ontwikkelingen die gaande zijn in ons land of in de arbeidsmarkt of in de economie, dan zou je die volgens mij moeten meepakken. En dat geldt eigenlijk ook voor toegankelijkheid en dat geldt eigenlijk ook voor ruimte en steun voor innovatie. Dat zijn wel echt de drie smaken die ik mis en als ik het heb over duurzaamheid overigens voorzitter, dan valt mij nog een ding op. Ook dit stuk heeft weer een vreselijk sterke focus op auto's. Dit college doet af en toe alsof je nergens komt tenzij je vier wielen hebt, want zelfs rond het Julianaplein wil het college parkeert bereikbaarheid verbeteren. Dat is een parkeerplaats. Mensen dus volgens mij moeten we een beetje kalmeren en het Huygenskwartier parkeren, parkeren, parkeren, maar de ov-bereikbaarheid is uitstekend, staat er in het stuk. Als je vanuit Den Haag in het Huygenskwartier wil komen, valt dat reuze tegen. Volgens mij is dat nou precies zo'n plek waar we voor meer tramhaltes kunnen pleiten en voorzitter voor het Damcentrum geldt dat volgens mij helemaal focus op ov en fiets zou daar enorm veel kunnen, want met wat bloembakken ophangen en parkeerplekken bouwen gaan we echt die winkels niet vullen en ik vind dat we eerlijk moeten zijn over leegstand over wat we wel en niet kunnen, bijvoorbeeld ook het gat bij de Damstraat. Hoe we dat gaan vullen. Er staat in het stuk niet hoe en ik snap dat, want wij kunnen dat heel slecht bedenken, dus ik ben benieuwd of de wethouder bereid is om terug te gaan met dit stuk en het daarna opnieuw aan de Raad voor te leggen. Maar dan wel naar een eerlijker stuk van te maken en het te herzien. Ik zou ook graag het college willen verzoeken om wel ruimte te maken voor de lokale initiatieven die nu oppoppen bij mij in de buurt zijn onlangs twee koffietenten verschenen die het goed doen. Volgens mij moeten we daar wat ruimte voor maken om die te helpen, in tegenstelling tot wat er in het stuk staat. Nou, daar heeft de vorige Raad al weggestemd, dus dat doen we niet meer, daar moet juist ruimte voor zijn, want dat is blijkbaar de nieuwe beweging die wel werkt. Laten we ons daar ook op richten.
Ben benieuwd, voorzitter, of het college het met mij eens is dat dit stuk terug moet naar de tekentafel om terug te komen met meer toegankelijkheid, duurzaamheid en ruimte voor innovatie. Dank u wel.
Ja, dank voorzitter. De Raad wordt gevraagd om de detailhandels- en horecastructuurvisie vast te stellen. Vooropgesteld wil ik ook melden dat deze visie mooi is, maar erg vernieuwend is die niet. Er staan geen schokkende dingen in die u of ik al niet weten. Wel makkelijk is de onderbouwing met de cijfers. We zullen daarom uitkijken naar het uitvoeringsplan, maar we hebben nog wat opmerkingen en vragen daarover. Als we kijken naar het schema voorheen, vandaag en toekomst, zien we dat wonen en horeca bepalende sectoren worden in onze gemeente. Veranderend consumentengedrag verandert aankoopgedrag en een veranderd aanbod cq aanbieders. Hier moeten wij als gemeente op inspelen. Buitenshuisbeleving en duurzaamheid zijn items die anders zijn dan vroeger, maar zelfs al anders zijn sinds de laatste visie van 2013. De Mall of the Netherlands zal een aparte visie zijn, maar wat zeker belangrijk is, is dat wij als gemeente voor een juiste infrastructuur zorgen zodat bereikbaarheid goed geregeld is. Wat ik mis in deze visie is het laten meeprofiteren van de bezoekersstromen van de Mall of the Netherlands, onder andere naar het Huygenskwartier en naar het sluisgebied. Het Huygenskwartier in verband met de historische sfeer, het sluisgebied voor de beleving langs de Vliet. Wie kent het niet? Hoe kunnen de kansen benut worden voor het huidige cultuur en de Julianabaan met betrekking tot ontwikkeling aan de grenzen van onze gemeente, bijvoorbeeld de ontwikkeling Binckhorst en woningbouw aan de Bezuidenhout? Graag zou ik hier een reactie van de wethouder over willen. Gemeentebelangen is blij met de constatering dat het Huygenskwartier een sterk profiel heeft, maar hier moeten we wel blijven doorpakken. Hoe worden de toekomstige Binckhorst-bewoners verleid om naar het Huygenskwartier te komen? Dit mis ik in de visie. Wat denkt u van een welkomstpakket, bewegwijzering, een fietstocht zoals die door de directeur van het Veur Theater is bedacht, vaart blijven maken met de ontwikkeling van Hoogvliet, aandacht voor festivals, culturele activiteiten, et cetera, et cetera. Ook de ontwikkeling Herenstraat 42, inclusief parkeergarage, is hier erg belangrijk. Kan de wethouder aangeven hoe het daar nu mee staat? Julianabaan. Het rapport geeft een goed inzicht van de situatie van de Julianabaan. Een minpunt is het ontbreken van een fietspad aan de Jumbo-zijde. Hierdoor ontstaan gevaarlijke situaties. Een betere controle van handhaving komt het gebied zeer ten goede. Het ontbreken van een goed georganiseerd ondernemersfonds is een gemis. De zigzag en de schaduwkant van het parkeerterrein zijn inderdaad problematisch, zoals het rapport meldt. Concentraties elders in het winkelgebied en herbestemming liggen dus voor de hand. De bereikbaarheid wordt als positief ervaren, maar de parkeergarage ziet er, zelfs na de goede inspanning van Albert Heijn, nog erg mistroostig uit. Alsook de ingang aan de Spinozalaan. Wij zien graag dat daar in combinatie met mogelijke herbestemming van de bieb goed naar wordt gekeken. De visie op de Julianabaan in het stuk zou moeten worden herzien met de mogelijkheden die de Binckhorst en de bouwplannen in het Bezuidenhout bieden. De Julianabaan heeft een unique selling point, namelijk, we hoorden het net al, ruimte voor parkeren en het is nog gratis ook. Leidschendam Centrum staat bekend om zijn gevarieerd aanbod in winkels, maar vooral door de horeca rond de sluis met een sterke toeristische waarde. Zoals het rapport aangeeft, is er een nieuwe stedelijke structuur ontstaan na realisatie van de nieuwbouw, maar die blijkt niet goed te werken. Door de nieuwbouw en de nog nieuw te realiseren woningen ontstaat er meer conditie voor de gevestigde ondernemers. Het lijkt Gemeentebelangen goed om deze nieuwkomers zoveel mogelijk de kans te geven om rond Damcentrum of in het Damcentrum te shoppen. Zorg dat de nieuwkomers met open armen worden ontvangen, maar hier ligt ook een taak voor de ondernemers. Ook wordt in het rapport aangegeven dat goed parkeren een must is voor het winkelgebied. Nou, hier schort het dus duidelijk aan. Dat hebben we al gemerkt vanavond, maar ook in de toekomstige situatie. Zolang dit probleem niet goed wordt opgelost, is een goede detailhandelsvisie dus eigenlijk niet mogelijk, want het is een onderdeel van de visie. Het gebied rond de sluis moet aantrekkelijker worden, nu nog te veel leegstand en gevaarlijke situaties door rondrijdend verkeer aan beide zijden. Er ligt nu een plan van herinrichting van dit gebied. Bewoners hebben hier een hele goede input aan gegeven, maar deze is helaas niet goed verwerkt in het voorstel. College, pakt dit alstublieft op. De vraag is dan ook, wat kan het college doen om invulling aan de leegstand te geven rond de sluis? En dan wat betreft de Damlaan, dit is en blijft een zorgenkindje. Kan deze laan tot promenade getransformeerd worden en zouden er parkeerplaatsen gecreëerd kunnen worden? Gemeentebelangen wil ook graag hierin meedenken om hier een invulling aan te geven. De infrastructuur kan daardoor beter geregeld en ingedeeld worden. De drukte en de hectiek zal een stuk minder zijn op de Damlaan en het wordt daardoor plezierig toeven in dit gebied. Met het oog op de nog te realiseren plannen van het oude postkantoor en de kavels rond de Rijnlandstraat kunnen hier volop kansen benut worden. Het zal ook een positieve uitwerking hebben op het Veur Theater, de culturele hotspot in dit gebied. Door een betere aansluiting van de nieuwe Damlaan als promenade met een diversiteit aan functies zoals wonen, werken, ambachten en dienstverlening, zoals vermeld in het rapport, zal er een betere homogeniteit ontstaan met de Damstraat. In combinatie met de auto bijna voor de deur parkeren zal dit een enorme boost geven voor het gebied. De vraag aan de wethouder: wil de wethouder het gesprek met ons aangaan om het voorstel nieuwe Damlaan verder te bekijken? Last but not least, Stompwijk. Mooi aansluiting op collega Van Rossem die wil uitbreiden. Ik verwacht hier dan ook alle medewerking van het college. Voorzitter, het rapport heeft het nog over transformatie van het Damplein zelf. Kan de wethouder aangeven hoe zij daar tegenover staat en of dit realiseerbaar is? Tot zover, voorzitter, dank.
Voorzitter, dank u wel. Dank ook aan de insprekers vanavond op dit onderwerp. Voorzitter, de consumentenmarkt is in beweging. Steeds vaker doen wij inkopen op het World Wide Web en niet bij de winkel om de hoek. Daarnaast transformeert in onze gemeente het winkelcentrum Leidsenhage zich tot Mall of the Netherlands. Het CDA is daarom van mening dat voor de andere winkelcentra in onze gemeente het college met een integrale toekomstbestendige visie komt. Naar onze mening voldoet de handels- en horecastructuurvisie hieraan. We hebben er evenwel nog wel twee punten bij. Allereerst op de huishoudstijlen. Voorzitter, het is interessant kennis te nemen van de huishoudstijlen en je eigen huishouden daarin te positioneren. Je weet dan in ieder geval waar de marketingdeskundige je plaatst en waar je straks je boodschappen gaat doen. Echter, het is mij niet duidelijk geworden op welke consumentendoelgroep de winkelcentra zich richten. Kan de wethouder hier duidelijkheid over geven? Tegelijkertijd hebben wij in onze gemeente een grote groep jongeren en ouderen en rijst de vraag, waar blijven zij? De huishoudstijlen richten zich vooral op de goed opgeleide en goed verdienende inwoner. Bij lezing van de visie bekruipt mij het gevoel dat jongeren eerder een push dan pull factor zijn. Waar zijn de goede uitgaansgelegenheden voor jongeren in onze gemeente en kan juist de Mall met een bioscoop en horecavoorzieningen een stimulans voor een goede uitgaansgelegenheid bieden? Kunnen bij de verdere uitwerking ook jongeren betrokken worden en hetzelfde geldt voor ouderen. Hoe zit het met de toegang en bereikbaarheid van winkelcentra, speciaal ook straks voor hen? Kan, en het werd al eerder vanavond verzocht, bij de uitwerking van de visie straks ook burgerparticipatie plaatsvinden? Voorzitter, het tweede punt is het gewenste voorzieningenniveau voor de Julianabaan en dat concentreert zich voornamelijk op dagelijks aanbod, voor het Huygenskwartier op voornamelijk niet-dagelijks aanbod en voor het Leidschendam Centrum op het dagelijks aanbod en de horeca rond de sluis. Voor de Julianabaan wordt in de visie een derde supermarkt gesuggereerd. De vraag is, waar is deze op gebaseerd? Voor het Huygenskwartier en Leidschendam Centrum geldt dat vrijwel alle winkels worden geëxploiteerd door zelfstandige ondernemers. Het CDA ziet in de winkelcentra graag ruimte voor zelfstandige ondernemers en wij begrijpen dat veranderende marktomstandigheden en consumentenbestedingen vragen om een andere inrichting van winkelcentra.
Dank u wel, wij denken dat dat een toegevoegde waarde kan leveren. We staan ook positief tegenover de wijze waarop in de detailhandels- en horecastructuurvisie invulling wordt gegeven. Tegelijkertijd vragen we de wethouder ruimte te geven voor experimenten om bedrijvigheid te stimuleren en zo nodig bestemmingsplannen flexibeler en globaler te maken. Graag vernemen we hoe daar invulling aan kan worden gegeven bij de verdere uitwerking van de visie. Voorzitter, eind vorig jaar verscheen een onderzoek waaruit bleek dat onze gemeente slecht scoort bij de openbare toiletruimte in het publieke gebied. De CDA-fractie vraagt of de mogelijkheden van openbare toiletvoorzieningen meegenomen kunnen worden bij de verdere uitwerking van de visie. En tot slot verneemt de fractie, meneer de Voorzitter, graag wanneer we kennis kunnen nemen van het verdere uitvoeringsplan. Dank u wel. Dank u.
Voorzitter, dank voor het woord. Dank wethouder en dank aan de verantwoordelijke ambtenaren voor het stuk. Ik denk dat het stuk een redelijk beeld geeft van waar we ongeveer staan met onze winkelgebieden en de ontwikkelingen waar we op in kunnen spelen. Een aantal werden al genoemd: consumentengedrag, onze koopstromen, de Mall of the Netherlands en ga zo maar door. Desalniettemin wel een aantal puntjes, voorzitter, om te beginnen met de vrijheid voor onze ondernemers. Een kopje thee of een hapje aanbieden in je winkel waar je bijvoorbeeld kleding of een boek verkoopt, is al beperkt toegestaan, maar een caféhouder mag bijvoorbeeld geen kleding of een boek verkopen. Landelijke wetgeving, drank- en horecawet, belemmert een en ander nog vooralsnog, net als het aanbieden van alcohol in de detailhandel. Landelijk zijn er wel wat proeven op het vlak van functiemenging en daarom de vraag aan de wethouder: waar ziet deze VVD-wethouder, ondanks de landelijke wetgeving, nog meer ruimte en minder regels voor ondernemers? Ik stel me bewust dat de landelijke wetgeving veel in de weg zit, maar het wordt nadrukkelijk genoemd in het raadsvoorstel, dus ik ben heel erg benieuwd waar het college nog meer vrijheid kan ontwikkelen. Verder, voorzitter, vind ik uit gesprekken met horecaondernemers dat zij maar 6 evenementen per jaar mogen ontwikkelen of organiseren. Klopt dit en wat is de gedachte hierachter? De mening van D66 is dat dit belemmerend werkt en zeker niet bijdraagt aan een bruisende gemeente. Dan de komst van de Mall of the Netherlands, voorzitter. Afgezien van de verkeersdrukte, is dat een mooie ontwikkeling in onze gemeente. Het geeft winkeliers in Leidschendam-Voorburg een impuls en het zet onze gemeente regionaal en landelijk mooi op de kaart. De Julianabaan komt mede door de nabije ligging en het gedateerde karakter nog verder onder druk. Renovatieplannen voor de Julianabaan liggen er al jaren. Daarom dus de vraag aan de wethouder: hoe en wanneer gaat de wethouder de Julianabaan verfraaien en nog groener maken en daarmee aantrekkelijker voor het publiek? Verder heel belangrijk, voorzitter, zijn de ontwikkelingen op de Binckhorst en station Laan van NOI in Den Haag. De verwachte 10.000 bewoners zijn potentiële nieuwe bezoekers voor het Huygenskwartier en de Julianabaan. De visie zegt dat 5 van de 25.000 bezoekers bij ons zullen komen winkelen. De heer Van Wijk begon er ook terecht over. Hoe kan de wethouder met haar beleid ervoor zorgen dat dit er niet 5.000 zijn, maar 10 of 15.000? Voorzitter, tot zover. Dank u.
In ons verkiezingsprogramma spraken we al over bloeiende gemeentes zonder bloeiende centra voor winkelend publiek. En dat zien we ook terug in de voorliggende visie. Focus op de vier kernwinkelcentra in onze gemeente met een uitgebreide analyse en mogelijke acties en maatregelen die richting geven voor het inspelen op de veranderende samenstelling van de winkelgebieden. Drie van de vier kernwinkelcentra zijn in de afgelopen periode onder de aandacht geweest en nog steeds onder de aandacht. Leidsenhage wordt omgetoverd tot winkelparadijs onder de noemer Mall of the Netherlands voor het totale gebied. Rondom het Damcentrum wordt een integraal plan opgesteld en aan het Huygenskwartier. En het Huygenskwartier is in de afgelopen jaren ook flink onder de aandacht geweest. Met het vaststellen van deze visie is het wat de Partij van de Arbeid betreft nu ook tijd voor de Julianabaan. De Julianabaan is een fijn winkelcentrum. Het aanbod en de diversiteit van de winkels is ruim. In de afgelopen jaren is geïnvesteerd in het opknappen van de openbare ruimte met het toevoegen van groen en fietsnietjes. Dit heeft de leefbaarheid en de verblijfskwaliteit in het winkelcentrum aantrekkelijker gemaakt. Desalniettemin is ook in de visie aangegeven dat er nog een flinke verbetering kan worden gedaan aan de Julianabaan om het winkelgenot, de aantrekkelijkheid en de verblijfskwaliteit te verbeteren. Wat de Partij van de Arbeid betreft is de branchering een groot punt van aandacht. Er zijn een aantal onaantrekkelijke hoekjes en delen waar weinig aanloop is, maar wel veel potentie. Hoe is de wethouder voornemens deze branchering in overleg met de vastgoedeigenaren, de ondernemers en andere belanghebbenden te optimaliseren? De buurtwinkelcentra worden niet actief ondersteund, maar aan transformatie-initiatieven wordt wel actief medewerking verleend. Wat houdt dit precies in? En, hoe wordt dit onder de aandacht gebracht van de buurtwinkelcentra? Welke consequenties heeft dit bijvoorbeeld voor de winkelplinten onder de woningen aan de Bruinings Ingenhoeslaan, de Koningin Julianalaan en de Van de Wateringelaan, maar ook rondom de Rembrandt rotonde? Graag een reactie hierop van het college. Net als de heer Van Rossum van GroenLinks mist ook onze fractie in deze visie de link naar duurzaamheid en toegankelijkheid voor mensen met een beperking. We horen graag van de wethouder op welke wijze dit nog in de visie wordt verwerkt. Als laatste wil ik benadrukken dat de genoemde acties en maatregelen bij het Damcentrum de gewenste urgentie uitstralen en meegenomen moeten worden bij het nieuwe masterplan Damcentrum, waaronder kritisch kijken naar de Damlaan. Onze fractie sluit zich dan ook aan bij de inspreker de heer De Roo. In het Damcentrum is een zeer actieve groep bewoners die zich hard maakt voor de leefbaarheid in Damcentrum. De winkeliers in het Damcentrum zijn van grote waarde voor deze bewoners. Graag vernemen wij van de wethouder op welke wijze ook deze inbreng aan de vraagkant wordt meegenomen in de verdere uitwerking van de plannen. Dank, voorzitter. Dank u.
Dank u wel, voorzitter. Voorzitter, we bespreken vanavond de detailhandelsvisie en horecavisie en hopelijk over 3 weken de parkeerbalans namens het centrum. Het was agendatechnisch fijn geweest als deze onderwerpen op dezelfde avond waren besproken. Misschien kan dit als aandachtspunt mee naar het presidium. Voor nu staan we in elk geval voor om de besluitvorming van deze detailhandels- en horecanota tegelijk te laten plaatsvinden met de nog te bespreken stukken over het parkeren in het centrum, zodat daar in elk geval geen overlappen of vreemde dingen meer in kunnen zitten. Dan, voorzitter. Voorzitter, interruptie.
Ja, volgens mij is het argument prima hoor van de heer Eleveld om het op een avond te doen. Ik snap best die wens, maar ik wil hem wel vast meegeven dat wat GroenLinks betreft dit stuk in ieder geval niet over drie weken wordt vastgesteld, want volgens mij is er nog wel wat werk aan de winkel.
Voorzitter, dan ga ik meneer Van Rossem uit zijn droom helpen dat wij totaal niet op één lijn zitten wat betreft de inbreng die ik net gehoord heb. En voor mij kwam dat ook ongeveer in een paragraaf die ik hier heb staan. In eerste instantie namelijk complimenten voor deze nota en deze visie, fijn om te horen. Ook dat het MKB, die vanavond heeft ingesproken, wel blij is met de visie zoals die er ligt. Waarschijnlijk heb ik een compleet ander stuk gelezen dan wat ik net meneer Van Rossem heb horen betogen hier, want als ik het goed lees, wordt voor elk winkelgebied een ademzone aangegeven waarin wordt gezegd: ga als winkelgebied daar inderdaad mee ademen met de economie. Als het slechter gaat, dan kan je daar krimpen. En als het beter gaat, dan kan je daar weer groeien.
Wat ik ook vanavond niet wil doen en dat hoor ik een aantal andere insprekers vanavond wel doen is op de stoel van de ondernemer te gaan zitten. De ondernemers die weten prima waar hun klanten zitten en die weten prima waar hun kansen liggen. Dus het enige wat wij hoeven te doen als gemeente is daar ruimte voor bieden binnen bestemmingsplannen en wet- en regelgeving, voorzitter.
Een papieren werkelijkheid waar we het dan over hebben. Als we nou de Julianabaan als voorbeeld nemen en we hebben het over die zigzag, die aanloop naar het Julianaplein, dan zou je kunnen zeggen: als er leegstand is in het Julianaplein, dan moet dat gaan doorschuiven.
Dat is praktisch a) niet haalbaar en b) als je dat wel voor elkaar zou krijgen, dan is de ademruimte dus een onaantrekkelijke aanloop van lege panden. Dit is niet op de stoel van de ondernemer gaan zitten, dus ondernemers voor de gek houden.
De heer Van Rossum: Ondernemers extreem onderschatten die ademruimte. Het gaat erom dat er ruimte is voor andere invulling van die panden. Dat we niet alleen maar zeggen, daar mogen alleen maar winkels komen en we weten dat die leeg gaan staan, maar we gaan lekker niks anders toestaan. Ademruimte betekent dat er ook dienstverlening, dat er kantoren en dat er andere invulling mag komen in die panden, waardoor het daar in elk geval niet leeg staat. Interruptie.
Dus als ik het goed begrijp, is volgens de heer Eleveld dit stuk eigenlijk niet meer dan een hele hoop warme woorden en ambities, en vervolgens wat de ondernemer krijgt, is een bestemmingsplan waar keurig lege panden in kunnen staan. De
Wat de ondernemer krijgt, is een visie op zijn gebied en waar de kansen liggen en waar de bedreigingen liggen. En als meneer Van Rossem ideeën heeft over hoe hij dat anders zou willen invullen, mag hij die altijd geven. Ik hoorde van alles over duurzaamheid. Ik heb nog geen concrete maatregelen gehoord. Misschien dat meneer Van Rossem er zometeen nog over in zou willen gaan. Wat mij betreft is het een prima stuk. De VVD is tevreden, zoals ik net al zei, met de grote lijnen zoals zijn neergelegd in deze visie. Maar we zijn wel erg benieuwd naar de uitwerking van concrete maatregelen, want dit is zoals ook in het stuk staat ten eerste visie. En daar volgt nog een uitwerking van de maatregelen. De VVD wil wel graag nog een aantal punten meegeven. Wat we zien in onze gemeente is dat een aantal jaren 30 wijken zeer populair is bij de huizenzoeker. Dit komt onder andere doordat dit woonwijken zijn waar nog eens wat gebeurt. Waar nog een buurtbakker zit of inderdaad zo'n leuke koffietent waar meneer Van Rossem het net over had. Wij willen bewoners en kopers van nieuwbouwwijken die gezelligheid natuurlijk niet ontzeggen, dus wethouder ga alstublieft niet te moeilijk om met plannen voor horeca en winkelgelegenheden buiten de kerngebieden, maar kijk ook naar de levendigheid van de woonwijken. De VVD mist net als meneer Van Wijk de koppeling van de klantenstroom van de Mall naar het Leidschendam centrum en het Huygenskwartier. Er komen jaarlijks miljoenen klanten langs; als we daarvan een beperkt percentage kunnen verleiden om ook naar het centrum van Leidschendam of naar Voorburg te komen, dan is dat een enorme winst. Volgens het Huygenskwartier hebben we de vraag hoe het inderdaad staat met de verbouwing van de Hoogvliet en de verhuizing daarvan, want dat zien we toch wel als een van de grootste kansen op dit moment. Julianabaan, we hebben een jaar of twee geleden volgens mij een revitalisatieplan voorbij zien komen voor Julianabaan. Tot op heden hebben we daar vrij weinig van gezien. Kan de wethouder iets over dat revitalisatieplan zeggen wat er ooit gelegen heeft en misschien ook over de opstelling van de eigenaar van de panden van het Julianaplein? En dan voorzitter, het Damplein. Volgens de VVD is het goed om over visies na te denken en met open vizier en zonder taboes misschien zelfs wel naar allerlei opties te kijken. Maar de plannen, zoals ze er nu beschreven liggen voor het Damplein, daar hebben we nog wel een voetnootje bij. Als we gaan kijken naar dat er nu zelfs wordt voorgesteld om woningen te creëren op de onderste laag op het Damplein met tuintjes op de plek waar nu Damplein ligt, dan denkt de VVD dat we daar wat ver doorslaan. Misschien natuurlijk wel heil in andere invulling op korte termijn, omdat we niet weten hoe de economie zich ontwikkelt. En als we bijvoorbeeld die kantoren toestaan of andere tijdelijke invulling, dan kunnen we daar met een jaar of 5 of 10 prima weer winkels van maken. Als we die 100 en woningen hebben gebouwd eromheen, als de economie inderdaad weer een andere kant op gaat. Gaan we daar woningen van maken en dan leggen we dat voor 50 tot 100 jaar vast. En dat is wat de VVD betreft, niet de kant die we met het Damplein op willen. Misschien dat het in de uitwerkingen gaat komen van de maatregelen, maar we zouden daar ook nog graag wat creatiever na willen denken over de kansen die het Damplein daadwerkelijk wel heeft. Wat er zo mooi in de visie beschreven staat, is dat het belangrijk is voor winkels. Hoe de zichtrelatie is vanaf supermarkten en de loopafstand vanaf de supermarkt. De loopafstand vanaf de Hoogvliet is prima naar het plein toe, alleen die zichtrelatie, die is niet zo best. Het is allemaal vrij nauw gebouwd. Kunnen we daar niet eens met creatieve ideeën aan de slag om die zichtrelatie te verbeteren? Bijvoorbeeld slopen van het hele... Ja, ik denk dat meneer De Roo daar iets minder blij van wordt, hier Eleveld, maar slopen niet van de appartementen, maar bijvoorbeeld van de doorgang van de lift richting het plein. We hebben een lift naar de garage die alleen bereikbaar is vanaf de Damstraat. Vanaf het plein kan je niet rechtstreeks naar die lift toe. Nu is helaas het horecapandje aan de pleinkant van de lift opnieuw gesloten. Misschien ligt daar nu een kans om daar één keer één doorbraak te maken en een zichtrelatie te creëren vanaf de Hoogvliet langs de lift naar het Damplein. Ja, allemaal ideeën. Ik begrijp dat.
Allemaal creatieve zaken die volgens de VVD prima meekunnen in de uitwerking naar de concrete maatregelen. Nog twee punten, voorzitter. Wat de VVD betreft, moeten we ook kijken naar de concentratie van faciliteiten. De weekmarkten worden bijvoorbeeld niet genoemd in de detailhandelsvisie. Ooit was er het idee om de weekmarkt van Leidschendam te verplaatsen naar het Damcentrum, naar dat gebied waar zo'n weekmarkt historisch gezien veel beter past dan bij die toekomstige moderne mall. Zit dat nog steeds in het vat? Hetzelfde geldt bijvoorbeeld voor faciliteiten als een bibliotheek. Dat is juist een faciliteit die ook mooi bij het Damcentrum past. Neem dat mee in de uitwerking van de toekomstige plannen. En vergeet bij het Damplein niet om ook naar het masterplan Damcentrum te kijken van wethouder Bouw, want we kunnen het een toch echt niet zonder het ander zien. Als allerlaatste nog een opmerking bij het toiletonderzoek dat het CDA zojuist weer aanhaalde. Kijk eens goed naar de opdrachtgever van het toiletonderzoek, dan zult u zien dat dat een commerciële partij is die baat heeft bij openbare toiletten in hun betaalde app. Ik wil het alleen maar even meegeven. Dank u.
U wel, dan sluit ik hier de eerste termijn vanuit de Raad af en ik ga voor een reactie op deze eerste termijn naar de wethouder. Wethouder Van Eekelen, ik wil u graag het woord geven om een reactie te geven op deze eerste termijn. Ja, dank.
Dank u wel, voorzitter. Dank u wel aan de insprekers en dank u wel, leden van de Raad. Voor ons ligt de visie, de detailhandelsvisie en de visie op de horeca, en uiteraard volgt daar nog een uitvoeringsprogramma op. Maar dit zijn uiteindelijk de lijnen naar aanleiding waarvan wij het uitvoeringsprogramma willen vormgeven. En waar wij voor gekozen hebben, is om uiteraard te kijken naar de Mall of the Netherlands. Nou, die hebben we in de visie uitgebreid genoemd en we hebben drie winkelgebieden daar omheen: het centrum, Julianabaan en het Huygenskwartier, waarvan wij zeggen dat worden de winkelgebieden waar we de aandacht op vestigen. Die zijn ook uitgebreid in dit rapport behandeld en komen ook aan bod. En daarnaast hebben we ondersteunende winkelcentra. We hebben daar naar gekeken, we hebben dat in beeld gebracht en we hebben gekeken, wat gaan we nu doen in de veranderende markt? De markt verandert, de omstandigheden veranderen, de bevolking verandert, er zijn allerlei omstandigheden waar we rekening mee moeten houden. Het is geen in beton gegoten stuk, het wordt uiteraard natuurlijk ook nog uitgewerkt, maar waar wij naar gekeken hebben is van nou, hoe kun je omgaan met die winkels en met die winkelcentra en uiteraard ook met de eigenaren, hè, want dat wil ik wel even benadrukken. Het is natuurlijk wel een stuk wat ook in overleg met MKB tot stand is gekomen, maar het is ook een stuk waar ondernemers zelf vorm aan moeten geven. Dus wij bepalen niet de markt, wij kijken en wij signaleren en we spelen daarop in en we kijken wat als dit gebeurt, wat gaan we er dan verder mee doen? Maar wij gaan het niet bepalen. Het is natuurlijk ook aan de eigenaren om daar verder zelf vorm aan te geven. We hebben geprobeerd om de diverse winkelcentra ook te typeren en daar vervolgens acties aan te hangen. Dat is eigenlijk de opzet van het stuk en dan wilde ik graag even ingaan op alle vragen die gesteld zijn. Ik heb geprobeerd om heel hard mee te schrijven. Ik moet zeggen dat het geluid daar niet altijd even goed is, maar dan begin ik met de heer De Roode, inspreker. Meneer zegt dat hij woordvoerder is namens de VVS op het Damplein. En nou, hij is daar komen wonen vanwege het bruisende winkelgebied. Dat is heel fijn om te horen en u zegt ook dat u als belanghebbende verder meegenomen wilt worden in het uitwerken van deze visie. Dat kan ik u toezeggen. Dat gaan we uiteraard doen. We hebben ook in de aankondiging naar deze visie, dit is aangekondigd, dit is ook gepresenteerd en dat waren openbaar toegankelijke bijeenkomsten, maar we zullen in de uitwerking uiteraard ook de belanghebbenden daarbij betrekken, net zo goed als we de ondernemers daarbij gaan betrekken, want die zijn wat ons betreft net zo belangrijk. Dat als antwoord op de heer De Roode. Dan de heer Van Rossem. Nou, hij vindt het een conservatieve visie. Nou, ik vind het een realistische visie. Er is gewoon gekeken van, nou ja, hoe is de markt nu? Wat komt er op ons af, wat zijn de ontwikkelingen? Hoe ontwikkelt de markt zich en hoe gaan wij daar nu gewoon mee om? We gaan om met de winkelgebieden waarvan we zeggen, nou ja, dat heb ik net gezegd. We hebben drie winkelgebieden die zijn voor ons belangrijk, daar concentreren we ons op en we gaan met die winkelgebieden als een soort harmonica om en daardoor word je wel flexibel. We gaan mensen niet dwingen, is in principe ook eigenlijk niet, hè? U zegt, wie gaat dat betalen? Er is niet echt geld voor nodig, het is gewoon een beleidszaak. Nee, kijk, we gaan geen mensen verplaatsen, maar we gaan gewoon wel bepalen dat als wij bijvoorbeeld in, nou noem maar even de zigzag op de Julianabaan. Het is wel zo beeldend als we zeggen op een gegeven moment, nou, er is langdurige leegstand op de Julianabaan op de zigzag dat we dan kijken of we het zodanig kunnen zeggen dat aanvragen die komen voor andersoortige kantoren of andersoortig wonen, misschien wel dat we die dan toe gaan staan. Maar we gaan geen winkels uit de zigzag halen om die te verplaatsen. Dat gaan we niet doen, maar we gaan gewoon flexibeler om met de inrichting van het gebied. En dan proberen we de massa van de winkels te houden in de kern, waardoor de kern aantrekkelijk blijft voor de bezoekers en die de randgebieden, zeg maar, dat je daar gaat toestaan dat zich daar andersoortige bedrijven mogen vestigen. Dat is eigenlijk het idee wat wij hier hebben opgeschreven. Even kijken. Ja, u heeft het over krimp, nou, dat valt op zich nog wel mee, net zoals de leegstand. De leegstand die er momenteel eigenlijk is, wordt veroorzaakt door Leidse hagen. Er is wel wat leegstand, ook in de andere gebieden, maar op zich zitten wij niet boven het landelijk gemiddelde, dus dat valt allemaal wel mee en we zijn eigenlijk continu met de eigenaren in gesprek om te kijken van, nou ja, hoe kunnen we het verbeteren en hoe kunnen we het klimaat en de omstandigheden zoals ook, dan haal ik even gelijk, u had het over de mobiliteit. Nou, de mobiliteit is natuurlijk ook zoiets, dat is heel belangrijk. We hebben het vanavond gehad over, althans, daar gaan we het nog over hebben, maar over het parkeren. Ja, nou ja, no parking no business, dat spreekt mij wel heel erg aan. Dat is natuurlijk heel belangrijk en het is niet dat het alleen maar om auto's draait, maar auto's zijn wel belangrijk en moeten een plek hebben in een winkelgebied en dat speelt zowel in het Huygenskwartier, dat speelt natuurlijk in het Damcentrum en dat speelt ook op de Julianabaan, dus bereikbaarheid en parkeren zijn wat dat betreft heel belangrijk.
Ja, wat nou vooral jammer is, is niet alleen op dit onderwerp, maar ook op het vorige onderwerp is dat de wethouder hier duidelijker taal spreekt dan er in die visie staat. Dat is mijn hele punt dat we eerlijk moeten zijn over wat er wel en niet kan. Ik vind dat de visie de suggestie wekt dat de
Ja, nou dat vind ik jammer dat u dat zegt, want zo zie ik het niet. Ik vind het een heel helder stuk. Wij gaan niet een stappenplan bedenken wat we allemaal nu gaan doen. Nee, we schetsen het beeld, het kader van de gemeente en de winkels en de detailhandel en daarbinnen. En daar past deze visie van. Nou ja, hoe past die nou op een veranderende markt en hoe kan je hier flexibel mee omgaan met het aanbod en dan wel niet het aanbod? En wat gebeurt er als de mode straks komt? En hoe onderscheidend zijn onze winkelcentra en hoe kunnen we dit faciliteren? En ik zie dat, ik lees dat wel terug in de visie, daar verschillen we dan denk ik over van mening. En als het gaat over duurzaamheid, ja, dat is natuurlijk ook wel aan de ondernemers. Maar we zijn daar ook met ondernemers over in gesprek. Maar dat is ja, het is wel weer een andere visie. De duurzaamheidsvisie en die is in de maak, dus die komt ook binnenkort en daar gaan wij in op ja, hoe helpen we ondernemers nou en wat doen ondernemers ook zelf? Want dat is natuurlijk ook aan de ondernemers op het gebied van duurzaamheid. En als het gaat over innovatieve concepten. Ja, ik sta daar voor open. Kom maar hartstikke leuk hè? We denken mee, we staan overal voor open, maar we gaan het allemaal niet voor de mensen bedenken. Dan ga ik even. Oh ja, en als het gaat over lokale initiatieven, dan had u het ook over. Ook daar staan wij voor open, want dat blijkt ook duidelijk uit de visie en dat is de laatste keer dat ik het woord visie zeg. De drie winkelgebieden. Dat zijn de kernwinkelgebieden. Daarnaast is het ondersteunend, maar we blijven openstaan voor maatwerk in de gemeente. Dus als er een leuk initiatief is voor een koffiewinkel of iets anders, uiteraard kijken we daarnaar en we gaan niet zeggen van nee, dat doen we niet. Dan ga ik even naar meneer Van Wijk, die had het over de bereikbaarheid. Nou, dat heb ik denk ik besproken. Dat is heel belangrijk. Zowel het parkeren als ook het openbaar vervoer als ook plekken voor de fiets. Ik denk dat dat allemaal heel belangrijk is in de winkelgebieden als het gaat over. Hoe gaan we nu het markeren zeg maar, u had het over de Binckhorst, hè? Hoe halen we de mensen nu naar de gebieden toe en dan met name van de Binckhorst natuurlijk naar het Huygenskwartier. We zijn momenteel bezig met een promotieplan waarin we duidelijk en een website en met banieren en met bewegwijzering en dergelijke gewoon die opkomende doelgroep, met name die op de Binckhorst, hè? Waar ze 25.000 woningen geloof ik willen bouwen om die naar het Huygenskwartier te krijgen.
Want deze visie is geschreven vanuit de winkelgebieden en dit gaat niet om de invulling van de activiteiten. Dit gaat om gewoon het planologische en het juridische en de invulling van de activiteiten. Dat staat nu met name in een promotieplan. Artikel 42. Nou, ik kan u daarover vertellen dat de gesprekken die wij daarover voeren heel constructief zijn en zodra ik u iets kan melden, dan zal ik dat zeker doen. En met de eigenaren van die Julianabaan. Daar zijn we mee in gesprek. Dat gaat niet altijd even soepel, maar de gesprekken zijn nog steeds constructief en zodra ik of de projectleider daar iets over kunnen melden, dan komen we naar uw Raad. Dat met plannen voor de Julianabaan. Ruimte.
De wethouder spreekt over een visie en ik ben het daar van harte mee eens dat je vanuit een visie na moet denken. Maar tegelijkertijd zitten we wel hele specifieke dingen aan te stippen en ik ben getriggerd door de opmerking van collega Van Rossem over de winkel in Stompwijk, want ik hoorde net de wethouder zeggen: er is geen geld, we gaan niet voor ondernemertje spelen. Maar er is wel ambitie, maar is dan die winkel in Stompwijk, is dat dan een soort zoethoudertje dat hij straks afvalt?
De supermarkt in Stompwijk, die heeft daar gewoon bestaansrecht. Die heeft een verzorgingsgebied en dat verzorgingsgebied heeft een behoefte en de supermarkt in Stompwijk voldoet daaraan, dus die moet daar vooral prima blijven zitten en dat vind ik. En ja, dat is gewoon een goede supermarkt en dat loopt goed, dus daar gaan we voor de rest ook helemaal niks aan doen.
Omdat we zeggen, we leggen de nadruk op drie winkelgebieden en op de ondersteunende winkelgebieden, waarvan we specifiek de Frederiklaan, de Prins Frederiklaan en Stompwijk noemen. En dat we dus zeggen dat, los van dat we ons concentreren op de drie centrale winkelgebieden, we ook zien dat met name in de Frederiklaan en Stompwijk een zeer aanvullende behoefte wordt voorzien. Ja, de heer Van Wijk heeft nog gevraagd hoe om te gaan met nieuwkomers? Ja, ik vind dat ook wel iets voor de ondernemers, maar als het gaat over nieuwkomers in de gemeente. Nou, uiteraard staat in het promotieplan ook hoe wij daar zelf mee omgaan. Extra parkeerplaatsen heeft u het over gehad? Nou, dat komt in de visie van mevrouw Bouw, die gaat over de extra parkeerplaatsen. En u wilt een gesprek aangaan over transformatie Damcentrum, zei u nou, Damlaan? Ja, nou, dat lijkt me hartstikke goed. Ik heb gehoord dat u een rondje gaat maken. Ik loop graag mee, dan nemen we dit ook gelijk mee.
Ik had nu staan of jongeren en ouderen ook betrokken kunnen worden bij de uitwerking uiteraard. Dat zullen we ook zeker gaan doen. Dan heeft D66 het gehad over blurring. Nou, landelijk gezien is dat nogal een hot item. Wij staan zeker positief tegenover die vermenging van functies. Ik ben daar zelf een groot voorstander van. Ik vind dat ook. Ik denk dat daar ook de beleving en dergelijke dat daar echt om gevraagd wordt ook. Het ligt wat ingewikkelder qua wetgeving als het gaat over het schenken van horeca in de vermenging. Daar zijn eisen aan gesteld in de landelijke wetgeving. Daar kan ik helaas moeilijker overheen stappen. Maar als het gaat over vermenging van, u zegt, als ze in een bar een broek willen verkopen. Nou ja, prima, maar die vermenging daar sta ik juist positief tegenover.
Ruimte ziet u in ons huidig beleid nog? Want in de stukken staat dat er nu 30% aan ondersteunende horeca en detailhandel plaats mag vinden. Welke ruimte ligt daar nog? Want op basis waarvan is eigenlijk die 30% vastgesteld? Wethouder
Nou die 30%, dat is het vloeroppervlak, dus er wordt gekeken naar als je een winkel hebt en dan 30% daarvan mag je inrichten als ondersteunend aan een andere branche, zeg maar. Maar het mag niet gaan overheersen, want dan krijg je een soort valse vermenging, dus het moet wel ondersteunend blijven. Maar ik zie daar voldoende ruimte voor. Dat is geen beperking op.
Dat snap ik dat er een beperking aan zit, maar 40-60 is natuurlijk ook ondersteunend. Mijn vraag was, waarom is het nu vastgesteld op 30? Welke ruimte zit er nog in?
Wij hebben gekozen voor die 30%, omdat we zeggen, nou ja, dan is het duidelijk dat bijvoorbeeld een bakker die ook koffie gaat schenken, dan is 70% echt bakkerij en 30% is ondersteunend. Met die balans hebben wij gekozen omdat je anders veel meer in de concurrentievervalsing terechtkomt, dat iedereen helemaal alles gaat doen. Natuurlijk kan je daar wel een bepaalde grens aan stellen, maar dat wil niet zeggen dat die 30% vaststaat, die kan wel breed toegepast worden.
Dat daar een balans in moet zitten. D66 is ook gewoon voor meer vrijheid voor de ondernemer. Bart Eleveld zei net al: de ondernemer weet zelf wel hoe die zijn product of dienst moet verkopen. Hoe kunnen we kijken om die 30% te verruimen? En ik ben het met u eens. Je moet goed kijken of daar een goede balans in zit of niet, maar ik denk dat we dat aan de markt over kunnen laten. Hoe ziet u dat in een proef of iets dergelijks? Welk idee heeft u daarbij? Want u noemt het ook in het raadsvoorstel, wethouder.
Maar het ene staat helaas niet los van het ander. Vandaar dat hij... Dank voorzitter, wanneer zou u daarop terug kunnen komen? Want het is een interessant onderwerp natuurlijk. Zeker als...
Een paar dagen. Ik vind het heel moeilijk om nu even concreet te zijn, maar echt, ik doe mijn best zo snel als ik kan. Kom ik er bij u op terug. Dat hoeft echt niet lang te duren. Ik denk niet lang te doen, maar ik kan even overleggen misschien en dan kan het misschien. Na afloop kan ik u allemaal antwoord geven, is dat goed? Ja, over de evenementen had u het. Waarom maar 6? Dat is een misverstand, want in principe mogen er zoveel mogelijk evenementen gehouden worden als het maar kan, als mensen dat graag willen zelfs. Maar dat heeft volgens mij te maken met 6 collectieve aanvragen of zo die de gemeente doet voor de ondernemers, dus daar zit denk ik een verbaring. Maar evenementen mogen dus zoveel als mogelijk, dus daar zitten geen beperkingen op. Dan heb ik nog de PvdA heeft het over de branchering? Ja, wij overleggen met eigenaren en we adviseren daar ook in. Maar we kunnen niet verplichten. We kunnen het niet opleggen, dus als ergens ja 10 kappers komen bij wijze van spreken, dan is dat een beetje marktwerking en kijken hoe dat werkt. Die zijn er al. Nou, als het nog meer kan, verkeerd voorbeeld.
Als er meerdere winkels komen in dezelfde branche, laat ik het dan zo zeggen, dan is het aan de markt om te kijken of dat slaagt of niet en wij kunnen daar als gemeente maar beperkt. We kunnen daar niet in opleggen of in sturen. Even kijken, dan de heer Eleveld had het over maatwerk, het promotieplan, de bezoekers van de Mall dat die wordt in ons promotieplan ook genoemd. Dat is een aparte doelgroep, dus daar zetten we zeker op in om die ook naar het Huygenskwartier, naar het Damcentrum te halen, naar de horeca rond de sluis. Dus het is echt wel een doelgroep voor ons om ook die naar een andere plek te krijgen binnen onze gemeente, zodat alle winkelcentra profiteren van de bezoekers. Hier strategisch 40 heb ik het over gehad. Julianaplein heb ik het ook over gehad. Dan centrum over het omzetten naar woningen over de tuintjes. Nou, dat is uiteraard niet de bedoeling om dat op korte termijn te doen. Misschien is dat helemaal wel nooit de bedoeling. Het enige wat ik heb gezegd in de visie is dat mocht, kijk, nu hebben we gelukkig de modewinkels en daar komt nog een tapasbar, geloof ik, en dan zit het redelijk vol. Het zou fantastisch zijn als dat allemaal zo blijft, dan speelt dit helemaal niet. Maar op het moment dat je te maken krijgt met langdurige leegstand, dan zou je kunnen gaan kijken. Is het misschien ook een mogelijkheid om wonen toe te staan? Dat is wat er in de visie bedoeld is om te zeggen en niet dat we op korte termijn dat gaan realiseren, want dat is absoluut zeker niet de bedoeling. De markt verplaatsen, nou, dat is een leuk idee, maar dat willen de marktmensen niet. Daar hebben we ook mensen over gesproken. De bibliotheek, ja, die speelt wel een rol, maar die zit natuurlijk op Julianaplein. Die wordt meegenomen in de ontwikkeling op Julianaplein en om hem naar het Damcentrum te halen vind ik een heel leuk idee, maar die gesprekken die lopen nog. Ja, ik denk eigenlijk wel dat ik zo heel veel vragen beantwoord heb, hoop ik. Dank.
Over de 5000 te verwachten bezoekers van Den Haag naar Venlo in de Binckhorst. Hoe u dat gaat opkrikken? Ik weet niet of u dat zei, maar dat u daar rekening mee gaat houden in het promotieplan. Volgens mij...
Naar de tweede termijn en ik wil u vragen om in de tweede termijn ook even, want er is een vraag gesteld om even aan te geven of dit stuk voor u rijp is voor besluitvorming. Dus, want er zijn een paar die hebben aangegeven om daar geen besluitvorming over te doen of zelfs besluitvorming niet in de volgende vergadering, maar bij de besluitvorming over parkeren. Dus ik verzoek u om in de tweede termijn in ieder geval daar even iets over aan te geven zodat ik na de tweede termijn het ook kan afronden.
Schors ik de vergadering voor 5 minuten. Dames en heren, ik wil u vragen uw plaats te nemen. Dus als de raadsleden ook hun plek weer kunnen innemen. En als alle gesprekken verder gestaakt kunnen worden. Die is tenminste hoorbaar. Ik heropen de vergadering. Ik geef de heer Van Wijk het woord.
Ja, dank u voorzitter. Ik heb een vraag die niet goed beantwoord is en dat is: wat kan het college doen aan de leegstand rond de sluis? Maar daarnaast hebben wij nog te veel vragen en opmerkingen, dus wij vinden het plan nog niet rijp voor de besluitvorming de volgende keer. Dan.
Ja, in ieder geval nog de vraag over de rond de Sluis en dat betekent dus dat u de volgende keer daar nog een verdere bespreking over nodig hebt. Dan kijk ik of GroenLinks nog een reactie voor de tweede termijn heeft. De heer Van Rossem, ja voorzitter. Ik sluit me...
Erbij aan dat hij nog niet rijp is voor besluit en ik zou het college willen vragen om eens te heroverwegen of dit niet een mooi onderwerp is om de oppositie wat ruimte te geven en daarop samen te werken, zou ik elegant vinden. CDA nog
Even over de behandeling: wij achten het plan op zich rijp voor besluitvorming, maar kunnen ons voorstellen dat dat samengaat met plannen rondom het danscentrum, zoals de heer Relyveld voorstelde. D66
Dank, wat ons betreft zou het stuk door kunnen. We hebben de wethouder alleen nog niks horen zeggen over de toegankelijkheid voor mensen met een beperking. Dat zouden we wel graag in het stuk verwerkt willen hebben. Wat ons betreft hoeft het dan niet meteen opnieuw de oordeelsvorming in, maar we willen de heer Van Rossum graag ruimte geven als hij die nodig heeft.
Graag voorzitter, meneer de voorzitter, bedankt voor de beantwoording van alle vragen van de wethouder en we horen nu verschillende collega-partijen roepen dat er nog vraagtekens zijn. Er leven vragen. Volgens mij is daar de tweede termijn voor, dus ik begrijp niet zo goed waarom de vragen dan niet komen nu die er nog leven, maar dat zal wel aan mij liggen. We kunnen als gemeente niet op de stoel van de ondernemer gaan zitten wat de VVD betreft. We kunnen prima iets doen in de openbare ruimte om het aantrekkelijk te maken om je ergens te vestigen, maar we kunnen ondernemers niet dwingen om zich ergens te vestigen. Dus ik vind de vragen die allemaal gesteld worden over wat we kunnen doen aan de leegstand, prima vragen. Misschien dat de wethouder er nog een slim antwoord op heeft, want wat de VVD betreft is die vanavond genoeg besproken. Ik blijf bij mijn punt of we het kunnen besluiten samen met de parkeernota dan centrum, zodat daar geen dingen in besproken worden die we nu al vast gaan leggen of andersom. Maar bespreking is wat ons betreft niet meer nodig.
Is er vanuit de verschillende fracties aangegeven of er wel of geen verdere bespreking nodig is? Meneer Eleveld. Dat was op verzoek van mij om daar in ieder geval duidelijkheid over te geven om nog nader daarover te bespreken. Er is door in ieder geval Gemeentebelangen, GroenLinks en D66 aangegeven om daar nog wel nadere bespreking over te hebben. Partij van de Arbeid, begreep ik goed dat u zei: prima. Als we daar nog verder met elkaar over spreken, dan is dat wat ons betreft ook goed. Ik zou voorstellen om dat dan ook zo bij het presidium terug te leggen om dat ook nog te agenderen, zodat nog verdere bespreking mogelijk is. Want het is niet uitstel, zeg maar, dat er besluitvorming niet kan, maar misschien past het dan ook net zo goed in uw voorstel, meneer Eleveld, als de besluitvorming over het parkeren komt dat het ongeveer tegelijkertijd met die besluitvorming komt. Alleen daar hebben we nog een tussenstap van bespreking en tussenstap. Mag ik hieruit opmaken, zullen we in ieder geval de vraag noteren? Meneer Van Wijk, die u ook nog over het sluisgebied hebt gesteld, om die in de volgende bespreking dan ook zo mee terug te laten komen, dan zal gekeken worden of die, denk dan op 12 maart, zo in de volgende vergadering nog nader geagendeerd wordt en dan ook verder meegaat in de besluitvorming daarna. Dan komt dat in ieder geval aan de orde en de oproepen zijn volgens mij ook door de wethouder gehoord. Dan sluit ik de bespreking voor vanavond op dit punt af en hij zal dus nog op een later moment weer op de agenda verschijnen om dat verder te bespreken. Ik ga met u naar het agendapunt. Wat...
Wat gaat over het rapport van de rekenkamercommissie toegang tot de voorzieningen in de WMO. Dat rapport is eerder in uw raad besproken. Daar is ook een toelichting op geweest vanuit de rekenkamercommissie en zijn vragen verder over gesteld en is ook nader besproken. Er is om een reactie gevraagd van het college. Dat agendapunt staat er.
Ook op. Er is een raadsbrief met een reactie van het college op het rekenkamerrapport, wat ingaat op de 12 aanbevelingen. En ik wil u daarom ook vragen of u in de behandeling van dit agendapunt deze twee agendapunten tezamen wilt focussen op de aanbevelingen, zodat ik aan het einde van die bespreking kan concluderen welke aanbevelingen straks in het concept raadsvoorstel moeten terugkomen, zodat u als raad over het rekenkamerrapport een besluit kan nemen. Dus mijn verzoek is om in ieder geval ook aan te geven welke aanbevelingen wat u betreft in het voorstel terug moeten komen. Ik begin bij de fractie van de VVD, mevrouw Van den Heuvel, ik geef u het woord.
Ja, dank u wel, voorzitter. Zoals u al even aangaf, hebben we in december het rapport zelf besproken en afgesproken om het rapport nogmaals te behandelen in combinatie met de reactie van het college. De VVD Leidschendam-Voorburg heeft toen aan de wethouder gevraagd daarbij niet alleen in te gaan op de 12 aanbevelingen uit het rapport zelf, maar ook aandacht te hebben voor de signalen die tussen de regels door te lezen zijn, te weten de verschillende talen en werkwijze tussen de verschillende disciplines, betere aansluiting met het voorveld en het signaal van huisartsen dat zij weinig tot geen inzicht hebben in hoe die WMO nu echt geregeld is hier in Leidschendam-Voorburg. En dan vergeet ik nog even de 311 meldingen waarvan we niet weten wat er precies mee gebeurd is. We zien als VVD de WMO als een belangrijk instrument voor onze inwoners om hun eigen leven zo zelfstandig en naar eigen inzicht in te kunnen richten. We zijn daarom ook heel blij te zien dat het college de aanbevelingen serieus heeft opgepakt en snel mee aan de slag gaat, of in sommige gevallen zelfs al aan de slag is. Zo wordt er reeds gewerkt aan een proces van warme overdracht samen met de huisartsen en wordt er gewerkt aan verbeterde monitoring van zowel de binnenkomst van meldingen als de doorlooptijd ervan. Maar we blijven als VVD altijd nog aandacht vragen voor de integrale benadering en samenwerking vanuit de verschillende disciplines. De aanbeveling nummer 3 in het rapport laat duidelijk zien dat er op de werkvloer mee wordt geworsteld. Er van bovenaf op inzetten wil dus niet zeggen dat dit op de werkvloer ook al heel goed gaat. Wij gaan ervan uit dat dit onderdeel op net zo'n voorspoedige aanpak van de wethouder kan rekenen als de overige aanbevelingen. Dank u.
Als je als burger een beroep doet op de WMO, dan wil je eigenlijk snel weten of je daar ook daadwerkelijk van die voorziening gebruik kan maken. Liefst een beetje in heldere, begrijpelijke taal. En als het meezit dat die voorziening dan ook nog redelijk snel geleverd wordt. Nou, we hebben een rapport besproken in december en we hebben daar een reactie gekregen van het college, waarvoor dank. En in dat rapport van de Rekenkamercommissie kreeg ik toch de indruk dat de gemeente dan voor de burger een magere voldoende kreeg voor de uitvoering van die WMO. En er zat ook wel een stuk huiswerk in voor het college. Lange wachttijden en toch nog een beetje veel, nou, zeg het maar even ambtelijk loketdenken. Nou, ik ben heel blij met de reactie van het college van de wethouder, want er is huiswerk gedaan en bijna al die aanbevelingen zijn in ieder geval opgepakt. Ik wil er even twee uitpakken die wat mij betreft belangrijk zijn die ik nog wat explicieter zou willen zien in, nou ja, de reactie op het rekenkamerrapport. De eerste gaat over die doorlooptijden, want er zit een klein staartje in de reactie van de wethouder in de brief. En als ik het zo goed begrijp, dan zit je in de afgelopen zomermaanden van 2018 als je een melding doet voor de WMO langer dan 50 dagen te wachten voordat je daar überhaupt een reactie op krijgt? Ik weet niet of ik het staatje goed heb gelezen, maar volgens mij staat dat er nog los van de vraag dat als dan eenmaal die melding is behandeld en je hebt dan een vergunning of een beschikking wanneer je dan daadwerkelijk die zorg krijgt. Ik krijg meldingen van een aantal mensen dat zeker bij spoedaanvragen die spoedaanvragen ook niet zo heel erg spoed zijn, maar dat dat eigenlijk veel te lang duurt. Ik vind dat zorgelijk en zeker met de ontwikkelingen die er komen met de eigen bijdrageregeling voor de WMO wellicht een grotere toestroom daarna en de plannen die er zijn om ook voor de jeugdzorg een functie te geven aan het sociaal servicepunt. Vind ik dat dat bovengemiddeld aandacht moet hebben. Er staat wel iets in over wachttijdenmonitoring, maar wat mij betreft mag er iets meer commitment uitgesproken worden. Van waar gaan we naartoe werken nou, hoeveel dagen wachttijd vinden wij nou acceptabel dat een burger mag moeten wachten voordat hij een antwoord krijgt op zijn melding? En het tweede is. Ik zou ook wat explicieter in die monitor willen dat de wethouder explicieter aangeeft, hoe zit dat nou met die spoedmeldingen? Want dat is natuurlijk wel een heel specifiek ding. Hoe lang duurt het nou voordat je voor zo'n spoedmelding ook daadwerkelijk antwoord krijgt op die of je die voorziening krijgt? Dus dat is het punt. Een tweede punt is. Dat gaat over die toegankelijke overheid. Want tussen de regels door lees je, nou ja, het is nog best wel een kunst om te verstaan uit al die brieven en communicatie als gemiddelde Nederlander. Nou ja, wat zegt die brief nou en wat moet ik hier nou achter lezen? En als je dan bedenkt dat ongeveer 2,5 miljoen Nederlanders boven de 16 jaar moeite hebben met lezen en schrijven, is dat best wel een puzzeltocht. Wat dat betreft zegt de wethouder in de briefreactie op de aanbeveling. Ja, de ambtenaren gaan de brieven doornemen op leesbaarheid en ik heb alle vertrouwen daarin. Maar ik zou de wethouder ook graag de aanbeveling willen laten overnemen dat er organisaties zijn die zich hierin hebben gespecialiseerd. Ik heb eerder bij de behandeling van het rapport ook gezegd, clubs als Pharos die hebben zich gespecialiseerd om nou juist die overheidscommunicatie heel toegankelijk te maken. Ik zou graag willen dat deze aanbeveling ook wordt overgenomen. In het kort graag aandacht voor die doorlooptijden. Ook graag specifiek wat is, wat is het commitment van de wethouder? Wat zijn nou de gemiddelde doorlooptijden waar we naartoe gaan werken? Het tweede is specifiek de doorlooptijden voor de spoedaanvragen. Die zou ik ook graag terug willen zien in die tussentijdse monitor die wordt toegezegd het monitor sociaal domein, want ik neem aan dat we die periodiek gaan krijgen. En de derde is de specifieke toezegging om ook gespecialiseerde clubs te laten kijken naar die schriftelijke communicatie. Dank u wel.
Dank bij de vorige behandeling zaten we zo tussen Sinterklaas en kerst en dat heb ik al gezegd. Cadeautjes zijn altijd welkom in deze periode en je moet ze ook nog eens een keertje uitpakken. En ik heb aan het college ook gevraagd om dat cadeautje van de Rekenkamer uit te pakken. Daarom vind ik het wel wat jammer dat in bijna de eerste pagina van de antwoorden of nee, de tweede pagina van dat beantwoorden van de brief, het college zegt dat het onderzoek en ik quote eventjes het college realiseert dat een steekproef van 10 personen in het onderzoek niet betrouwbaar genoeg is om er harde conclusies aan te verbinden. Dat noem ik een beetje die banken van de kwaliteit van het onderzoek. Wij hebben als raad zijn wij opdrachtgever geweest en ik vind dat deze D66 vindt dat we hier gewoon een goed onderzoek hebben liggen waar het college ook zonder enige terughoudendheid uitvoering aan zou moeten kunnen geven. En daarom vind ik dat die bunker echt niet nodig geweest. Als we kijken naar de WMO, dan is dat iets als mensen daar gebruik van moeten maken waar ze eigenlijk niet op zitten te wachten. Vaak zijn mensen dan geneigd om uit te stellen het toch maar niet aan te vragen. En daarom is het heel goed dat op het moment dat mensen bij het loket komen ze ook op een heel adequate manier worden geholpen. Eerdere insprekers hebben daar ook al aan gerefereerd. Daarom is dit rapport ook zo goed, omdat dat laat zien dat we van dat cijfer zeg maar een magere voldoende, zei al de minister trouwens van dat cijfer een magere voldoende in ieder geval naar een vette 7 kunnen gaan en het liefst straks een vette 8. In dat licht hebben we ook even gekeken naar de reactie van het college. Daar zien wij in principe gewoon de juiste antwoorden staan, moet heel eerlijk zeggen. Het is ook weer niet spectaculair, maar de juiste antwoorden staan er. Wat mij dan wel opvalt is dat als je kijkt naar bepaalde zaken zoals wachttijden terugdringen, dan zegt het college van ja, maar we moeten eerst de verordening aanpassen, dat is fijn. Denk ik dan maar waarom college gaat u niet gelijk de koe bij de hoorns pakken en maakt u het mogelijk dat mensen zich ook mondeling kunnen melden en dan tegelijkertijd gaat u de wet en regelgeving aanpakken? Wachttijden terugdringen de heer Strauss gaf het geen feite, ook wel even over het antwoord is, we gaan beter monitoren. Ik heb nog nooit wachttijden teruggedrongen zien worden door beter te monitoren, dus ik vraag eigenlijk aan het college nu, wat gaat u doen om de wachttijden terug te dringen? Want u weet dat de zomer er weer aankomt. Dat wil niet zeggen dat we net als vorig jaar een enorme toevloed hebben. Maar ik kan mij andere manieren voorstellen om op die zomer en die enorme toestroom die mogelijk is, omdat die ook bij andere gemeentes heeft plaatsgevonden. Dus ik verwacht niet dat het een incident is die mogelijk is ook de komende periode om die eventueel op te vangen en dan is monitoren denk ik net even te dun.
Dank u wel. Ik werd even getriggerd door uw opmerking over de wachtlijsten. En waarom we het dan niet toestaan om een mondelinge melding te kunnen doen? En toen dacht ik, dat komt me bekend voor en ik heb hem gevonden. Namelijk op pagina 3 wordt er gesproken over het aanpassen van de verordening in het eerste kwartaal 2019, zodat inderdaad mondeling een aanvraag kan worden ingediend. Dus die hebben we al binnen, denk ik. Nee. De
Heer Van der, want daar staat aanpassen van de verordening en ik zeg, waarom doet u niet en-en. Staat u nu alvast toe dat mensen zich mondeling melden en gaat u ondertussen ook de verordening aanpassen?
Ja, ik lees eerste kwartaal. Volgens mij zitten we bijna aan het eind van het eerste kwartaal, dus ik ga ervan uit dat het binnen nu en 3 weken dan geregeld is. Dus doen we het bijna en en dat.
Was precies de gedachte die ik ook had en toen dacht ik, ja, maar we zijn wel bijna aan het eerste kwartaal, maar dit is tekenend, zou je bijna kunnen zeggen voor de werkwijze van dit college en ik vind dat dit college veel meer in de voorwaartse stand moet en had dus ook vanaf januari ook kunnen beginnen met het én én. En daarom maak ik er even een opmerking over. Goed, ik ga afronden burgemeester los even van dus die maatregelen. Het ziet er allemaal keurig uit. Heb ik nog wel een vraag, want we hebben nu een meting. We hebben nu een kwaliteitsprofiel, zou je kunnen zeggen van de gemeente en D66 zou het wel heel erg belangrijk vinden om over een jaar toch weer eens die thermometer er opnieuw in te steken en te zien of de maatregelen die het college heeft voorgesteld op basis van dit onderzoek, of die straks ook hout hebben gesneden. Dus wij zullen zeker ook eventueel met een motie of wat dan ook op dit punt gaan komen. Interruptie van
Ik heb begrepen dat we die monitor sociaal domein gaan krijgen en dat deze straks daarin is uitgewerkt. Wat wilt u meer dan wat daarin wordt of wat wilt u specifieker dan wat daarin wordt aangekondigd? Dat hele
Het interessante van dit onderzoek is dat het een combinatie is geweest van het showen. Het is een combinatie geweest van hard meten. Het is een combinatie geweest van interviews. En dat is toch net iets anders dan waar u het over heeft? En ik zou bijvoorbeeld dat showen, daar kun je toch heel veel informatie uithalen. Dat soort dingen zou ik gewoon herhaald willen zien.
Dank u wel. Ja, bij het lezen van de Raadsbrief bekroop mij het gevoel, nou, we hebben aan onze plicht voldaan. Dus wat dat betreft heb ik het ook een beetje gelezen als de reactie van een gemiddelde accountant op hun stuk. Waar we van de week ook actief zijn geweest. Ik zie meneer trouwens al lachen. We hebben in ieder geval plichtmatig datgene gedaan wat aan vragen en reacties vanuit het onderzoek is gekomen. Wat mij opviel was dat in die plichtmatigheid zie je van. Nou, je zou kunnen zeggen van nou groei op zichzelf prima dat die reacties er zijn, kijk je nu wat dieper van, wat gaan we nu eigenlijk doen? En dan kom ik eigenlijk weer op het punt van ik lees van, hé, we gaan toch eerst weer wat onderzoeken. Om te kijken wat we dan daadwerkelijk aan die een aantal van die 12 punten kunnen doen. Moet ik nog harder praten? Dat gaat allemaal van mijn tijd af. Ik zal iets, is het zo beter? Goed, dan ga ik daarop door. Dus die onderzoeken deden bij mij de vraag boven komen ik denk van, ik denk, waarom kijken we niet eventjes om ons heen? We hebben in deze gemeente 5 zorginstellingen die de nodige ervaring hebben met hoe je om moet gaan met wachttijden waar we altijd ons erg druk over maken als het om de zorginstellingen gaat. Maar dat doen we blijkbaar onvoldoende met onze eigen wachttijden. Toen kwam bij mij ook het punt boven de wethouder en college. Hebben jullie wel eens nagedacht over het fenomeen hoe maak je nou spoed planbaar? En dat kan, maar dat betekent wel dat je anders moet organiseren en integraal aan moet kijken. En wat dat betreft, als ik dan zo door de stukken lees dan, dan lees ik een plichtmatigheid naar betrekking tot datgene wat de rekenkamercommissie heeft geconstateerd. Dat is eigenlijk een audit in opdracht van de Raad waar het college op reageert. Zo van, nou, we hebben dat gedaan, we gaan het doen en gaat u eigenlijk maar lekker slapen, want dat gevoel krijg ik er ook maar een beetje. Ondanks alle energie die daar misschien is ingegaan. En dan denk ik van, hoe kan het nou dat als je het rapport al een tijdje hebt, de wetenschap dat er regelmatig ook is gesproken over het feit van ga nou eens met die zorginstellingen praten? Dan ga je niet bemoeien met de bedrijfsvoering, dus dat argument hoef ik ook niet meer te horen, maar ga eens kijken hoe zij het doen. Dat is denk ik een gratis advies wat je kan krijgen en het zit redelijk dicht naast onze bewoners en de groep die een beroep doet op zorg dan wel weer MO en jeugdzorg en dat lees ik allemaal niet terug en dat vind ik mager dus ik. Ik had graag een reactie van de wethouder hoe ze nou op mijn betoog reageert en wat ze daarmee wil doen en in hoeverre ze nou eigenlijk bereid is om met de zorginstelling te praten zijn eigenlijk maar twee. Dus wees het haar, en dat is Florence. En, die hebben de nodige ervaring dus twee keer in gesprek en je hebt een gratis advies volgens mij. Het zijn ook nog een keer partners in crime op een aantal gevallen dus wat dat betreft zou het helemaal niet slecht zijn. Je moet wel een compliment maken dat dat moet ik ook kwijt dat er in ieder geval met betrekking tot de warme overdracht dat aan hun huisarts bij betrokken is, want ik herinner me nog de vrijdagmiddag dat we met het werkveld een dagdeel hebben doorgebracht, waarbij ik in een van de subgroepen mocht zitten waarbij een huisarts constateerde dat diegene die vanuit School Centrum Jeugd en Gezin actief waren om hulp te bieden bij. Vraagstelling die er waren dat huisarts zei, het verbaast me eigenlijk wat ik nu hoor wat ik constateer eigenlijk dat ik maar 50% van mijn pc. Klantenbestand eigenlijk en horende wat er op school en elders gebeurt. Dus wat dat betreft vind ik het heel erg goed en ook het persberichtje, ik zeg het toch nog maar even de praktijkondersteuners die gaan komen, want ik denk dat die een hele grote rol gaan spelen in een praktischer en ook financieel beheersbaarder model, maar toch, wethouder, kom eens even, wat gaat u nou doen met de zorginstellingen en waarom nou al dat externe onderzoek, terwijl het al zo dichtbij ligt? Dank u wel.
Ja voorzitter, dank u. Voor de Partij van de Arbeid staat zekerheid van zorg centraal. Een zekerheid die in het gedrang komt wanneer de toegang tot deze zorg niet optimaal geregeld is, niet efficiënt genoeg is ingericht of de communicatie hiervan niet helder genoeg is. Het college geeft in haar reactie aan in 2019 een aantal verbeterslagen in de kwaliteit door te voeren, zaken te gaan evalueren en te starten met een aantal pilots met als doel een betere en efficiëntere dienstverlening. De Partij van de Arbeid-fractie wil graag op de hoogte worden gehouden van de ontwikkelingen hieromheen. Ik had niet het idee dat we mochten kiezen welke aanbevelingen wel en welke niet. Wat ons betreft, willen we graag dat alle aanbevelingen die betrekking hebben op het terugdringen van de wachtlijsten, het verbeteren van de communicatie en het efficiënter en effectiever organiseren van de toegang tot de WMO, worden opgevolgd. En daarnaast zou ik van de wethouder willen horen hoe wij worden geïnformeerd over de evaluatie en over al die pilots die nu gaan plaatsvinden en waar waarschijnlijk ook over een jaar een evaluatie van plaatsvindt, zodat we kunnen zien wat werkt en wat niet. Dank u, voorzitter.
Dank u wel, dan ga ik voor een reactie op deze eerste termijn naar de wethouder en ik geef wethouder Bouw het woord om hier een reactie op te geven. Ja voorzitter, dank.
Dank u wel, dank voor de reacties en de tips die nog gegeven zijn door de verschillende fracties. Het beeld komt een beetje naar voren dat wij als college aan onze plicht voldaan hebben door naar de raad te luisteren. Als je kijkt naar de manier waarop wij gereageerd hebben, vat ik dat toch maar op als een compliment, want ik denk dat als je zo'n serieus rapport van de Rekenkamer naast je neerlegt, je niet goed bezig bent. Er staan een aantal kritische opmerkingen in, daar gaan wij allemaal mee aan de slag. En ik voel het ook als een plicht en als een opdracht om daar ook echt mee aan de slag te gaan.
Maar ik zie het ook echt als een opdracht. Er zijn nog een aantal vragen gesteld. De VVD heeft aandacht gevraagd voor de integrale benadering. Nou, dat gaan we zeker doen. Het CDA heeft nog een aantal vragen gesteld over hoe spoed nou eigenlijk gedefinieerd is. Nou, het is op dit moment al zo dat iedere consulent tijdelijk een indicatie mag afgeven op het moment dat hij of zij denkt dat er sprake is van spoed. Dat is voor 8 weken en in die 8 weken bestaat de mogelijkheid om nog een gedegen indicatie te doen. Dus de mogelijkheid is er wel, maar of er altijd gebruik van wordt gemaakt en of die definitie van spoed door iedereen op dezelfde manier geïnterpreteerd wordt, daar wil ik nog wel eens een keer opnieuw naar kijken, want ik geloof niet dat ik daar direct de garantie voor kan geven dat dat het geval is. In de monitor zouden we in ieder geval meenemen hoe het nu gaat met die doorlooptijden van meldingen. Wij vinden zelf twee tot vier weken wachttijd acceptabel, maar dan moet het daar ook wel bij blijven. De taal die gebruikt wordt, daarvan is gezegd: heeft u daar nou echte deskundigen naar laten kijken? Nou, we hebben de Stichting Lezen en Schrijven gevraagd om daarnaar te kijken. Dus we hopen dat dat in ieder geval helpt om te komen tot hele duidelijke, begrijpelijke, leesbare stukken voor mensen. Want we bereiken er niets mee als mensen niet begrijpen wat we afspreken.
Allereerst heel fijn dat er ook buiten de ambtelijke kringen door een externe deskundige naar gekeken wordt. Dus we zien dat met plezier tegemoet of daar ook verbetering in komt. En dan nog heel even over dat spoed. Want ja, er zit ook een beetje verwarring. Hoe lang duurt het dan voordat je als cliënt weet dat spoed ook als spoed wordt aangemerkt, want als dat 4 tot 6 weken duurt dan hè, dus als daar inderdaad een grijs gebied zit om iets spoed te noemen, ik krijg signalen dat er toch wel wat wachttijden ook op zitten.
Nou, als u concrete voorbeelden heeft van gevallen waar echt spoed aan de hand is en waarvan wordt gezegd dat daar toch nog een wachttijd voor is, dan hoor ik die graag van u, want dan kunnen we daarna kijken, want dan kunnen we ook wel van leren of dat dan op de goede manier die spoed beoordeeld is. Dus mocht u signalen krijgen, geef ze alstublieft aan mij door, dan willen we daar uiteraard naar kijken of dat allemaal goed gedaan is. De wachttijden in zijn algemeenheid heeft D66 ook weer aandacht voor gevraagd van hoe gaat u die wachttijden terugdringen? Nou, hoe dan ook is daar meer capaciteit voor nodig, want dat zien wij sinds 1 januari ook gebeuren. Er is natuurlijk nu een abonnementstarief voor de WMO. Nou, daar zien we ook meteen dat daardoor extra aanvragen zijn en daar moet gewoon extra personeel voor ingehuurd worden om te voorkomen dat die wachttijden te lang oplopen. De verklaring van waar we het in de zomer meer is. Nou, dat heeft u in het rapport gelezen. Die is er niet echt, maar als wij nu de ervaring van de afgelopen jaren hebben en we zien telkens dat in die zomer het oploopt, dan kunnen we daar natuurlijk wel rekening mee gaan houden met de flexibele schil. En u vond de opmerking over het feit dat wij een positieve waardering van 10 mensen niet genoeg vonden. Dat vond u niet zo prettig, begrijp ik. Ik kan u dat nog even toelichten, want dat. De
Moet ik even een ander document openen, maar dat ga ik even doen. Het is namelijk de manier waarop u het heeft geformaliseerd en geformuleerd. Dus even kijken. Om nog even te kijken waar het precies staat. Hoewel het college realiseert dat de steekproef van 10 personen in het onderzoek niet betrouwbaar genoeg is om er harde conclusies aan te verbinden, ziet zij hierin wel een stijgende waardering. En dat noem ik een beetje die banalisering van het onderzoek. Oftewel het minder serieus nemen.
Ja, dat vind ik heel vervelend, want dat is niet de bedoeling. Volgens mij zijn we er echt heel serieus mee bezig geweest, dus dat beeld dat we dat niet serieus hebben opgepakt, dat hoop ik dat ik nu kan wegnemen. Mondeling is gezegd dat er verwarring moet worden aangepakt, maar ik heb net begrepen dat als dat nu gebeurt, we dat al kunnen beschouwen als een melding vooruitlopend op de definitieve verordening. We kunnen daar best op een wat soepelere manier mee omgaan en over een jaar opnieuw bekijken. Ik denk dat we dat sowieso moeten doen, kijken waar we dan staan of al die aanbevelingen of we daar wat mee gedaan hebben. We zijn het wel van plan, maar soms weet je nog niet hoe dat uit gaat pakken. Dus goed om daar nog een keer naar te kijken. Gemeentebelangen, kijkt u eens naar de zorginstelling? Ik ben blij dat u die vraag stelt, want dan kan ik even iets vertellen wat ik ruim twee weken geleden gedaan heb. Ik heb bij elkaar gehad: vertegenwoordigers van de cliëntenraden, vertegenwoordigers op directieniveau van Florence, WZH, Wooninvest, huisartsen, participatieraad. Dat hele gezelschap hebben we bij elkaar gehad. Met dat gezelschap hebben we bij elkaar gezeten en hebben we gekeken hoe we omgaan met spoedmeldingen. Hoe kan dat beter, hoe kan er een snellere aanvraag richting de WMO komen en hoe kunnen we gebruik maken van elkaars expertise? Daar hebben we met elkaar na 1,5 uur praten bekeken dat het mogelijk is om te leren van elkaars expertise. We hebben ook gezegd dat we op korte termijn een vervolgafspraak willen. Ik heb een vervolgafspraak in maart met die hele club staan. Florence werkt het voorstel nu verder uit om te kijken of de wijkverpleegkundige, op het moment dat die bij mensen thuis komt en ziet dat er spoed aan de hand is, ook een indicatie kan doen in de wetenschap dat bij dit soort zaken, zeker als...
Het vrijwel nooit teruggedraaid wordt dus we zijn bezig om van elkaar te leren. Ik vond het een heel inspirerend gesprek met iedereen. Na afloop heb ik dat ook meegekregen van iedereen. Wat fijn dat we een keer met elkaar om de tafel hebben gezeten en ik houd u daarvan op de hoogte van wat die proef en hoe dat eruit gaat zien. En wat we daarvan leren. Interruptie de
Nou voorzitter, dat doet mij bijzonder deugd dat de wethouder in ieder geval dus vanuit het college zeker ten opzichte van vorige colleges de schroom voorbij is om te gaan praten met zorginstellingen. Want u kent mij, ik pleit er al langer voor, dus wat dat betreft een goede zaak. Verwacht u dat dit eerste contact, wat natuurlijk toch stap voor stap en voorzichtig gaat, op termijn in een breder verband met de beide koepels, hè? Dus met het Haga en Florence, zaken kunt gaan doen in het hele sociaal domein? En ook waar ik gericht? Wethouder.
Ja volgens mij wel. Het is een eerste stap geweest die heel goed bevallen is. En als we daar verder met elkaar afspraken kunnen maken en dan kijk, die cliënt staat voor mij centraal. En als we die kunnen helpen, ja, daar doen we het uiteindelijk voor, dus dat gaat zeker een vervolg krijgen wat mij betreft en met het oog op de tijd richting de P van de A. Ik denk dat we de evaluatie en kijken van waar de aanbevelingen toe geleid hebben, dat we dat gewoon in een raadsvoorstel kunnen doen en dat u daarvan op de hoogte blijft. Dank u wel. Ik
Ik heb in de eerste termijn volgens mij voldoende gehoord dat u allen achter de aanbevelingen staat, zoals die in het rapport worden aangegeven en dat dat op die manier ook in het raadsbesluit kan worden overgenomen. Is er nog behoefte aan een tweede termijn van uw kant? Dat is niet het geval, dan sluit ik de bespreking van dit agendapunt af. Dan