Analyse van het document
Titel en Samenvatting:
De titel van het voorstel is "Raadsvoorstel instellen tijdelijke raadswerkgroep Omgevingswet". Het voorstel beoogt de oprichting van een tijdelijke werkgroep die de gemeenteraad van Leidschendam-Voorburg voorbereidt op de invoering van de Omgevingswet. De werkgroep, bestaande uit één lid van elke fractie en ondersteund door de griffie, zal zich richten op de besluitvorming, veranderingen en de specifieke rol van de gemeenteraad binnen de nieuwe wet. Het college wordt gevraagd deel te nemen en ondersteuning te bieden. De werkgroep functioneert tot de gemeenteraadsverkiezingen in 2022.
Volledigheid van het Voorstel:
Het voorstel is redelijk volledig. Het beschrijft de samenstelling, taken en werkwijze van de werkgroep, evenals de betrokkenheid van het college. Echter, specifieke details over de inhoudelijke voorbereiding en concrete doelen ontbreken.
Rol van de Raad:
De raad heeft de rol om de werkgroep in te stellen en te zorgen voor een goede voorbereiding op de Omgevingswet. De raad blijft verantwoordelijk voor de politieke afweging en besluitvorming.
Politieke Keuzes:
De raad moet beslissen over de samenstelling en de taakomschrijving van de werkgroep. Daarnaast moet de raad bepalen hoe intensief de samenwerking met het college en andere betrokkenen zal zijn.
SMART en Inconsistenties:
Het voorstel is niet volledig SMART (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden). Hoewel het tijdgebonden is (tot 2022), ontbreken specifieke en meetbare doelen. Er zijn geen duidelijke inconsistenties, maar de doelen kunnen concreter worden geformuleerd.
Besluit van de Raad:
De raad moet besluiten om de werkgroep in te stellen en de voorgestelde taakomschrijving en werkwijze goed te keuren.
Participatie:
Het voorstel vermeldt geen specifieke participatie van burgers of andere externe stakeholders, behalve de betrokkenheid van het college.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid wordt niet expliciet genoemd als relevant onderwerp in dit voorstel.
Financiële Gevolgen:
Het voorstel bespreekt niet de financiële gevolgen of hoe deze gedekt worden. Dit kan een aandachtspunt zijn voor de raad om te overwegen.