Nieuws in één oogopslag

Het Journaal toont kort en krachtig wat er speelt.

Journaal

Raadsinformatie

Alles kunnen vinden en niets missen. Met analyses & samenvattingen.

Maak een dossier

Verzamel informatie over een specifiek onderwerp.

Dossiers
Kies een vergadering : 11-12-2018, Raadsforum
Het transcript dat je hieronder aantreft is gegenereerd met behulp van computertechnologie. Hierdoor kunnen de namen van personen en partijen soms foutief zijn weergegeven. Indien je een fout opmerkt kun je deze gemakkelijk verbeteren door op het bewerk-symbool (het potloodje) te klikken.

3.c Rapport Rekenkamercommissie


Onbekende spreker

Voorzitter, ik vind het wel wat ingewikkeld worden nu, want we hebben in het systeem afgesproken dat we een beeldvorming hebben waarin we een presentatie krijgen van de organisatie, dan wel degene die het onderwerp op tafel brengt en dat we daar dus in alle rust met elkaar even over de techniek en het proces kunnen praten. En nu hebben we datzelfde ding, wat voorheen in mijn optiek nog de beeldvorming was, geïmplementeerd in het stukje oordeelsvorming en gaan we nu dus kostbare tijd voor het debat besteden aan wat we vroeger gewoon beeldvorming of in ieder geval vorige week nog beeldvorming noemden. Kunt u mij eens iets meer vertellen over deze redenering?

J. van Rossum - GroenLinks

Voorzitter, ik kan het bijna niet meer eens zijn met collega Van den Heuvel. We hebben hier een andere fase voor in het model en we zijn het model al regelmatig met voeten aan het treden. Maar dit gaat echt te ver, jongens. Dit stukje is bovendien hartstikke helder. We zijn volgens mij voorbereid om daarover op de inhoud te spreken met elkaar en dan gaan we nu terugspoelen naar de vorige stap in het proces. Ik vind het een bijzonder vreemd voorstel. U stelt

K. Tigelaar - Burgemeester

Voor om geen mededeling te doen over het rapport.

J. van Rossum - GroenLinks

Voorzitter: Het was fijn geweest als dat op een ander moment was geweest. Ik waardeer het dat die toelichting kan komen van de rekenkamercommissie, maar het is gewoon niet wat we met elkaar hebben afgesproken. We blijven hier een soort pingpong in malle circustenten. We hebben een debat op de agenda staan. Dan gaan...

K. Tigelaar - Burgemeester

Gaan we ook niet doen. Pingpongen, want dat dreigt dan een oeverloos debat te worden dus. Laten we helder zijn: als u een ander voorstel doet, dan gaan we daar even over stemmen. Of we dat op een andere manier willen behandelen? Maar ik hoor niet dat we de toelichting op het rapport skippen. Dat hoor ik niet. Mevrouw Van den Heuvel.

Onbekende spreker

Dan zou ik graag een voorstel willen doen om het alsnog over te hevelen, terug naar de beeldvorming en op een andere datum alsnog te bespreken.

K. Tigelaar - Burgemeester

Dan is dat wel een ordevoorstel in de vergadering. Of u eerst in de beeldvorming wil spreken over het rapport. Dan gaan we daarover stemmen. En ik peil het even bij alle fracties. Voorzitter, wil ik toch iets er zijn? Nee, nee, nee, we gaan daar geen debat meer over voeren, want dat is het ordevoorstel dat nu aan de orde is. Gratis van de Kamer aanwezig, hè? Daar kan je niet zomaar, dat vind ik heel onverstandig. Ik besef dat heel goed, en ik neem aan dat de collega's in de Raad dat ook weten. Want als de rekenkamercommissie hier een toelichting zou geven, dan zijn ze inderdaad aanwezig en mevrouw Van den Heuvel doet een ordevoorstel en die leg ik aan u voor, wilt u in de volgende vergadering daar vanuit de beeldvormende Raad, dan hebt u daar 3 kwartier om met elkaar over dat rapport de toelichting te vragen en de vragen er verder over te stellen. Wie is daarvoor? Ik inventariseer dat even bij de fracties. Dat is vanuit de fractie vanuit de VVD. Ik, kijk hier. Ik wil graag even uw handen zien als u zegt van, wij willen graag dat in de volgende vergadering in de beeldvorming voorzitter, ik wil graag even een minuut een schorsing hierover, dan gaan we eerst schorsen. Ik verzoek u om weer uw zetel in te nemen. Dames en heren, ik heropen de vergadering. En als iedereen weer op zijn plek zit, dan kunnen we ook verder. Mag ik dan ook stilte in de zaal, zodat we de vergadering kunnen voortzetten? De heer Brokken heeft verzocht om een schorsing, dus de heer Brokken aan u het woord. Ja voorzitter, dank u wel. Volgens mij gaan we stemmen over het ordevoorstel. Dacht ik dat de bedoeling was? Sterker nog, ik hoor net dat we het ordevoorstel ingetrokken hebben. Dan gaan wij conform de agenda eerst aan de rekenkamercommissie vragen om maximaal 5 minuten een korte toelichting te geven. Daarna inventariseer ik welke raadsleden nog vragen aan u hebben. Aan u het woord.

Onbekende spreker

Mooi dat ik toch in de gelegenheid word gesteld om vandaag iets te vertellen over het rapport. Ik zal het inderdaad heel kort doen, want ik ga ervan uit dat u kennis hebt genomen van ons rapport. Waar gaat het om in dit onderzoek, in dit rapport? Toegang tot voorzieningen in de WMO. In dit onderzoek staan de ervaringen van de cliënten die een WMO-voorziening hebben aangevraagd centraal. Eerdere onderzoeken van de rekenkamercommissie op het vlak van de WMO gingen over het beleid of de vormgeving van de organisatie. We hebben nu heel bewust gekozen om te kijken naar hoe die cliënten het ervaren. En waarom is inzicht in de toegangsprocedure, de ervaringen van cliënten bij de toegangsprocedure, een belangrijk onderwerp? Het woord toegang zegt het eigenlijk al. Hier moet je als burger langs om een WMO-voorziening te krijgen. In de toegangsprocedure wordt bepaald of iemand in aanmerking komt voor een WMO-voorziening of niet. En de toegangsprocedure moet goed geregeld zijn. Mensen moeten weten waar ze moeten zijn met een hulpvraag. De beoordeling van de aanvraag moet zorgvuldig gebeuren. Alle feiten en omstandigheden moeten aan de orde komen, moeten in ogenschouw worden genomen en de gehele procedure moet met de nodige voortvarendheid worden aangepakt. Mensen moeten snel worden geholpen. Hoe hebben we het onderzoek gedaan? We hebben een onderzoeksbureau, ZorgfocuZ, gevraagd om het onderzoek te doen. Ze hebben gebruikgemaakt van de methodiek shadowing. Je hebt het waarschijnlijk gelezen: in een shadowing, een schaduwproces, schaduwt een onderzoeker een aanvrager, een burger die een WMO-voorziening aanvraagt gedurende het hele toegangsproces. De onderzoeker spreekt met de cliënt nadat er een bepaald contact is geweest met de gemeente en is ook bij het keukentafelgesprek aanwezig geweest. Wat is nou de kracht van deze aanpak? De kracht is dat je de ervaringen van mensen op het moment zelf kunt registreren, dus niet zoals je dat bij een enquête vaak doet, weken of soms maanden daarna. Op het moment dat die ervaring er is, vraag je ook aan de cliënt: hoe hebt u het ervaren? Wat hebben we nog meer gedaan? We hebben ook gekeken naar het cliëntervaringsonderzoek dat de gemeente Leidschendam-Voorburg, overigens net als alle andere gemeenten, uitvoert. En er zijn gesprekken gevoerd met de ambtenaren die belast zijn met de toegang en ook met het beleid inzake de toegang. Wat is de hoofdconclusie van het onderzoek? Nou, de hoofdconclusie is dat alle vier de gemeenten, dus ook Leidschendam-Voorburg, de toegang tot de WMO-voorzieningen op zich goed hebben geregeld. Die cliënten die zijn gevolgd, zijn tevreden over de wijze waarop de gemeente de procedure heeft gevolgd. En met name is men tevreden over de bejegening door de WMO-consulenten. Men heeft het idee dat men goed het verhaal kon vertellen en dat er goed naar de cliënt werd geluisterd. Dus met name de manier waarop de gemeenteambtenaren, de WMO-consulenten, omgaan met die cliënten wordt als zeer positief ervaren. En ook de toegang voldoet in het algemeen aan de juridische en algemene eigen gemeentelijke normen. Wel vindt de rekenkamercommissie dat er verbeteringen mogelijk zijn. Ja, we zijn ook een rekenkamercommissie, dus we zijn altijd kritisch en dat gaat dan niet zozeer om verbeteringen in het beleid. Dat is wel in orde, maar het zit hem met name in de uitvoering. Daar zijn allerlei praktische verbeteringen mogelijk en u zult in het rapport ook allerlei verbeteringsvoorstellen aantreffen die met name gaan over de wijze van uitvoering. En we hebben onze aanbevelingen met name gericht aan de ambtelijke organisatie. Dat is niet gebruikelijk bij rekenkameronderzoek. Meestal richten we onze aanbevelingen op de gemeenteraad, op het beleid, aanpassing van beleid, et cetera. We hebben gemeend dat we daar geen aanbevelingen voor hoeven te doen, want dat klopt wel, maar met name in de uitvoering kunnen nog puntjes op de i worden gezet. En waar gaat het dan om? Nou, je hebt het kunnen lezen. Het gaat bijvoorbeeld om het vereenvoudigen, het laagdrempeliger maken van de toegang. Er worden toch wat onnodige belemmeringen opgelegd, bijvoorbeeld het feit dat aanvragen altijd schriftelijk moeten gebeuren, ook al worden ze bijvoorbeeld telefonisch gemeld. Er wordt dan gevraagd om het schriftelijk te bevestigen, de aanvraag. Bijvoorbeeld de wijze waarop wordt gecommuniceerd kan wat ons betreft beter. De brieven, de beschikkingen zijn vrij lang en vaak ook in moeilijke taal geschreven. Daar zou wat aan gedaan kunnen worden. Aandacht voor nazorg, dus op het moment dat een beschikking is afgegeven, dan moet de daadwerkelijke hulpverlening plaatsvinden. Nou, de gemeente Leidschendam-Voorburg heeft in haar beleid aangegeven: we willen ook de cliënt volgen nadat de beschikking is afgegeven. Nou, dat gebeurt eigenlijk nog niet echt goed. Specifiek voor Leidschendam-Voorburg is ook de snelheid waarmee cliënten worden geholpen en ook de scores bij de cliëntervaringsonderzoeken. Die zijn toch lager dan gemiddeld in Nederland voor vergelijkbare gemeenten. Dat zijn de aandachtspunten waar de ambtelijke organisatie wat ons betreft mee aan de slag moet. En ja, die aanbeveling hebben we ook gegeven. De raad verzoekt het college om de ambtelijke organisatie op te dragen om die verbeteringsvoorstellen door te voeren. Dank u wel.

K. Tigelaar - Burgemeester

Dank u wel voor de toelichting vanuit de Raad. Toelichtende vragen op deze toelichting vanuit de rekenkamercommissie dan wel nog het rapport. Mevrouw Patentschade, de heer Straus, mevrouw van den Heuvel. Ja, dat waren de 3 raadsleden die nog vragen hebben, mevrouw Boltanski.

J.H.A. Voortman - VVD

Ja voorzitter, dank dank voor de toelichting. Het zijn natuurlijk allemaal

Onbekende spreker

Allemaal zeer waardevolle en concrete aanbevelingen vanuit de Rekenkamer. Ik heb een toelichtende vraag omdat de ondervraagden het minst tevreden zijn over de snelheid waarmee ze worden geholpen en de doorlooptijden van de gevolgde trajecten. Daarnaast loopt het ook allemaal niet zo heel goed met ontvangstbevestigingen van 311 aanvragen. Het is zelfs niet bekend wat de afhandeling is geweest, dus bijna 12% van het totaal. Dat wekt de indruk dat er ergens processen niet goed lopen of dat er geen vaste wijze is waarop processen zijn ingericht. Kunt u een inschatting geven of dit een zeer ingrijpende verandering van de organisatie, zowel ambtelijk als in het veld zelf, vergt? Dank u wel.

K. Tigelaar - Burgemeester

We inventariseren even de vraag eerst, ja. De heer Struijs.

Onbekende spreker

Ja, allereerst ook dank voor een prettig leesbaar rapport. Fijn dat het is uitgesplitst per gemeente. Ik weet niet of dat gebruikelijk is, maar ik vond het in ieder geval heel fijn en natuurlijk de belangrijkste aanbeveling om eigenlijk het door te sturen naar het college met de vraag ga ermee aan de slag, hè? Ik bedoel, daar konden we wat mee. Ik had over een aantal dingen nog wel even een vraag, dat ging over de er was een benchmark werd erin genoemd. Dat was naar aanleiding als die cliënt een gesprek heeft gehad of nou ook echt samen is gezocht met die cliënt naar de meest passende oplossing. En daar kwamen we als gemeente niet zo heel goed uit, hè? Er was wat ontevredenheid over en ik vroeg me af waar zit hem dat dan in? Hebben wij dan een ander aanbod, vindt dat gesprek minder kwalitatief goed plaats? Ik zoek even, waar zit het hem in vanuit de kant van de ondersteuning van de consulent of in het aanbod dat we hier in onze gemeente hebben? Het tweede, dat gaat over die doorlooptijden, ook daar mijn vraag: zit hem dat in hè? Daar scoren we ook ten opzichte van andere gemeenten minder goed. Is daar ook een verklaring voor te vinden, waarom dat zo is? Hebben we hier minder ambtelijke ondersteuning of hebben we hier meer aanvragen of ligt dat bij de verwijzende instellingen? En ja, het laatste, deze studie, dit onderzoek is gedaan in 2017. Nou, we rollen straks 2019 in en een van de aanbevelingen van de Rekenkamer is: als het college ermee aan de slag gaat, houd dan ook vinger aan de pols als Raad. Nou, willen we niet elke keer zo'n uitgebreid onderzoek laten plaatsvinden, maar wat zijn nou ook passende meetinstrumenten? Heeft u daar ook gedachtes bij als Rekenkamer waarmee we wat beter grip erop kunnen hebben? Er is nu al een cliënt ervaringsonderzoek, maar kunnen we op een andere manier daar ook nog meer grip op krijgen? Misschien heeft u daar nog een aanbeveling bij. Dank.

Onbekende spreker

U wel voorzitter, ook namens de VVD Leidschendam-Voorburg allereerst dank voor het rapport. Ik heb iets meer vragen. Allereerst over de conceptualisatie, u doet een cliëntervaringsonderzoek en daarbij horen natuurlijk de vragen: wist u waar u moest zijn? Werd u daar snel geholpen en voelde u zich gehoord? Maar ik mis eigenlijk het element over resultaat. Heeft hetgeen wat is toegewezen ook daadwerkelijk bijgedragen aan het vergroten van de maatschappelijke participatie, dan wel de zelfredzaamheid? Dit zijn immers de twee belangrijkste doelen uit de WMO en ik vraag dit even specifiek, omdat als je vraagt: ben je tevreden aan iemand die precies heeft gekregen wat hij heeft gehad, is hij altijd wel tevreden. Maar iemand die misschien niet direct krijgt wat hij bij het begin in zijn hoofd had, maar waarvan het resultaat achteraf misschien nog wel beter is en waarschijnlijk de tevredenheid achteraf hoger, dat is misschien nog wel belangrijker. Dus ik ben even benieuwd of hier een bewuste keuze is gemaakt. Dan over de operationalisatie, er worden 4 aanvragers gevolgd op de voet. Vanaf het eerste contactmoment tot aan de toewijzing dan wel afwijzing. Daarnaast wordt er een focusgroep van 6 personen voor Leidschendam-Voorburg opgericht en in totaal hebben we het dus over 10 personen. In het rapport is te lezen dat in 2017 1807 feitelijke aanvragen door de gemeente zijn verwerkt. En ik vroeg me even af hoe representatief die 10 staan voor die 1807 en dan heb ik het nog niet eens over die 311 die we per ongeluk kwijt zijn. Over die 4 personen die worden gevolgd, het viel mij op dat alle interviews met deze personen telefonisch zijn gedaan. Dat staat wel in het rapport en ik snap dat het voor de snelheid goed is. Maar nou ja, goed, vanuit onderzoek weten we dat daar dan best wel wat informatie verloren kan gaan, zowel verbaal als non-verbaal en ik zie u schudden, dus ik hoop dat u mij daarin kunt corrigeren. En dan mis ik eigenlijk in het onderzoek ook een PGB-traject, een persoonsgebonden budget. Juist daar waar de vraag niet zo netjes in een hokje te plaatsen is, wordt het spannend en wordt het vooral spannend of mensen zich dan ook nog goed geholpen dan wel goed gehoord voelen. En ik snap dat dat bij die 4 personen vooraf niet te voorspellen is of het uiteindelijk toch een PGB gaat worden. Maar had dit dan misschien niet in de focusgroep meegenomen kunnen worden? En dan nog 3 vragen specifiek over Leidschendam-Voorburg. Op pagina 10 wordt vermeld dat wij als enige van de 4 gemeenten aan nazorg en periodieke evaluatie doen. U snapt, mijn hart maakt een sprongetje tot ik bij pagina 102 kwam, waarin letterlijk staat dat er na de beschikking geen contact meer is met die cliënt, tenzij dat op aanvraag van de cliënt zelf nog gebeurt. Dus ik vroeg me even af, doen we dat nou als gemeente wel of doen we dat als gemeente niet? En dan op bladzijde 20 stelt u dat voor Leidschendam-Voorburg op alle vragen met betrekking tot de toegang dat wij lager scoren dan de vergelijkbare gemeenten. En volgens mij stelt u dan heel terecht dat u op basis van dit onderzoek daar geen uitspraken op kunt doen, maar doet vervolgens wel een aanbeveling voor verder onderzoek. En ik vroeg me even af of met betrekking tot dat verdere onderzoek, bent u van mening dat hiervoor een analyse gemeentebreed volstaat of dat hier toch een aanbeveling voor analyse op wijkniveau te doen is? Dank u wel.

K. Tigelaar - Burgemeester

Dank u wel. Ik hoop dat u heeft mee kunnen schrijven. En wilt u deze vraag beantwoorden?

Onbekende spreker

Beantwoorden kan ik niet beloven dat ik alle vragen nog helemaal kan beantwoorden en dat ik ze helemaal volledig nog voor ogen heb, maar ik doe mijn best. De eerste set vragen was van de Partij van de Arbeid, hè, mevrouw Paul Lansing, dat ging met name om de vraag van: wat zijn dan de consequenties voor de organisatie als deze aanbevelingen worden uitgevoerd? Dat weet ik niet precies. Wat ik wel weet is dat we al een overleg hebben gehad met vertegenwoordigers van de vier ambtelijke organisaties. We noemen dat dan een warme overdracht waarin wij hebben aangegeven van nou, wij zijn tot deze conclusies gekomen. Dit zijn ook onze aanbevelingen. Kunnen jullie er wat mee binnen jullie organisatie? En het beeld wat uit dat gesprek kwam was van nou, dat zijn hele waardevolle aanbevelingen, we gaan daarmee aan de slag, hè? Dat daarnaast misschien ook op grond van allerlei andere factoren de organisatie allerlei dingen veranderd moet worden. Dat weet ik niet, dat weet ik niet, maar in ieder geval men heeft wel aangegeven: we willen ermee aan de slag. Sterker nog, men is er al mee aan de slag gegaan. En als het gaat, dus ik denk dat dat het antwoord is op uw vraag. Het is niet zo dat we direct hebben te horen gekregen van: het is veel te ingewikkeld, veel te moeilijk. Dat is zo ingrijpend, dat doen we niet. Of dat kunnen we niet. Als het gaat om de vraag van de heer Strauss. Die had het met name over de ontevredenheid, relatief lagere scores dan in andere vergelijkbare gemeenten. Daar hebben wij geen specifiek onderzoek naar gedaan. We hebben in feite zelfstandig onderzoek gedaan. Dat zijn die shadowing, een aantal cliënten hebben gevolgd, nog een aantal andere gesprekken gevolgd en we hebben gekeken of het onderzoeksbureau heeft gekeken naar de uitslag van de cliënttevredenheidsonderzoeken. En ja, daar zit toch een bepaalde discrepantie tussen hè? Want die geshadowde, het zijn er inderdaad een beperkt aantal, die zijn het algemeen tevreden over hoe het gaat, maar tegelijkertijd heeft het onderzoeksbureau ook geconstateerd dat ja hoe dat, hoe dat gekomen is en wat de oorzaken daarvan zijn weten we niet, maar dat dat leidt ze van Voorburg relatief slecht scoort. Dus vandaar dat we het eigenlijk hebben teruggegeven aan de ambtelijke organisatie. Ga eens op zoek naar de oorzaken, hè? Wij konden het niet vinden. Het was ook geen onderwerp van ons onderzoek. En dan mevrouw van de VVD, sorry de naam, dan ging het om de vraag van jullie hebben niet gekeken naar de resultaten. Jullie hebben alleen maar gekeken naar de toegang hè tot het moment, tot dat de beschikking is afgegeven. Daarna begint het in feite pas voor een cliënt, want dan krijgt zo'n cliënt een voorziening, hè? Krijgt u die voorziening op een goede manier, is hij er tevreden mee? Voldoet dat aan de hulpvraag die die heeft, beantwoordt dat aan zijn vraag en uiteindelijk wat zijn dan de maatschappelijke effecten? Daar hebben we niet naar gekeken. We hebben gekeken tot en met de beschikking wat we wel hebben gezegd. Het zou ook in de inleiding waar we wat we op wat we willen gaan doen als een vervolgonderzoek. Eens kijken van wat zijn nou de ervaringen van cliënten die een WMO-voorziening hebben ontvangen, hebben die gekregen wat ze wilden hebben? Was dat een goede voorziening gelet op de hulpvraag, wat zijn de maatschappelijke effecten uiteindelijk van het feit dat voorzieningen worden verstrekt? Maar dat was geen onderwerp van dit onderzoek. Wel van een eventueel ander onderzoek. En als het gaat om de representativiteit, we hebben vier, er zijn vier cliënten intensief gevolgd. Ja, dat was natuurlijk voor ons ook een vraag. Ook richting het onderzoeksbureau hè? Toen ze met dit voorstel kwamen van we gaan een beperkt aantal mensen heel intensief volgen. Ja, dat was voor ons ook de eerste vraag. Ja, in hoeverre is dat nou representatief als je het hebt over een veel grotere groep? Nou, wij denken dat natuurlijk als je veel meer dan kun je zeggen is representatiever, maar dat wij op basis van die vier trajecten toch een goed beeld hebben kunnen schetsen van hoe het gaat in de gemeente Leidschendam-Voorburg. Ook omdat het onderzoeksbureau ook met de ambtelijke organisatie heeft gesproken. Ook heeft gekeken, hoe gaan die trajecten? Normaal gesproken zijn er afwijkingen in dit traject hè die vier die we hebben onderzocht, dus wij denken dat met die vier shadowing trajecten in combinatie met de gesprekken die we gehad hebben die het onderzoeksbureau heeft gehad met de ambtelijke organisatie dat we een goed beeld hebben kunnen geven van hoe de toegang in Leidschendam-Voorburg is georganiseerd. En dan de vraag over de nazorg. Nou, ik heb het al gezegd in het beleidsplan van de gemeente staat van we willen aandacht besteden aan nazorg en in de praktijk. Ja, blijkt dat tegen te vallen, hè? Wordt dat onvoldoende gedaan? Dat is gewoon een constatering. En als het gaat om die lagere scores als het gaat om die cliënttevredenheidsonderzoek heb ik eigenlijk al een antwoord op gegeven. Hoe dat precies zit weten we niet, was ook geen onderwerp van dit onderzoek. Dank u wel. Dank u wel.

K. Tigelaar - Burgemeester

Hiermee zijn de toelichtende vragen beantwoord. Dan wil ik u danken voor de toelichting en ook de beantwoording van de vragen. Nou, als er echt een, ja. Nog.

Onbekende spreker

Ik had nog gewoon een vraag gesteld over een aanbeveling over een geschikt meetinstrument. Er wordt niet echt een aanbeveling gedaan over hoe je dat dan zou moeten meten.

Onbekende spreker

Ja, wat wij, ja, die aanbeveling hebben dus ook niet gedaan. Als het gaat om het volgen van de opvolging van de aanbevelingen door de ambtelijke organisatie, hebben we in feite alleen maar gezegd: zorg ervoor dat er gerapporteerd wordt terug naar de Raad wat er met die aanbevelingen is gebeurd, hè? Dat was ons onderzoek, maar hoe je moet volgen... Nee, laat ik zo zeggen, we hebben nog één ding en dat is denk ik wel van belang voor de Raad om te volgen. Dat zijn met name de doorlooptijden. Ik bedoel, dat is iets waar je als Raad wat mee kunt en dat hebben we ook expliciet in ons rapport opgenomen. Kijk, als Raad moet je je niet bemoeien met hoe precies die interne organisatie werkt. Daar gaat het niet om, hè. Het gaat om de doelen, die moet je controleren en de randvoorwaarden. Wat ons betreft, de rekenkamercommissie betreft, is dat een heel belangrijke indicator ook voor de Raad. Hoe staat het met de doorlooptijden, hè? Moeten mensen lang wachten voordat ze een gesprek hebben, moeten ze lang wachten voordat er een voorziening komt? Dat zijn in feite de kernzaken waar je op moet toetsen als het gaat om de toegang.

K. Tigelaar - Burgemeester

Dan, dank voor de toelichting en de beantwoording van de vragen en dan gaan wij over tot het debat over het rapport. Ik heb hier staan de heer Van Rossem. Dank.

J. van Rossum - GroenLinks

Voorzitter. Het is 10.30 uur en we zijn aan ons tweede bespreekpunt bezig in de oordeelsvorming, dus we zullen in Den Haag zich vast niet laten inspireren door onze vergaderorde, maar wellicht wel door hoe we het sociaal domein toegankelijk hebben gemaakt. Want ik had gisteravond nog contact met mijn collega's uit de Haagse Raad, omdat daar vanavond een voorstel van VVD en GroenLinks wordt gedaan om de toegankelijkheid van de voorzieningen te verbeteren, waaronder ook de voorzieningen in het sociaal domein en ze refereren daar onder andere aan onze hardwerkende eurobalans en ook aan hoe we de processen hebben ingericht. En ze belden daar met mij over, omdat wij vanavond ook hier wat voorstellen hebben aangenomen over de bejegening van cliënten binnen Werk en Inkomen ook binnen ons sociaal domein. En ik had het er gisteren over met de Haagse GroenLinks-fractie dat de papieren werkelijkheid natuurlijk altijd een andere is dan de fysieke werkelijkheid en ik heb ze daarvoor gewaarschuwd. Neem vooral over wat wij goed doen en wat we goed hebben ingeregeld. Maar let er ook op dat de uitvoering daarvan niet altijd even soepeltjes gaat. En dat is ook precies, voorzitter, waarom ik zo blij ben dat we die moties over de bejegening binnen Werk en Inkomen vanavond hebben aangenomen, want ook dat is een gebied waarin we het op papier heel erg goed hebben ingeregeld en de processen ook lopen als een huis, maar waarbij de praktijk af en toe weerbarstiger is. Het rapport van de Rekenkamercommissie spreekt ook over de aanvragen die op papier keurig geregeld worden. En dat kan eigenlijk best divers, maar in de praktijk blijkt dat het toch echt via dat ene formulier moet. En ik denk ook wat dat betreft dat het stuk klip en klaar is. Ook ik ben heel dankbaar voor het stuk van de Rekenkamercommissie en volgens mij is het heel simpel en moeten we als Raad het College oproepen om met dit stuk in de hand de organisatie door te gaan. Want als we het hebben over hoe gaan we de logistiek verbeteren of hoe kunnen we kijken naar die toegankelijkheid, dan is dit volgens mij een stuk waarmee je de kwaliteit van de dienstverlening kan verbeteren. En dan heb ik het niet alleen over de suggesties voor de toegankelijkheid aan de balies, maar ook over het volgen van cliënten. Volgens mij is het een verstandig stuk.

J. van Rossum - GroenLinks

Nogmaals benadrukken, voorzitter, die werkelijkheid is niet van papier. Als we die drempels naar beneden willen krijgen, als we willen dat de voorzieningen voor verschillende doelgroepen daadwerkelijk die doelgroep raken, dan moeten we de communicatie aanpassen. Ook daar wordt over gesproken in het stuk van de rekenkamercommissie. Volgens mij is het stuk klip en klaar. Ik ben benieuwd of het college het aandurft om vanavond een reactie te geven, want volgens mij kan het toch niet zo zijn dat ze het stuk helemaal nog niet gezien hebben. En tot slot, voorzitter, zou ik maar hier willen zeggen dat dit volgens mij bij uitstek hét bewijs is dat bezuinigen op rekenkamercommissies onverstandig is. Dank u.

Onbekende spreker

Dank u wel, voorzitter. Ik denk dat het rapport dat wij nu voor ons hebben liggen een heel goed rapport is, een rapport van een toets. Een praktijktoets zou ik het haast willen noemen die uitgevoerd is op ons beleid betreffende de toegang tot de WMO. Omdat het een praktijktoets is, bevat het hele waardevolle aanbevelingen. Ergens staat ook in het rapport dat een van de aanbevelingen is om kortere en toegankelijk geschreven brieven te maken als gemeente. Nou, dit rapport is heel toegankelijk geschreven en het was niet kort. Ik heb het helemaal gelezen, dat is geen kritiek hoor dat het niet kort is, want dat bedoel ik vooral als een compliment dat het echt toegankelijk geschreven is en dat het heel goed bereikbaar is volgens mij. Het ligt gewoon heel simpel. Ik denk dat we gewoon het college kunnen oproepen om deze praktische aanbevelingen te gebruiken, om de aanbevelingen over te nemen en ook met de ambtelijke organisatie dus over te nemen. Ik wil graag op drie punten van het rapport ietsje nader ingaan. Ik ben misschien een stapje verder dan sommige van de vorige sprekers of vragenstellers. Een van de punten die genoemd wordt in het rapport is over de onafhankelijke cliëntondersteuner. Kennelijk staat in onze brief dat er beroep gedaan kan worden door een aanvrager op een onafhankelijk cliëntondersteuner als er verder niemand is, ik zeg het even zo. Terwijl de wet gewoon voorschrijft dat iedereen een onafhankelijke cliëntondersteuner mag gebruiken, dus ik wil graag in overweging geven: waarom verwoorden wij dat niet zoals andere gemeenten dat ook doen, dat er gewoon beroep gedaan kan worden op een onafhankelijk cliëntondersteuner? In de praktijk doen dan vooral mensen die geen mantelzorger of iets dergelijks hebben dat beroep. Maar we hoeven dat denk ik in onze brief niet al de mensen in de mond te leggen als het ware. Dan een punt wat in het rapport nazorg wordt genoemd en zojuist ook in de toelichting. Ik denk dat nazorg geen goede term is in dit geval. Het gaat erom dat nadat de beschikking is afgegeven, er geen navraag meer wordt gedaan of de zorg ook is gestart. Volgens het beleid is dit wel de bedoeling, maar in de praktijk in deze gevolgde gevallen is daar kennelijk niet aan toegekomen. Nou ja, dat leren we dan. Hiervan wordt kennelijk prioriteit gegeven aan andere dingen. Dat is begrijpelijk. Maar.

Onbekende spreker

Is toch goed, denk ik dat dit rapport er aandacht voor vraagt, navragen of de zorg is gestart. Moeten we toch ook proberen te doen? Ik hoor bijvoorbeeld in de kringen van belangenverenigingen dat het in bepaalde gemeentes wel gebeurt dat een beschikking wordt afgegeven, voor dagdelen dagbesteding. En dat die dagdelen niet echt geleverd worden in de praktijk, dus als er geen navraag naar wordt gedaan, kunnen we dat ook niet weten of dat bij ons speelt, denk ik. En een laatste punt dat ik zou willen noemen uit het rapport. En dat is ja best wel een dingetje natuurlijk. Het sociaal servicepunt, dat eigenlijk maar zulke beperkte openingstijden heeft. Het is natuurlijk niet ideaal. Bij mij kwam de gedachte op, kan er niet onderzocht worden of er ervaringsdeskundigen ingezet kunnen worden om die openingstijden van het sociaal servicepunt te verruimen. Ik heb het idee dat er in het land ook pilots mee gedraaid zijn om ervaringsdeskundigen in te schakelen op dat gebied. En als wij misschien ook ervaringsdeskundigen gaan inschakelen, dan kunnen onze openingstijden van het sociaal servicepunt misschien verruimd worden. En dat denk ik in het belang van onze inwoners. Dank u wel.

Onbekende spreker

Dank u, meneer de Voorzitter, ik begrijp dat we ook een beetje nu aan het experimenteren zijn met een rapport dat we eerst als Raad bespreken en daarna eigenlijk pas naar het college sturen met het verzoek om daarop te reageren en daar is nog een extra experiment bijgekomen. Begrijp ik dat er een soort beeldvorming ook nog heeft plaatsgevonden. Ik dank in ieder geval wel de Rekenkamer voor de toelichting. Ik vond het fijn om die vragen te kunnen stellen. Tegelijkertijd heb ik wel geworsteld omdat het rapport heel erg gaat over de uitvoering en dan is het gewoon heel erg fijn om ook dan, nou ja, de reactie van het college daarbij te krijgen, dus ik zou wel graag het rapport alsnog en zo luidt ook de aanbeveling naar het college sturen om te kijken, hoe gaan ze daar mee om en inhoud aan geven? Ik denk dat we in het debat dat we hier hebben, moeten kijken welke accenten we daar nou op leggen als we het dan toch naar het college sturen. Nou, wat er inderdaad naar voren kwam, was die wachttijden en die doorlooptijden. Dat bleef ook bij mij hangen. Daarin scoren we toch wat slechter. Dat rekenkamerrapport heeft het wel over een voldoende, maar ik vind het wel een hele magere voldoende. Ik denk dat daar echt wel een ambitie wat hoger mag liggen en ik ben ook heel erg benieuwd hoe dat dan strookt met het zoeken naar die passende oplossing. Wat ook heel erg naar voren kwam bij ons, bij de CDA-fractie, is die communicatie en ik ben zelf ook eens gaan speuren op de websites hoe dat dan nou in de taal wordt vormgegeven. Ik denk dat daar nog wel winst te behalen is en ik denk dat we daar ook in bredere zin ook eens naar zouden kunnen kijken hoe je voor verschillende groepen laaggeletterden, maar ook anderstaligen veel beter kunt communiceren. Veel toegankelijker kunt communiceren en ik begrijp dat soms de ambtelijke taal lastig te vertalen is naar Jip en Janneke of B1 in de vaktermen heet het geloof ik, maar ik denk dat we daar wel een ambitie hebben en ik zou ook mijn collega's in de Raad willen oproepen om te kijken of we daar samen ook wat breder naar zouden kunnen kijken. En vervolgens zit het bij mij ook wel een vraag hoe we uiteindelijk gaan kijken hoe dan? Dit is het stukje van de toegang, waar zit dan ook de aansluiting met de uiteindelijke inkoop en de tevredenheid op datgene wat uiteindelijk de cliënt gaat krijgen. Nou, dat zat dus niet meegenomen in dit onderzoek, maar ik heb daar wel uiteindelijk wat vragen over. Dus kort en goed. Ik zou heel graag het stuk door willen zenden naar het college. Tegelijkertijd ook vragen daarbij te vragen om aan te geven hoe zij inhoud gaan geven, maar ook op welke manier we dan ook vinger aan de pols kunnen houden, specifiek als het gaat om de doorlooptijden en het cliënt ervaringsonderzoek dat frequent wordt uitgevoerd, zodat we ook wat monitoring kunnen doen. En het tweede is, ik wou mijn collega's oproepen om te kijken of we ook het college kunnen oproepen om wat breder te kijken naar de communicatie van de gemeente naar cliënten in bredere zin.

K. Tigelaar - Burgemeester

Dank u wel, dan geef ik het woord aan mevrouw Paul Tamse. Ja voorzitter dank.

Onbekende spreker

Dank. Helder stuk van de Rekenkamer, concrete waardevolle aanbevelingen had ik net al gezegd. Ook wij zijn benieuwd naar de reactie van het college, wat zij gaan doen met de aanbevelingen en wat wij graag zouden willen terugzien in de reactie. Het meeste is eigenlijk al gezegd. Nou, het is heel helder dat de doorlooptijden aanzienlijk moeten worden verbeterd. Onze gemeente scoort daar heel slecht op. Aandachtspunt is ook de nazorg en de communicatie naar de cliënten toe. Zoals het in het rekenkamerrapport staat, zijn allemaal zaken die betrekking hebben op de organisatie rondom de toegang. Wij zouden graag een reactie van het college willen zien en op basis daarvan kijken hoe we dit verder vormgeven binnen onze raad.

K. Tigelaar - Burgemeester

Dank u wel, mevrouw Van den Heuvel. Ja, dank u.

Onbekende spreker

Wel voorzitter, nogmaals dank en ook dank voor de antwoorden op de vragen. Voor de VVD is de WMO, de Wet maatschappelijke ondersteuning, niet zozeer een vorm van zorg, maar vooral een instrument in handen van onze burgers om naar eigen inzicht en zo zelfstandig en op een waardige manier mogelijk hun leven in te richten dan wel voort te zetten. En in dat licht is ieder onderzoek dat onderzoekt of onze inwoners dat ook zo ervaren, of ze dat zelf zelfstandig snel kunnen regelen, voor de VVD dan ook van groot belang. Ik wil eigenlijk, ik denk, nee, laat ik het anders formuleren. Ik zou me graag aan willen sluiten bij de collega van het CDA als hij zegt dat ik dit rapport graag zou willen bespreken in combinatie met de schriftelijke reactie van het college op de aanbevelingen. Maar ik zou als VVD ook wel graag willen vragen hierbij niet alleen oog te hebben voor de aanbevelingen, de concrete aanbevelingen zoals die in het rapport gedaan worden, maar eigenlijk ook hetgeen wat tussen de regels door te lezen is. En dat zijn volgens mij twee punten, namelijk het multidisciplinair werken. Op pagina 87 geven consumenten aan dat ze heel erg moeten wennen, omdat toch vanuit de verschillende disciplines er verschillende werkwijzes zijn. Maar ook anders gekeken wordt naar het probleem of wat deze aanvrager nodig heeft. Het tweede is eigenlijk ook aandacht te hebben bij de toegang voor het voorveld en de keten. Aan de voorkant wordt gezegd op pagina 103 dat huisartsen eigenlijk vrij weinig kennis hebben of inzicht hoe die WMO nu georganiseerd is in die gemeente en eigenlijk daarbij standaard maar vaak terug naar het loket bij de gemeente verwijzen. Dus graag ook in de beantwoording aandacht hoe wij dat voorveld, die keten en die toegang mee kunnen nemen, dank u wel. Dank.

K. Tigelaar - Burgemeester

U wel, dan geef ik het woord aan de heer Van Dolen. Voorzitter, dank.

A.G.M. Brans - GBLV

Dank Sinterklaas is net geweest en de kerst komt eraan. Sinterklaasperiode van cadeautjes, kerst ook de periode van cadeautjes tegenwoordig en gelukkig hebben we in die tussenliggende periode ook een cadeautje gekregen. Zo zie ik het rapport van de rekenkamercommissie. Het is een cadeautje wat precies op tijd komt. Het is een cadeautje wat helder aangeeft wat er verbeterd moet worden en wat er veranderd kan worden om als gemeente nog weer verder te gaan in de verbetering van met name de behandelprocedure, want daar gaat dit rapport over: de toegangsprocedure in de WMO. Het gaat dus niet over alles wat daarna gebeurt, maar het gaat over het proces van melding tot het behandelen van de aanvraag en het afhandelen van de aanvraag. En daar hebben we dus nu een antwoord op, hoe gaan wij als gemeente daarmee om? En helaas scoren we dus iets minder goed. Ik wil het ook niet dramatiseren, iets minder goed dan een aantal andere gemeenten. Ik wil ook niet ten aanzien van dit rapport nu dat het college vraagt om nu te reageren. Meneer Van Rossum, u vroeg erom en u was net even aan het begin van de discussie, was u even heel helder op de procedure? Dit rapport is aan de Raad aangeboden en de Raad moet het nog formeel aan het college aanbieden. Dus volgens mij hoeft het college ook helemaal niet te reageren, maar kan kennis nemen van wat wij zeggen. Het rapport is interessant, er staan niet alleen formele dingen in de formele adviezen, maar er staan ook heel veel dingen tussen de regels.

J. van Rossum - GroenLinks

Ja voorzitter, ik ben het natuurlijk roerend eens met de heer Van Dolen, maar als we dan toch al die procedures met voeten treden, dan kan deze er nog wel bovenop.

A.G.M. Brans - GBLV

Ik vind dat je dan toch moet proberen om zo zuiver mogelijk te blijven. Ik wil ook aansluiten bij de oproep van de VVD om niet alleen de formele zaken die benoemd zijn, maar ook de tussen-de-regel-adviezen, zoals ik het dan maar even noem, ook goed mee te nemen en het ambtelijk apparaat wil ik uitdagen om samen met de collega's of met de mensen van de rekenkamercommissie, maar ook van de belangenbehartigingsorganisaties te kijken naar hoe we dit rapport nu verder vorm en inhoud kunnen geven in het werk van onze ambtenaren van onze gemeente om dit proces zo goed mogelijk te laten lopen. Dus ja, er komt, neem ik aan, een antwoord van het college als het rapport van mij is aangeboden. Dank.

K. Tigelaar - Burgemeester

U wel. Hiermee heb ik alle inbreng van de eerste termijn gehad. Ik zou willen vragen of er nog behoefte is aan een tweede termijn, anders zou ik willen voorstellen dat met de inbreng van de eerste termijn u ook daarmee aangeeft. En zo heb ik de oproep ook een beetje gehoord om het rapport met datgene wat in deze eerste termijn is aangegeven om daar een reactie van het college op te vragen, zodat u en met de reactie niet alleen op het rapport, maar ook datgene wat er vanavond gezegd is, ook het vervolgdebat daarover kan voeren. En dat gaat dan over de verdere uitvoering van de behandelprocedure, zoals de heer Van Dolen ook al benoemde. Akkoord om dat zo verder te brengen en dan komt dat later terug met een uitgebreide reactie op het rapport en wat u heeft meegegeven in deze eerste termijn. Dan