De gemeenteraad van Leidschendam-Voorburg heeft een motie aangenomen om langdurige braakligging van terreinen aan te pakken. Het voorstel, ingediend door GBLV-leden R. Guleij en M. Velù, roept op tot vroegtijdige oplossingen en tijdelijke openbare benutting van deze terreinen.
Politiekverslaggever Rijk de Bat
Tijdens de raadsvergadering werd de motie over braakliggende terreinen uitvoerig besproken. De indieners, R. Guleij en M. Velù van GBLV, benadrukten de noodzaak om terreinen die na sloop vaak lang braak blijven liggen, beter te beheren. "We willen situaties zoals bij Mariënpark en RustOord in de toekomst voorkomen," aldus Guleij.
De motie stelt voor dat terreinen die na drie maanden nog niet bebouwd worden, tijdelijk voor openbare doeleinden worden gebruikt, zoals parkeerplaatsen, of worden geëgaliseerd en ingezaaid. Dit alles zonder kosten voor de gemeente. Wethouder de Ridder reageerde positief op de motie, maar wees op de mogelijke extra werkdruk voor de gemeente. "Als we dit accepteren, draagt het bij aan een actieve betrokkenheid van bewoners bij hun omgeving," aldus de wethouder.
De discussie in de raad was levendig. Mevrouw van Giessen, mede-indiener van de motie, benadrukte dat eigenaren niet verplicht kunnen worden, maar wel aangesproken. "We willen vooral kijken naar initiatieven vanuit bewoners zelf," zei ze. De heer Rouwendaal van de ChristenUnie-SGP vond de strekking van de motie sympathiek en gaf aan deze te steunen.
Niet alle raadsleden waren direct overtuigd. De heer Geluk van het CDA uitte zorgen over gewenning aan groene terreinen en pleitte voor meer bezinning. "Het gevaar is dat er gewenning ontstaat aan mooie groene terreinen, wat weerstand kan oproepen bij nieuwe bouwplannen," stelde hij.
De VVD, vertegenwoordigd door de heer Eleveld, vroeg om meer duidelijkheid over de financiële consequenties. "We willen weten wat de kosten zijn van deze tijdelijke invullingen," aldus Eleveld. De wethouder kon hier geen exacte cijfers over geven, maar benadrukte dat het om projectkosten en ambtelijke inzet gaat.
Uiteindelijk werd de motie, met een kleine aanpassing over de termijn van drie maanden, aangenomen. Alleen het CDA stemde tegen. De raad hoopt met deze motie een stap te zetten naar een aantrekkelijker en veiliger straatbeeld in Leidschendam-Voorburg.
Samenvatting van het voorstel
De motie, ingediend door de leden R. Guleij en M. Velù van GBLV, betreft het beleid inzake braakliggende terreinen in de gemeente Leidschendam-Voorburg. De raad overweegt dat terreinen na sloop vaak lang braak blijven liggen, wat geen nut dient, de beeldkwaliteit schaadt en een gevaar voor de omgeving kan vormen. De verantwoordelijkheid voor het terrein ligt bij de eigenaar, en aanpassingen zoals het zaaien van gras of opruimen van rommel mogen niet op kosten van de gemeente plaatsvinden. De motie verzoekt het college om in een vroeg stadium oplossingen te zoeken om langdurige braakligging te voorkomen, bijvoorbeeld door uitgestelde sloop. Daarnaast wordt voorgesteld om braakliggende terreinen aan toegangswegen en binnenstedelijke gebieden, die na drie maanden nog niet bebouwd worden, tijdelijk voor openbare doeleinden te benutten, zoals parkeerplaatsen, of ze te egaliseren en in te zaaien, zonder dat dit de gemeente geld kost.
Documenten
-
Analyse van het document
Titel en Samenvatting
Titel: Motie inzake beleid voor braakliggende terreinen
Samenvatting: De motie van dhr. R. Guleij (GBLV) richt zich op het aanpakken van langdurig braakliggende terreinen in de gemeente Leidschendam-Voorburg. Het stelt dat deze terreinen na sloop vaak onnodig lang braak blijven liggen, wat de beeldkwaliteit schaadt en mogelijk gevaar oplevert. De motie verzoekt het college om bij het opstellen van overeenkomsten met eigenaren en projectontwikkelaars aandacht te besteden aan de invulling van deze terreinen. Het stelt voor om samen met omwonenden te onderzoeken of een tijdelijke groene, recreatieve of maatschappelijke invulling mogelijk is, waarbij de kosten voor de projectontwikkelaar zijn.
Oordeel over de volledigheid
De motie is redelijk volledig in het adresseren van de problematiek van braakliggende terreinen en biedt concrete stappen voor tijdelijke invulling. Echter, het mist specifieke details over hoe de participatie met omwonenden vormgegeven wordt en hoe de veiligheidseisen precies worden gewaarborgd.
Rol van de Raad
De rol van de raad is om de motie te bespreken, te amenderen indien nodig, en uiteindelijk goed te keuren of af te wijzen. De raad moet ook toezien op de uitvoering van de motie door het college.
Politieke keuzes
De raad moet beslissen of ze de verantwoordelijkheid en kosten voor tijdelijke invulling bij de projectontwikkelaars willen leggen en in hoeverre ze omwonenden willen betrekken bij de besluitvorming over de invulling van braakliggende terreinen.
SMART en Inconsistenties
De motie is niet volledig SMART (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden). Het is specifiek en acceptabel, maar mist meetbare doelen, een tijdsbestek en een duidelijke realistische haalbaarheid. Er zijn geen duidelijke inconsistenties, maar de uitvoering kan complex zijn zonder verdere specificaties.
Besluit van de Raad
De raad moet besluiten of ze de motie willen aannemen en het college de opdracht willen geven om de voorgestelde maatregelen uit te voeren.
Participatie
De motie benadrukt participatie door omwonenden bij het onderzoeken van tijdelijke invullingen voor braakliggende terreinen. Echter, het biedt geen gedetailleerd plan voor hoe deze participatie vorm krijgt.
Duurzaamheid
Duurzaamheid is impliciet relevant, gezien de suggestie voor groene invullingen van braakliggende terreinen. Echter, de motie benoemt duurzaamheid niet expliciet als doel.
Financiële Gevolgen
De motie stelt dat eventuele kosten voor tijdelijke invulling voor rekening van de projectontwikkelaar zijn. Er wordt geen gedetailleerde financiële analyse of dekking vanuit de gemeente besproken.
-
Analyse van het document
Titel en Samenvatting
Titel: Motie inzake beleid voor braakliggende terreinen
Samenvatting: De motie, ingediend door dhr. R. Guleij van GBLV, richt zich op het aanpakken van langdurig braakliggende terreinen in de gemeente Leidschendam-Voorburg. Het benadrukt de negatieve impact van braakliggende terreinen op de beeldkwaliteit en veiligheid. De motie stelt voor om bij het opstellen van overeenkomsten met eigenaren en projectontwikkelaars aandacht te besteden aan de invulling van deze terreinen. Het suggereert tijdelijke groene of recreatieve invullingen, waarbij omwonenden betrokken worden. Kosten voor tijdelijke invulling zouden voor rekening van de projectontwikkelaar moeten komen. De gemeente wordt verzocht om samen met eigenaren en omwonenden naar oplossingen te zoeken.
Volledigheid van het Voorstel
De motie is redelijk volledig in het adresseren van de problematiek van braakliggende terreinen en biedt concrete stappen voor tijdelijke invulling. Echter, het mist specifieke details over hoe de participatie van omwonenden georganiseerd wordt en hoe de veiligheidseisen precies gewaarborgd worden.
Rol van de Raad
De raad speelt een toezichthoudende en besluitvormende rol. Ze moeten de motie goedkeuren en het college opdragen om de voorgestelde acties uit te voeren.
Politieke Keuzes
De raad moet beslissen of ze de verantwoordelijkheid en kosten voor tijdelijke invulling bij de projectontwikkelaars willen leggen en hoe ze de participatie van omwonenden willen vormgeven.
SMART-Analyse en Inconsistenties
De motie is deels SMART: het is specifiek en relevant, maar mist meetbare doelen, een tijdsgebonden kader en een duidelijke toewijzing van verantwoordelijkheden. Er zijn geen duidelijke inconsequenties, maar de haalbaarheid van de kostenverdeling kan een punt van discussie zijn.
Besluit van de Raad
De raad moet besluiten of ze de motie aannemen en het college de opdracht geven om de voorgestelde maatregelen te implementeren.
Participatie
De motie benadrukt de betrokkenheid van omwonenden bij het vinden van tijdelijke invullingen, maar biedt geen gedetailleerd plan voor hoe deze participatie georganiseerd wordt.
Duurzaamheid
Duurzaamheid is impliciet relevant, gezien de suggestie voor groene invullingen van braakliggende terreinen, maar het wordt niet expliciet genoemd als doel.
Financiële Gevolgen
De motie stelt dat eventuele kosten voor tijdelijke invulling voor rekening van de projectontwikkelaar moeten komen. Er is geen gedetailleerde financiële analyse of dekking opgenomen, wat een punt van aandacht kan zijn voor de raad.
-
Analyse van het document
Titel en Samenvatting
Titel: Motie inzake beleid voor braakliggende terreinen
Samenvatting: De motie van dhr. R. Guleij (GBLV) richt zich op het aanpakken van langdurig braakliggende terreinen in de gemeente Leidschendam-Voorburg. Het stelt dat deze terreinen na sloop vaak onnodig lang braak blijven liggen, wat de beeldkwaliteit schaadt en een potentieel gevaar voor de omgeving vormt. De motie verzoekt het college om bij het opstellen van overeenkomsten met eigenaren en projectontwikkelaars aandacht te besteden aan de invulling van deze terreinen. Het stelt voor om tijdelijke groene of recreatieve invullingen te overwegen, waarbij de kosten voor de projectontwikkelaar zijn. Ook wordt participatie van omwonenden aangemoedigd.
Oordeel over de volledigheid
De motie is redelijk volledig in het adresseren van de problematiek rondom braakliggende terreinen. Het biedt concrete stappen voor zowel terreinen in gemeentelijk eigendom als die van private eigenaren. Echter, het mist specifieke tijdslijnen en meetbare doelen.
Rol van de Raad
De raad speelt een toezichthoudende en besluitvormende rol. Ze moet het college aansturen om de voorgestelde maatregelen te implementeren en toezicht houden op de uitvoering ervan.
Politieke Keuzes
De raad moet beslissen of ze de verantwoordelijkheid en kosten voor tijdelijke invulling bij de projectontwikkelaars willen leggen en in hoeverre ze participatie van omwonenden willen stimuleren en faciliteren.
SMART en Inconsistenties
De motie is niet volledig SMART (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden). Het mist specifieke tijdsframes en meetbare doelen voor de implementatie. Er zijn geen duidelijke inconsistenties, maar de haalbaarheid van participatie en kostenverdeling kan nader worden gespecificeerd.
Besluit van de Raad
De raad moet beslissen of ze de motie aannemen en het college opdragen de voorgestelde maatregelen te implementeren.
Participatie
De motie benadrukt de rol van omwonenden in het voorstellen van tijdelijke invullingen voor braakliggende terreinen, wat participatie bevordert.
Duurzaamheid
Duurzaamheid is impliciet relevant, vooral in de context van tijdelijke groene invullingen die de ecologische waarde van de terreinen kunnen verhogen.
Financiële Gevolgen
De motie stelt dat eventuele kosten voor tijdelijke invulling voor rekening van de projectontwikkelaar zijn. Er wordt geen specifiek budget of financiële dekking vanuit de gemeente genoemd.
-
Analyse van het document
Titel en samenvatting:
De motie heeft als titel "Beleid inzake braakliggende terreinen" en is ingediend door de leden Dhr. R. Guleij en Mw. M. Velù van GBLV. De motie richt zich op het aanpakken van langdurige braakliggende terreinen na sloop, die vaak geen nut dienen en de beeldkwaliteit van de omgeving negatief beïnvloeden. De indieners verzoeken het college om in een vroeg stadium oplossingen te zoeken, zoals uitgestelde sloop, en om terreinen die langer dan drie maanden braak liggen, tijdelijk voor openbare doeleinden te benutten of te egaliseren en in te zaaien, zonder dat dit kosten voor de gemeente met zich meebrengt.
Oordeel over de volledigheid:
De motie is redelijk volledig in het identificeren van het probleem en het voorstellen van oplossingen. Echter, het biedt geen gedetailleerd plan voor de uitvoering of specifieke criteria voor wat als een geschikte tijdelijke bestemming wordt beschouwd.
Rol van de raad:
De raad heeft de rol om de motie te bespreken, te amenderen indien nodig, en uiteindelijk te stemmen over de aanneming ervan. De raad moet ook toezicht houden op de uitvoering van het beleid door het college.
Politieke keuzes:
De raad moet beslissen of zij prioriteit willen geven aan het esthetische en veiligheidsaspect van braakliggende terreinen en of zij bereid zijn om tijdelijke oplossingen te ondersteunen die geen kosten voor de gemeente met zich meebrengen.
SMART en inconsequenties:
De motie is niet volledig SMART (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden). Het is specifiek en tijdgebonden (drie maanden), maar mist meetbare doelen en een duidelijk uitvoeringsplan. Er zijn geen duidelijke inconsequenties, maar de haalbaarheid van het kostenneutraal realiseren van de oplossingen kan een uitdaging zijn.
Besluit van de raad:
De raad moet besluiten of zij de motie aannemen en het college opdragen om de voorgestelde maatregelen te implementeren.
Participatie:
De motie vermeldt geen specifieke participatie van burgers of andere belanghebbenden in het proces van besluitvorming of uitvoering.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid is niet expliciet genoemd, maar het inzaaien van braakliggende terreinen met eenjarig zaaigoed kan bijdragen aan tijdelijke vergroening en biodiversiteit.
Financiële gevolgen:
De motie stelt dat de aanpassingen niet op kosten van de gemeente moeten plaatsvinden, wat betekent dat er geen directe financiële gevolgen voor de gemeente zouden moeten zijn. Echter, de praktische uitvoering hiervan kan complex zijn en vereist mogelijk verdere verduidelijking over hoe kosten worden vermeden of gedekt.