Analyse van het document
Titel en Samenvatting:
De motie heet "Bestemmingsreserve stimulering cultuur Leidschendam-Voorburg". Het voorstel richt zich op het creëren van een bestemmingsreserve van 239.000 euro voor de stimulering van culturele initiatieven in Leidschendam-Voorburg. Dit bedrag is afkomstig van niet-gebruikte rijksmiddelen die bedoeld waren voor cultuursteun tijdens de coronapandemie. De motie benadrukt dat deze middelen specifiek moeten worden ingezet voor nieuwe culturele initiatieven, in plaats van te verdwijnen in de algemene middelen van de gemeente.
Oordeel over de volledigheid:
De motie is redelijk volledig in de context van het probleem en de voorgestelde oplossing. Het geeft een duidelijke reden voor de onderbesteding en biedt een concrete oplossing door het vormen van een bestemmingsreserve.
Rol van de raad:
De raad moet de motie bespreken en goedkeuren. Hun rol is om te beslissen of de voorgestelde bestemmingsreserve een passende en effectieve manier is om de cultuursector te ondersteunen.
Politieke keuzes:
De raad moet beslissen of ze de onderbesteding willen herbestemmen specifiek voor cultuur, of dat ze het geld in de algemene middelen willen laten vloeien. Dit vraagt om een afweging tussen specifieke steun voor cultuur en bredere financiële flexibiliteit.
SMART en Inconsistenties:
De motie is specifiek en meetbaar in termen van het bedrag en het doel (cultuurstimulering). Het is echter minder specifiek over hoe de nieuwe initiatieven worden gedefinieerd en beoordeeld. Er zijn geen duidelijke tijdsgebonden doelen genoemd.
Besluit van de raad:
De raad moet besluiten of ze instemmen met het vormen van de bestemmingsreserve van 239.000 euro voor cultuurstimulering.
Participatie:
De motie vermeldt geen specifieke participatie van culturele organisaties of inwoners in het besluitvormingsproces.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid wordt niet expliciet genoemd in de motie, maar kan relevant zijn afhankelijk van de aard van de culturele initiatieven die worden gestimuleerd.
Financiële gevolgen:
De financiële gevolgen zijn beperkt tot de herbestemming van 239.000 euro van rijksmiddelen. De motie geeft aan dat dit bedrag al beschikbaar is, maar niet hoe toekomstige initiatieven gefinancierd worden als de reserve uitgeput raakt.