Het transcript dat je hieronder aantreft is gegenereerd met behulp van computertechnologie.
Hierdoor kunnen de namen van personen en partijen soms foutief zijn weergegeven.
Indien je een fout opmerkt kun je deze gemakkelijk verbeteren door op het bewerk-symbool (het potloodje) te klikken.
Dus kunnen we gauw door naar agendapunt 8, dat zijn de hamerstukken. Hamerstukken zijn stukken die in de commissie afdoende behandeld zijn, zodat ze hier eigenlijk als hamerstuk, wat wil zeggen dat we ermee akkoord door kunnen. Maar het kan zijn dat iemand daar nog een stemverklaring bij wil afleggen. Wil iemand een stemverklaring bij een hamerstuk afleggen? Niet het geval, zijn alle hamerstukken hiermee akkoord. Dan...
Bespreekpunt één is onder 10.1 het raadsvoorstel vaststellen van de startnotitie doorontwikkeling, subsidie, systematiek, maatschappelijke subsidies. Daar is een conceptamendement voor ingediend door GroenLinks samen met PvdA, CDA en SP. Dus ik ga hen als eerste het woord geven en daarna krijgt wie er verder nog het woord wil voeren op dit agendapunt. En ik denk dat ik mevrouw Veld al de microfoon zag pakken. Klopt dat? Ga je gang.
Ja dank u wel, voorzitter. Ik denk net dat eigenlijk 10 minuten debat ook voldoende was geweest, maar dat is een beetje laat om dat nu nog te zeggen. Maar ik zal het dus wel kort houden door allereerst even te benoemen wat in dit amendement staat. Eigenlijk de subsidiesystematiek zoals we die nu wilden gaan vaststellen. De startnotitie zag er wat GroenLinks betreft al goed uit, maar de zogenaamde sociale basis, waar een hele hoop over gezegd is al en die echt ongeveer, ja wel, de kern gaat vormen van de nieuwe subsidiesystematiek, die was nog iets te dunnetjes en onvoldoende beschreven. In onze nieuwe regierol die wij als gemeente gaan nemen, vind ik het ook passen dat wij als Raad dan ook hierop juist kaders stellen voordat dat gesprek gevoerd gaat worden. De inhoud van dat gesprek laten we aan de wethouder over natuurlijk en daar komen we later op terug, maar die kaders zijn wel goed. Ja, daarom hebben we dus een alinea toegevoegd die zegt dat de gemeentelijke visie op de sociale basis op dit moment wordt ontwikkeld, maar dat we wel al in deze startnotitie enkele kaders willen vaststellen, namelijk dat de sociale basis bestaat uit drie lagen: de individuele sociale basis, de gemeenschappelijke sociale basis en de institutionele sociale basis. De individuele sociale basis biedt bestaanszekerheid aan inwoners, bijvoorbeeld op het gebied van werk en inkomen, opleiding, woning, sociaal welbevinden en gezondheid. En de rol van de lokale overheid wordt hierin geschetst op het op orde hebben van basisvoorzieningen, zoals wonen of onderwijs. De gemeenschappelijke sociale basis zorgt ervoor dat inwoners mee kunnen doen, zich kunnen verenigen en sociale contacten kunnen opbouwen en dit kan variëren van informele gezelschappen tot meer formeel georganiseerde verbanden. De rol voor de lokale overheid is het stimuleren en faciliteren van deelname aan dit soort gemeenschappen. En daarbij is ook waardering voor vrijwilligers belangrijk en dit alles wordt ondersteund door georganiseerde professionele inzet en voorzieningen. Dit is de institutionele sociale basis. De rol voor de lokale overheid is om te zorgen dat deze instituties bereikbaar en beschikbaar zijn voor mensen. Nou, een mondvol, maar wat ons betreft een goed begin om dus de belangrijke sociale basis vast te gaan leggen. Dus vandaar dank u wel. Dank u wel mevrouw.
Ja voorzitter, we hebben in de commissie een heel mooi debat gevoerd en een goed gesprek met de wethouder, en daar is dus dit amendement uitgekomen. En ja, daar wil ik het bij laten. Dank u wel.
Ja voorzitter, ik sluit me aan bij de collega's als zij zeggen dat we in de commissie een goed gesprek hierover hebben gehad. Volgens mij heb ik daar ook alleen maar complimenten voor de wethouder en de notitie gehoord, dus bij deze alleen even een reactie vanuit de VVD. Leidt ze dan voorbij op het amendement? Het mocht u misschien verbazen, maar we gaan tegen het amendement stemmen en dat doen wij vanwege twee redenen. Mijn fractie vindt het gesprek over de sociale basis zo fundamenteel belangrijk dat ze dit graag uitgebreider samen hier in de raad doet en misschien zelfs ook nog wel met onze inwoners en niet in een raadsvoorstel wat op een heel ander punt slaat even wat kaders vaststellen en dat vinden we geen eer doen aan de belangrijkheid van dit onderwerp. En dan misschien het tweede argument wat iets meer de inhoud raakt. Wat gaat over dat de indeling die nu gemaakt wordt, hè, de 3-trapsraket noem ik het maar even, dat we daar eigenlijk wat verbaasd over zijn dat die zo ontvangen wordt, zo enthousiast ontvangen wordt. Omdat het wat ons betreft juist ingaat tegen de beweging die wij met zijn allen aan het maken zijn, zowel als raad als gemeente als college, namelijk weg uit die systeemwereld, weg van het aanbod en veel meer naar de leefwereld en de vraag van onze inwoners. En die driedeling gaat veel meer, is heel erg gedacht vanuit de overheidsrol en wat de overheid gaat regelen voor onze inwoners, terwijl wij als VVD Leidschendam-Voorburg veel meer benieuwd zijn naar wat onze inwoners aan kracht hebben. Dus vandaar een tegenstem zo direct. Dank u wel.
Zeker, dank u wel, voorzitter. Nou, er is al veel gezegd, ook dat het een mooi debat geweest was in de commissie. Daar sluiten wij ons bij aan, ook de complimenten richting de wethouder voor het voorliggende stuk. Dank ook aan de collega's die dit amendement hebben ingediend en wij zullen dit steunen dadelijk.
Mevrouw Vogelaar, dank u wel voorzitter, ja, ook wij kijken terug op een goed debat in de commissie waarin onze vragen zijn beantwoord en de wethouder enige onduidelijkheden die bij ons bestonden heeft weggenomen. Het amendement zullen wij steunen, maar het amendement spreekt natuurlijk van de kaders en dat maakt natuurlijk eigenlijk nieuwsgierig over ja, wat we dan gaan doen om die kaders in te vullen? Dus het lijkt me wel goed dat het gesprek binnenkort gaat starten en daar kijken we naar uit. Meneer Visser
Visser wil een vraag stellen aan mevrouw Vogelaar. Nee, oké, kijk even wie wel verder nog het woord wil. Nee, dan kijk ik naar de zijde van het college, de heer Van Veller. Ja, dank u.
U wel voorzitter en dank u wel leden van de Raad voor alle complimenten die ik net zoals bij de commissievergadering onmiddellijk doorsluis naar het ambtelijk apparaat dat hier heel hard aan heeft gewerkt. Nou, we hebben inderdaad tijdens de commissievergadering een heel mooi debat gehad. Niet alleen over, nou, toch wel een beetje een systeemwereld van die subsidiethematiek en die subsidietafels die we gaan vervangen. Maar ook over wat zit er nou eigenlijk tussen die visie van het sociaal kompas en de uitvoering van bijvoorbeeld die subsidiethematiek? En dat heet dan sociale basis en we hadden een mooi inhoudelijk debat over dat fenomeen. En nou, dat is eigenlijk heel goed dat de Raad ook hier, tenminste, wij vinden dat heel goed dat de Raad ook hier kaders over mee wil geven, dus ik zou willen voorstellen dat met het aannemen van dat amendement de startnotitie die we hebben besproken ook een startnotitie is voor het fenomeen sociale basis. Nou als dat zo is, dan gaan wij deze zomer, wat we toch al sowieso van plan waren, hard aan de slag met het uitwerken daarvan. En dan komen we op 23 september bij de commissie terug om op basis van die eerste bouwstenen eens te praten. En dan kunnen we het gesprek, wat nu zich ook al ontspon, verder voeren over het fenomeen sociale basis. Wat is dat eigenlijk en hoe kijken we daar tegenaan? Dat is misschien ook onder leiding of in aanwezigheid van een andere wethouder. Het zal dan waarschijnlijk de coördinerend wethouder sociaal domein zijn. Er zijn nog twee inhoudelijke zaken. Nou ja, die bespreken we dan ook. Natuurlijk, de eerste is dat er vaak ook wordt gesproken over een persoonlijke sociale basis in plaats van individuele sociale basis. Maar goed, dat is allemaal semantiek en een ander punt is, daar werd al zojuist aan gerefereerd, hoe zijn die 3, die 3 sferen zal ik maar zeggen, hoe grijpen die op elkaar in hè? Die persoonlijke sociale basis van de mensen in hun eigen omgeving om zich te redden en in die gemeenschappelijke basis? Dat is wat mij betreft komt dat de maatschappelijke kracht, dus dat zijn de mensen die zich organiseren. Dat zijn de initiatieven, dat zijn de stichtingen van mensen zelf, dat zijn nou ja, allerlei vrijwilligers op allerlei manieren die actief zijn en dan natuurlijk die institutionele basis en dat zijn dan de organisaties die we nou ja, die echt nodig zijn in hun professionaliteit om zelfs wettelijke taken van de gemeente uit te voeren. Nou, hoe dat op elkaar ingrijpt dat? Dat gaan we allemaal nog bespreken na de zomer en dan gaan we in de zomer hard over aan het werk, dus ik had ook gewoon aan kunnen geven. Wij kunnen zeer goed leven met het amendement, dank u wel. Ja, maar
Maar er werd wel wat veel minder tijd besteed, dan gaan we naar de tweede termijn. Mevrouw Veld, nee. Toch meneer Visscher, ja gaat uw gang. Ja het handgebaar betekent niet helder, dank u wel, meneer.
Sorry, maar ik dacht even, dit ging even wat snel. Ik dacht dat er nog eerst een rondje werd gelopen dus, maar ik heb wel een korte tweede termijn. Ik dank de wethouder voor de antwoorden, het enige wat ik wil vragen is om nog even extra aandacht te hebben voor het fenomeen innovatie, waarmee het CDA voornamelijk bedoelt dat gedurende de periode dat we bezig zijn met de ontwikkeling van dit onderwerp en de toekomst natuurlijk, er bij elke keer toch weer nieuwe ideeën, nieuwe mensen en nieuwe organisaties opduiken of nieuwe initiatieven opduiken die deel kunnen nemen aan het hele programma. En het zou heel goed zijn als we daar een scherp oog op houden, zodat die ook meegenomen kunnen worden in de ontwikkeling zoals ze zijn. Ik heb er alle vertrouwen in dat de wethouder zal slagen om iedereen zoveel mogelijk te betrekken, maar soms wil een nieuweling nog wel eens uit het oog verloren worden. En ze mogen dan vooral niet uit het hart verloren worden, dus we zouden wel iets extra aandacht willen vragen voor zij die nog beginnen of komen met nieuwe ontwikkelingen op dit terrein.
Ja, ik wil nog even aangeven dat wij zowel het amendement als het raadsvoorstel zullen steunen en dat we heel blij zijn met die verbreding van deze startnotitie. Dank u.
Wel. Als ik zo het rondje hoor, denk ik dat wij over kunnen gaan tot het afsluiten van dit agendapunt via de stemming. Dan brengen we eerst het amendement in stemming. Ik heb genoeg stemverklaringen gehoord dat we gelijk kunnen gaan stemmen. Dan vraag ik even naar de technische dienst. Is het mogelijk dat u kunt stemmen? De stemmen zijn uitgebracht en dat betekent dat met 25 voor en 8 tegen het amendement is aangenomen. De stemmen tegen zijn die van de fractie van de VVD. Dan gaan wij stemmen over het geamendeerde voorstel. Wat mij betreft kunnen wij gelijk door naar het stemmen. Kijk even weer naar de technische dienst. Ja, alle stemmen uitgebracht, allemaal voor. Aangenomen. Ik kijk heel even naar de zijde van het publiek aan de linkerzijde. Ik wil graag terug naar de orde van de vergadering. Mensen, kan dat? Hé. Er zijn koekjes en dat is werkelijk ja. We gaan over tot het volgende agendapunt. Volgende agendapunt.
Agendapunt is het interpellatiedebat. Interpellatiedebat betekent letterlijk vragen stellen, denk ik, het woord dat ondervraging. Dus dat betekent dat de aanvragers de gelegenheid krijgen om hun vragen te stellen. En daarna krijgen de andere leden van de Raad gelegenheid voor een reactie op vragen, zowel aan elkaar als aan de portefeuillehouder. Dan krijgt de portefeuillehouder het woord en dan krijgen de aanvragers voor een laatste rondje het woord. En dan ronden we het af. Helder? Helder ja, ik zie heel veel mensen kijken wel helder. Duidelijk, doen we het zo. Nou goed, koekje erbij? Ja helemaal goed, maar het is wel even een serieuze aangelegenheid. Aanvrager is de heer Wilschut, dus die krijgt als eerste de gelegenheid om zijn vragen te stellen. Behoud het bij de vragen. Ik ben heel braaf.
Goed, dus dat komt helemaal goed. Ik zal alleen nog aangeven dat ik eigenlijk niet in mijn eentje de aanvrager ben, maar ook de heer Streefkerk, mevrouw Van Weerst, de heer Van der Schaft en de heer Visser. De vragen luidden als volgt: Voert u de motie opvang voor asielzoekers zonder enig voorbehoud uit? Voert het college activiteiten niet uit die betrekking hebben op de motie opvang voor asielzoekers door de voornemens uit het hoofdlijnenakkoord, en zo ja, welke activiteiten onderneemt het college niet meer? Wat betekent het voor de uitvoering van de motie opvang voor asielzoekers dat het college geen onomkeerbare besluiten neemt? Kan het college een voorbeeld geven van een onomkeerbaar besluit? Als het COA een geschikte locatie voordraagt aan de gemeente, gaat de gemeente dan over tot het tekenen van een bestuursovereenkomst? Waarom is het voor het college van belang dat er een wet ligt die asielopvang desnoods kan afdwingen? In onze gemeente is er geen intrinsieke motivatie. Op welke wijze geeft het college vorm, naast het overleg in regionaal verband, aan de totstandkoming van het plan? Die zin loopt niet, dus daarom doe ik maar zo: Op welke wijze geeft het college invulling aan de oproep van de gemeenteraad dat de gemeente zo snel mogelijk tenminste wil voldoen aan de minimale aantallen van de spreidingswet en daarmee dwangopvang te voorkomen? En tot slot, kan de gemeenteraad nog steeds een plan voor asielopvang rond de zomer verwachten? Dank u.
Wel, ik kijk even. U heeft voor mij alle vragen die vrijdag zijn ingediend nu gesteld. Ik kijk even het rijtje Streefkerk, Van Weerst, Van der Schaft af of er nog aanvullende vragen zijn of nog vragen die zijn aangeleverd maar nog niet gesteld zijn, maar ze zijn allemaal gesteld, hè? Dus Streefkerk heeft een klein aanvullend vraagje. Ja.
En dat heeft te maken met de woordkeuze in de beantwoording van het college. Er wordt gezegd dat door wisselend overheidsbeleid het proces van besluitvorming extra ingewikkeld wordt. Nou, dat kunnen we alleen maar onderschrijven. De vraag die ik wil toevoegen is, is het dan niet van des te groter belang dat de gemeente koersvast blijft en dus onverkort uitvoering wordt gegeven aan de motie die de gemeenteraad heeft aangenomen? En een aanvullende vraag: we hebben al gevraagd naar de kwalificatie van een bestuursakkoord of dat heeft te gelden als onomkeerbaar besluit? En als dat zo is, dan wil ik graag weten voor welke periode het college dat zo wil hanteren.
Ja, nu het CDA heeft? Het tweede heeft toch 213 vragen. Sorry, de eerste vraag: overweegt het college om, gegeven de omstandigheden waaronder de kabinetsformatie en het hoofdlijnenakkoord van de vier formerende partijen, vragen van inwoners en ondernemers en berichten in lokale media met betrekking tot de opvang van asielzoekers, over te gaan tot bredere uitleg van de mogelijkheden voor en in de gemeente met betrekking tot opvang van asielzoekers? Tweede vraag: is het college het met het CDA eens dat transparantie en tijdige communicatie essentieel zijn voor succesvol draagvlak rond de opvang? Deze inloop ook niet helemaal, dat kan gebeuren. Het creëren van toegankelijke voorzieningen en verbindingen met omwonenden. En de derde vraag is, en ik heb begrepen dat er sommige mensen als wat zeer poëtisch werd ervaren, dus ik zal hem even wat korter inbinden, en dat is dat ik het college vraag om met name dus in de vorm van gesprekken met omwonenden en ondernemers, eigenaren van woon- en bouwlocaties te kijken naar mogelijkheden om tot nieuwe initiatieven te komen als dat mogelijk is en waar mogelijk is. Dank u.
U bent als een van de interpellanten ook nog in de gelegenheid om na de portefeuillehouder het woord te voeren. Maar als u de reactie van het college op die motie wilt, zult u dat nu moeten doen, want de portefeuillehouder komt maar één keer aan het woord. Dan lijkt...
Het lijkt me handig als ik dat nu doe, als u mij dat toestaat. Dat is een motie constaterende dat de gemeenteraad op de kabinetsformatie... Sorry, even een procedurele opmerking. Ik heb een nieuwe motie geformuleerd, dus ik verzoek u om deze op te nemen in de stukken en dan de oude te verwijderen. En deze nieuwe motie geldt als zodanig. De gemeenteraad constaterend dat de gemeenteraad door de kabinetsformatie en het hoofdlijnenakkoord en berichten in lokale media met betrekking tot opvang van asielzoekers belang heeft om duidelijkheid voor de inwoners van deze gemeente te creëren, constateren dat verschillende informatiebronnen en berichten voor inwoners een diffuus beeld creëren. Constateren dat voor het succesvolle opvang draagvlak, toegankelijke voorzieningen en verbinding met omwonenden essentieel is. Overwegende dat barmhartigheid naar de medemens en omkijken naar elkaar belangrijk begint te zijn voor een sociaal maatschappelijk betrokken samenleving. Dat leidt ertoe dat voor burgers een sociaal maatschappelijk betrokken samenleving met duidelijke besluiten en goede communicatie bijdraagt aan draagvlak en een basis is voor vertrouwen in verder handelen. Kleinschalige opvang van asielzoekers een geschikte manier is om draagvlak te creëren met een passend voorzieningenniveau en verbinding met de samenleving te verzekeren, verzoekt het college om via de eigen website te communiceren wat de rol is van de gemeente in asielopvang en wat de mogelijke consequenties daarvan zijn in verhouding tot de kabinetsplannen, tijdig en transparant te communiceren over de mogelijkheden voor opvang van asielzoekers in onze gemeente. In het licht van de huidige situatie ook open te blijven staan voor kleinschalige opvang, rekening houdend met het aantal waarbij een volledige betaling door het COA wordt gegarandeerd en dit te doen in samenspraak en met inspraak van de inwoners, ondernemers, sociale maatschappelijke partners om daarmee draagvlak te creëren en gaat over tot de orde van de dag. Dank u wel.
Ook nog een aanvullende vraag en die luidt als volgt: In de uitvoering van de spreidingswet moeten de regio's met een plan komen om regionaal opvang te organiseren, ook wel uitruil genoemd, en dat aanbieden aan de commissaris van de koning. D66 ziet dat als een kansrijke richting en wij vragen ons af wat de voortgang is van de uitwerking van die plannen in dit regionale verband. Dank u, dank.