Analyse van het document
Titel en Samenvatting:
De motie "Structureel bestuurlijk vooruitkijken" is ingediend door Frank Wilschut, Sabrina van den Heuvel, en Jorrit Koster. Het doel is om vanaf de begroting van 2027 een vaste passage 'bestuurlijke reflectie' op te nemen in de programmabegroting. Deze passage moet het college aanmoedigen om vooruit te kijken naar het nieuwe begrotingsjaar en te beschrijven op welke punten het bestuur zich wil verbeteren, met nadruk op samenwerking met inwoners, organisaties en omliggende gemeenten. Dit moet leiden tot groei, betrouwbaarheid en meer vertrouwen in het bestuur.
Volledigheid van het Voorstel:
Het voorstel is redelijk volledig in zijn opzet. Het identificeert een specifiek probleem (gebrek aan reflectie en vooruitkijken) en biedt een concrete oplossing (opname van een reflectiepassage in de begroting). Echter, het mist specifieke details over hoe deze reflectie precies moet worden uitgevoerd en geëvalueerd.
Rol van de Raad:
De raad heeft de rol om deze motie te beoordelen en goed te keuren. Het is aan de raad om te beslissen of zij het college willen verplichten om deze reflectieve passage op te nemen in toekomstige begrotingen.
Politieke Keuzes:
De raad moet beslissen of zij het belangrijk vinden dat er meer nadruk komt op bestuurlijke reflectie en vooruitkijken. Dit kan politieke implicaties hebben, zoals het bevorderen van transparantie en verantwoording binnen het bestuur.
SMART en Inconsistenties:
Het voorstel is niet volledig SMART (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden). Het is specifiek en tijdgebonden, maar mist meetbare criteria en een duidelijke methodologie voor hoe de reflectie moet worden uitgevoerd en beoordeeld.
Besluit van de Raad:
De raad moet besluiten of zij het college willen verzoeken om de voorgestelde passage in de programmabegroting op te nemen.
Participatie:
Het voorstel benadrukt de noodzaak van betere samenwerking en communicatie met inwoners en betrokken organisaties, maar specificeert niet hoe participatie in het reflectieproces wordt geïntegreerd.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid wordt niet expliciet genoemd in de motie, maar kan impliciet relevant zijn als onderdeel van de bredere bestuurlijke verbeteringen.
Financiële Gevolgen:
De motie bespreekt geen directe financiële gevolgen of hoe deze gedekt zouden worden. Het lijkt erop dat de implementatie voornamelijk organisatorisch van aard is en geen significante kosten met zich mee zou brengen.